AOW na 45 jaar werken moet in de wet geregeld worden

Zo haal je met een zwaar beroep gezond je pensioen

Na 45 jaar stoppen met werken. Bij het stemmen door onze leden over het onderhandelingsresultaat voor de nieuwe cao Bouw & Infra werden in het reactieveld hierover behoorlijk wat opmerkingen gemaakt en vragen gesteld. En werd opnieuw duidelijk hoe belangrijk dit onderwerp is voor velen in de sector. Hoe wij de toekomst van het eerder stoppen met werken bij zware beroepen zien, lees je hier.

Eerder stoppen is recht voor iedereen

De zwaar werkregeling, daar zijn we blij mee. Maar wat we eigenlijk willen is dat de afspraken over eerder stoppen met werken niet worden gemaakt aan cao-tafels, maar dat het wettelijk geregeld wordt. Het moet niet afhankelijk zijn van de sector waarin je werkt of cao waaronder je valt of je wel of niet kunt stoppen met werken, maar een recht voor iedereen die aan de voorwaarden voldoet. Met wetgeving ben je niet afhankelijk van afspraken in jouw cao.

Centrale afspraken lastig volgens Koolmees

Minister Koolmees liet kort geleden in zijn pensioenbrief aan de Tweede Kamer weten dat het lastig wordt om centraal wettelijke afspraken te maken over eerder stoppen met werken voor mensen met zware beroepen. Zo zouden er bijvoorbeeld gegevens ontbreken, waardoor iemands arbeidsverleden niet altijd goed te achterhalen is. En dus of iemand in aanmerking komt om eerder te stoppen met werken.

FNV-bestuurder Hans Crombeen: "Er moet een regeling komen. Dat zijn we verplicht aan mensen in onder meer zware beroepen. We zijn met elkaar creatief genoeg om de uitdagingen te lijf te gaan."

Samen op zoek naar oplossingen

In zijn pensioenbrief constateert Koolmees dus dat er knelpunten zijn bij een 45-jaren regeling, maar hij geeft ook aan dat het nu tijd is voor open overleg zonder voorwaarden vooraf tussen bonden, werkgevers en het kabinet. FNV penningmeester Willem Noordman hierover: "Nu we weten wat de knelpunten zijn, kunnen we in gezamenlijk overleg op zoek gaan naar oplossingen."

'45 jaar werken is genoeg' regeling

De zwaar werkregeling is nu geregeld tot en met 2025. Daarna zou er wat ons betreft dus een ’45 jaar werken is genoeg’ regeling moeten zijn. We hebben dus tot 1 jan 2026 om te proberen om de opvolging van de huidige zwaar werkregeling per wet te regelen. Zo kunnen we er voor zorgen dat mensen met zware beroepen, waaronder UTA'ers, ook in de toekomst eerder kunnen stoppen met werken.

Eerder stoppen haalbaar volgens het EIB

Een paar jaar geleden deed het EIB (Economisch Instituut voor de Bouw) al onderzoek naar maximaal 45 jaar werken voor mensen in zware beroepen. Onderzocht werd wat dit Nederland zou kosten en wat de (on)mogelijkheden waren. De conclusie van het EIB was dat pensioen na 45 jaar werken, haalbaar is.


Verdwijnend vakmanschap is een keuze

“Het vakmanschap van die generatie (monteurs, red.) was vaak onovertroffen: ze tikten bij wijze van spreken een keer op het pomphuis, luisterden goed, vervingen het juiste onderdeel en daarna draaide de pomp weer alsof ie nieuw was. Maar dergelijke specifieke kennis verdwijnt. Die ontwikkeling hou je niet tegen.” Dit is wat directeur Lee van BAM zegt in het Cobouw artikel “BAM Infra zal heus geen techbedrijf worden, maar of de term aannemer nog volstaat” op 17 mei 2021.

De inzet van technologie en het gebruik van data zouden volgens hem als vanzelf hiertoe leiden. Als een soort wetmatigheid, alsof technologie ons daartoe dwingt. We bestrijden deze visie. De inzet van technologie is erg waardevol en leidt tot allerlei nieuwe vormen van dienstverlening. In de hele discussie missen we aandacht voor de vraag wat technologie doet voor de inhoud van het werk.

Lee geeft in het bovengenoemde artikel als voorbeeld dat de monteur naar de locatie wordt gestuurd en daar, gestuurd door een VR-bril, de taken uitvoert die hij te zien krijgt. Een dergelijke situatie leidt ertoe dat de vakman er niet meer toe doet. We willen niemand beledigen, maar dit kan een aap ook doen. Alle vakkennis verdwijnt, de monteur mag en kan niets zelf want alles is voorgeschreven in het protocol op basis van gemeten data.

Wat is hier het effect van? Er is totaal geen vakkennis meer nodig en je kunt een goedkope flexkracht inhuren voor het werk. Is er iets anders aan de hand in en om het pomphuis? Jammer, maar daar is hij niet voor, daar wordt hij niet voor betaald en heeft hij ook geen kennis van. In onze ogen leiden dit soort veranderingen niet tot een goede kwaliteit van werk en tot duurzame inzetbaarheid. Dit aspect missen we in discussie over technologie.  Is er een visie op waardevol werk, waar medewerkers zich kunnen blijven ontwikkelen en worden uitgedaagd te blijven leren? Werk dat medewerkers graag willen uitvoeren en dat recht doet aan vakmanschap. Wetende dat dit vakmanschap geen statisch gegeven is, maar voortdurend in ontwikkeling door nieuwe technologische mogelijkheden.

Wij vinden dat de discussie over de inzet van technologie ook moet gaan over betekenisvol en waardevol werk, want technologie dicteert niet hoe de organisatie en werk is ingericht. Om een voorzetje te geven van de monteur: laat de monteur zelf de data uitlezen die de pomp genereert en op basis daarvan besluiten welke maatregelen genomen moeten worden. Combineer dus vakkennis en het datagedreven werken. Zorg ervoor dat technologische innovaties en innovaties in werk hand in hand gaan. Aan die discussie wil FNV Bouwen en Wonen een bijdrage leveren.

Ernst van den Berg en George Evers werken als UTA consulent bij de FNV

Reageren op dit artikel? Dat kan via uta@fnv.nl


Onderhandelingsresultaat cao Bouw & Infra goedgekeurd door leden

De stembussen zijn gesloten. Een ruime meerderheid van de leden heeft ingestemd met het bereikte onderhandelingsresultaat. 87 procent van de leden stemden voor en 13 procent tegen (gemiddelde van UTA en bouwplaats samen). Van onze UTA-leden stemden 81 procent voor en 19 procent tegen.

De cao heeft een looptijd van 2 jaar van 1 januari 2021 t/m 31 december 2022. Het onderhandelingsresultaat gaat zodra alle partijen hebben ingestemd omgezet worden in cao-teksten.

Het was een ingewikkeld traject. Graag hadden wij meer afspraken gemaakt voor UTA maar de eerste stap is gezet. Wij blijven ons hard maken voor betere arbeidsvoorwaarden en ons inzetten om de werkdruk naar beneden te krijgen. Hierover hoort u binnenkort meer.

Benieuwd naar het onderhandelingsresultaat, bekijk hem hier.


Hestia: Sytske de Jong

“Je moet gaan doen wat je leuk vind, of dat nu kapster, timmervrouw of architect is. Doe iets wat jou blij maakt."

Hestia is de Griekse godin van de bouwkunst. In deze rubriek wordt iedere week een moderne godin van de bouwwereld geïnterviewd. Over haar inspiratie, de bouwwereld, en wat ze het leukst vindt in haar werk. Deze week is Sytske onze Hestia.

Naam: Sytske de Jong
Functie: Projectmanager UBA project ontwikkeling
Leeftijd: 30 jaar
Woonplaats: Amersfoort
Opleiding: TU Eindhoven Master Architecture / HBO Bouwkunde Hanze hogeschool Groningen / MBO Bouwkunde Friesland College Leeuwarden
Lievelingsbouwjargon: "Bouwen doe je samen!"

Wanneer ontdekte je dat je de bouw in wilde?
“Op de basisschool al. Ik hield altijd al van knutselen en wanneer er in huis iets verbouwd werd, hielp ik mijn vader. Wij kregen op de basisschool een documentaire over verschillende beroepen te zien. Toen zag ik het beroep van architect langskomen en dacht meteen, zoiets wil ik later gaan doen.
Op de mavo mocht ik in het 3e jaar stage gaan lopen. Dat heb ik op een architectenbureau gedaan en dat vond ik meteen heel leuk. Vervolgens heb ik besloten om MBO Bouwkunde te gaan studeren. Tijdens deze studie heb ik stage gelopen bij een bouwbedrijf. Ik mocht toen mee naar buiten, de bouwplaats op. Ik weet nog goed dat ik daar toen de enige vrouw was.
Na het MBO ben ik HBO Bouwkunde gaan studeren. Na mijn HBO dacht ik, ik wil hier nog meer over leren en heb vervolgens nog de Master Architecture aan de TU Eindhoven behaald. Ik heb best lang gestudeerd maar ben heel blij met mijn keuzes.”

Hoe werd daarop gereageerd?
“Goed! De ouders van mijn oma hadden al een timmerbedrijf, dus mijn oma vond het super leuk dat ik ook de bouw in ging. Mijn vader is ook heel trots en mijn moeder vindt dat iedereen moet doen wat hij of zij wil. Iedereen reageerde dus eigenlijk positief en niemand was echt verbaasd.”

Wat maakt de bouw zo leuk?
“De bouw is heel dynamisch. Er gebeurt van alles en er is geen fase hetzelfde. Dit maakt voor mij de bouw zo leuk, elke dag is anders.”

Wat inspireert jou?
“Dat de bouw zo’n belangrijk deel van je omgeving is. Zeker de woningbouw, je kunt mensen een mooi thuis geven, dat vind ik best bijzonder.”

Wie in de bouw inspireert jou?
“Mijn moeder inspireert mij enorm, zij is een ondernemende en sterke vrouw. Als ik naar de bouw kijk dan vind ik Marlies Rohmer heel goed. Zij is architect en ontwerpt onder andere scholen. Hierbij kijkt zij vanuit het oogpunt van een kind, echt heel gaaf!”

Wat vind je het allerleukst aan je werk?
“Naast dat je veel met techniek bezig bent is het een sociale baan. Je hebt contact met kopers, onderaannemers en collega’s. Daarnaast ben je ook vaak lekker buiten. Er zijn dus veel facetten die dit werk leuk maken.”

Wat zijn je dromen voor de toekomst?
“In mijn werk wil ik nieuwe dingen leren en doen. Verder zou ik graag aan nog meer mooie projecten deelnemen.” 

Wat zou je willen zeggen tegen meisjes/vrouwen die twijfelen de bouw in te gaan?
“Ga met mensen praten die het werk doen wat jij wil gaan doen. Op deze manier krijg je meer inzicht en kun je makkelijker een beslissing maken. Er zijn veel mannen, dat klopt maar ze zijn wel echt aardig! Het werken in de bouw is ook zeker wat voor vrouwen, je moet heel precies werken en dat is voor ons vrouwen weggelegd. Het zou echt leuk zijn wanneer er meer vrouwen in de bouw komen werken.”

Is er iets dat je zelf graag nog wilt toevoegen?
“Je moet gaan doen wat je leuk vind, of dat nu kapster, timmervrouw of architect is. Doe iets wat jou blij maakt. Niet teveel denken wat een ander ervan zou vinden, dan komt het vanzelf goed!”


Wat betekent de verhoging van de pensioenpremie voor jou?

In de cao Bouw & Infra is afgesproken dat de premie stijgt van 25 naar 26% van de pensioengrondslag. Dat is niet hetzelfde als van het loon. Van het loon is de stijging voor werknemers ongeveer 0,2% van het nettoloon. Je betaalt namelijk over de eerste € 14.544 van je jaarsalaris geen pensioenpremie. Dat is ongeveer gelijk aan het bedrag van een AOW uitkering. Over het deel van je salaris dat uitstijgt boven € 63.854 betaal je ook geen premie. Ook betaal je over de pensioenpremie geen belasting en sociale premies. Daardoor is 26% over de pensioengrondslag (gelukkig) niet hetzelfde is als 26% van je loon.

Waarom verhoging van de premie?

Een verhoging van de premie is noodzakelijk doordat BPF Bouw moet rekenen met andere economische verwachtingen. Met name de zeer lage rente speelt hierbij een belangrijke rol. Dat is geen keuze van BPF Bouw, maar wordt wettelijk voorgeschreven.

Verder heeft BPF Bouw een ‘lage premiedekkingsgraad’. Dat betekent dat je (ongeveer) per ingelegde € 0,65 aan pensioenrechten € 1,00 bijgeboekt krijgt. Dat lijkt uiteraard een goed ding en voor de actieve deelnemers aan het fonds is dat het ook. Maar het pensioenfondsbestuur moet kijken naar alle groepen in het fonds. En gepensioneerden hebben hier een (klein) nadeel aan. Het fonds kan er iets minder (snel) door indexeren.

Door de afspraken in het pensioenakkoord gaan we in 2026 over naar een nieuw pensioenstelsel. Op dat moment is er een veel directere relatie tussen de pensioenpremie en de pensioenrechten bijboeking. De premiedekkingsgraad zal dan niet meer zo bestaan als nu. Je krijgt dan voor een euro inleg ook een euro bijboeking terug. Er veranderen nog een paar andere zaken, waardoor je straks niet opeens keldert in je pensioenopbouw, maar daarvoor is het wel van belang dat de premie de komende jaren stijgt. De stap die we in 2022 maken is een goede eerste stap.

Pensioenopbouw

Welke premie nodig is om de huidige pensioenopbouw in stand te houden is nog niet precies bekend. Dat wordt definitief berekend in het laatste kwartaal van 2021.  Met de cijfers van maart 2021 zijn voorlopige berekeningen gemaakt. Op basis van die berekeningen wordt ingeschat dat de premie 3% zou moeten stijgen (van 25% naar 28%) om de pensioenopbouw gelijk te houden. Er is nu afgesproken dat de premie in 2022 niet verder stijgt dan 26%. Dat betekent dat daarom de opbouw verlaagd zal worden. Je bouwt nu per jaar 1,738% van je pensioengrondslag aan ouderdomspensioen op. Dat zal waarschijnlijk iets lager worden. Met de cijfers van maart 2021 is dat ongeveer 1,6 %.

Het verlagen van opbouw heeft voor mensen die dicht op hun pensioen zitten minder grote consequenties dan mensen die er verder vanaf zitten. Je al opgebouwde pensioen wordt hier namelijk niet door beïnvloed. Alleen je toekomstige opbouw. Zodra het kan zullen we ons weer inzetten voor het terugbrengen van het opbouwpercentage. Bijvoorbeeld: UTA-medewerker met een maandloon van € 3.310,-: € 39 minder ouderdomspensioen (per jaar, levenslang)

Wil je meer informatie over je pensioen? Wij hebben onlangs alles over het pensioen van de UTA’er op een rijtje gezet. Download het ‘UTA pensioen e-book’ hier.


Cao-onderhandelingen 2021: dag 11

Gisteren, tijdens de 11e onderhandelingsdag is er een onderhandelingsresultaat voor de cao Bouw & Infra bereikt. De onderhandelingen afgelopen tijd waren lastig en hebben ook lang geduurd. 

Binnen de bouw heb je verschillende branches. Bij de ene branche gaat het beter dan bij de andere. Corona en stikstof hebben op sommige branches meer invloed dan op andere. In de woningbouw gaat het bijvoorbeeld heel goed, maar bij een deel van de bedrijven in de infra en utiliteitsbouw gaat het een stuk minder. Het onderhandelingsresultaat dat er nu ligt, kunnen wij denk ik evenwichtig noemen voor de bouwplaatsmedewerkers. Voor UTA is dit anders, maar wel is een eerste stap gezet met een afspraak over een zwaarwerkregeling. Verder is er voor UTA de komende periode nog veel te behalen.

Overwerkregeling
De werkdruk onder UTA is veel te hoog. In de huidige cao staat duidelijk opgenomen dat een werknemer niet verplicht kan worden tot overwerken. Helaas wordt er toch nog vaak veel overgewerkt. Over dit onderwerp is langdurig gesproken tijdens de onderhandelingen. Wij hadden graag met werkgevers een fatsoenlijke overwerkregeling in de cao afgesloten, helaas weigeren werkgevers dit te doen. Wij zullen nadrukkelijk op dit onderwerp blijven hameren. Weet dus dat je op dit moment, vanuit de cao, niet verplicht kan worden tot overwerk.

Er zijn in het onderhandelingsresultaat een aantal afspraken gemaakt voor UTA.

Afspraken UTA

Zwaarwerkregeling UTA
We hebben een zwaarwerkregeling voor UTA afgesproken die ingaat per 1 januari 2022. Eén van de voorwaarden om daaraan deel te nemen is dat van de laatste 25 jaar voor uittreding er in tenminste 20 daarvan onder de cao bouw gewerkt is en daarvan moet er tenminste 5 jaar als bouwplaatsmedewerker zijn gewerkt.

Indexatie zwaarwerkregeling
De zwaarwerkregeling wordt zowel voor UTA als voor bouwplaatsmedewerkers op 1 januari van ieder jaar geïndexeerd met de structurele loonsverhogingen van het jaar ervoor.

Loon

  • 1 augustus 2021 structureel 1,5% erbij
  • Eenmalige uitkering in december 2021 van 1% van het jaarsalaris (netto als er bij je werkgever ruimte is in de werkkostenregeling en hij daarvoor kiest)
  • 1 januari 2022 structureel 3%

Vergoedingen (niet de kilometervergoeding) stijgen met hetzelfde (structurele) percentage. Denk hierbij bijvoorbeeld aan gereedschapsgeld, vergoeding voor kleding enzovoort.

Jongeren: diplomabonus en gratis boeken
We hebben een diplomabonus afgesproken. Voor het behalen van het BBL2, BBL3  en BBL4 krijg je een diplomabonus van € 2.500 voor de schooljaren 21/22 en 22/23. Nog een mooie afspraak: boeken en examens zijn voor de schooljaren 21/22 en 22/23 helemaal gratis.

Andere afspraken op hoofdpunten

Uitzendkrachten: zelfde kilometervergoeding als vaste krachten
De kilometervergoeding van uitzendkrachten in de bouw wordt gelijk aan die van medewerkers in vaste dienst. Dus € 0,32 in plaats van nu € 0,19 per kilometer.

Grotere kans op vaste baan voor uitzendkrachten boven de 50
Er komt een subsidie voor werkgevers van € 5.500 als zij een uitzendkracht van 50 jaar of ouder die daarvoor tenminste 10 jaar onder de cao Bouw heeft gewerkt, in vaste dienst aannemen.

Maatregelen bij werken in de hitte
Er komt een onderzoek naar welke maatregelen (verplicht) genomen moeten worden bij het werken bij hitte. Dat onderzoek is nog niet afgerond voor de komende zomer. Daarom is wel alvast afgesproken dat de werkgever nu al verplicht is zonnebrandcrème te verstrekken. En dat de werknemer dat dan verplicht moet gebruiken. Huidkanker komt bijzonder veel voor onder bouwvakkers.

Het Tijdspaarfonds blijft ongewijzigd
Er verandert nu niets wat betreft het Tijdspaarfonds. Er is een onderzoek gedaan naar het draagvlak onder werkgevers en werknemers. Als er uit dat onderzoek blijkt dat geen belang wordt gehecht aan het Tijdpaarfonds wordt het Tijdspaarfonds per 1 januari 2024 opgeheven.

Pilot werkdruk voor bouwplaatsmedewerkers
Een bouwplaatsmedewerker die last heeft van werkdruk, kan ondersteuning krijgen van een gespecialiseerd bureau. Dit is nu nog een proef. Deze regeling geldt al voor UTA.

Loondoorbetaling bij ziekte
De slechtere regeling van loondoorbetaling bij ziekte is van tafel gehaald. Wel gaat de re-integratiebonus uit de cao verdwijnen (voor mensen die langer dan een jaar ziek zijn geweest en re-integreren in het tweede jaar). Dit gaat in voor mensen wiens eerste ziektedag ligt na 1 januari 2022.

Tijdelijke contracten
In de wet staat dat je gedurende een periode van 3 jaar tijdelijke contracten mag aanbieden als werkgever. In de cao staat een periode van 2 jaar. We gaan naar de wettelijke bepaling.

Naast bovenstaande afspraken zijn er nog meer afspraken gemaakt voor deze twee-jarige cao (de looptijd van de cao is van 1 januari 2021 t/m 31 december 2022). Al deze afspraken kan je hier lezen.

Stemmen over het onderhandelingsresultaat
Zoals hierboven al aangegeven, hadden wij graag meer afspraken gemaakt voor UTA. De eerste stap is gezet, maar wij blijven ons hard maken voor betere arbeidsvoorwaarden en ons inzetten om de werkdruk naar beneden te krijgen.

Je kunt vanaf nu tot en met 27 mei stemmen op dit onderhandelingsresultaat.


Onderhandelingsresultaat cao Bouw en Infra 2021/2022

Er is een onderhandelingsresultaat voor de cao Bouw en Infra. Jij kunt er nu over stemmen tot en met 27 mei.

'Het was een lastig proces. Er zijn bedrijven, vooral in de woningbouw, waar het heel goed gaat ondanks corona en stikstof. De bouw bestaat daarnaast ook uit de infra en de utiliteitsbouw. En daar gaat het bij een groot aantal bedrijven een stuk minder. Veel (rijks) opdrachtgevers houden de hand op de knip.

Ik denk dat er een evenwichtig onderhandelingsresultaat ligt. De eerste stap voor UTA is gezet met een afspraak over een zwaarwerkregeling, maar daar is nog veel te doen. De werkdruk is echt veel te hoog. Erg blij ben ik met de afspraak dat leerlingen bij het behalen van hun diploma € 2.500 ontvangen. Ook zijn boeken en examens voortaan gratis. We hebben ook de eerste stappen gezet om het werken bij hitte gezonder te maken', aldus cao-onderhandelaar Hans Crombeen.

Op hoofdpunten:

Looptijd
De looptijd van de cao is van 1 januari 2021 t/m 31 december 2022.

Zwaarwerkregeling UTA
We hebben een zwaarwerkregeling voor UTA afgesproken die ingaat per 1 januari 2022. Eén van de voorwaarden om daaraan deel te nemen is dat van de laatste 25 jaar voor uittreding er in tenminste 20 daarvan onder de cao bouw gewerkt is en daarvan moet er tenminste 5 jaar als bouwplaatsmedewerker zijn gewerkt.

Indexatie zwaarwerkregeling
De zwaarwerkregeling wordt zowel voor UTA als voor bouwplaatsmedewerkers op 1 januari van ieder jaar geïndexeerd met de structurele loonsverhogingen van het jaar ervoor.

Loon

  • 1 augustus 2021 structureel 1,5% erbij
  • Eenmalige uitkering in december 2021 van 1% van het jaarsalaris (netto als er bij je werkgever ruimte is in de werkkostenregeling en hij daarvoor kiest)
  • 1 januari 2022 structureel 3%

Vergoedingen (niet de kilometer-vergoeding) stijgen met hetzelfde (structurele) percentage. Denk hierbij bijvoorbeeld aan gereedschapsgeld, vergoeding voor kleding enzovoort.

Het Tijdspaarfonds blijft ongewijzigd
Er verandert nu niets wat betreft het Tijdspaarfonds. Er is een onderzoek gedaan naar het draagvlak onder werkgevers en werknemers. Als er uit dat onderzoek blijkt dat geen belang wordt gehecht aan het Tijdpaarfonds wordt het Tijdspaarfonds per 1 januari 2024 opgeheven.

Jongeren: diplomabonus en gratis boeken
We hebben een diplomabonus afgesproken. Voor het behalen van het BBL2, BBL3  en BBL4 krijg je een diplomabonus van € 2.500 voor de schooljaren 21/22 en 22/23. Nog een mooie afspraak: boeken- en examengeld zijn voor de schooljaren 21/22 en 22/23 helemaal gratis.

Uitzendkrachten: zelfde kilometervergoeding als vaste krachten
De kilometervergoeding van uitzendkrachten in de bouw wordt gelijk aan die van medewerkers in vaste dienst. Dus € 0,32 in plaats van nu € 0,19 per kilometer.

Grotere kans op vaste baan voor uitzendkrachten boven de 50
Er komt een subsidie voor werkgevers van € 5.500 als zij een uitzendkracht van 50 jaar of ouder die daarvoor tenminste 10 jaar onder de cao Bouw heeft gewerkt, in vaste dienst aannemen.

Geen overwerkregeling UTA
Werkgevers weigeren een fatsoenlijke overwerkregeling af te spreken voor UTA. Dit terwijl het onderwerp ontzettend belangrijk voor UTA-medewerkers is. Wij zullen nadrukkelijk op dit onderwerp blijven hameren. In de cao staat bovendien dat een werknemer niet verplicht is om over te werken.

Maatregelen bij werken in de hitte
Er komt een onderzoek naar welke maatregelen (verplicht) genomen moeten worden bij het werken bij hitte. Dat onderzoek is nog niet afgerond voor de komende zomer. Daarom is wel alvast afgesproken dat de werkgever nu al verplicht is zonnebrandcrème te verstrekken. En dat de werknemer dat dan verplicht moet gebruiken. Huidkanker komt bijzonder veel voor onder bouwvakkers.

Pilot werkdruk voor bouwplaatsmedewerkers
Een bouwplaatsmedewerker die last heeft van werkdruk, kan ondersteuning krijgen van een gespecialiseerd bureau. Dit is nu nog een proef. Deze regeling geldt al voor UTA.

Loondoorbetaling bij ziekte
De slechtere regeling van loondoorbetaling bij ziekte is van tafel gehaald. Wel gaat de re-integratiebonus uit de cao verdwijnen (voor mensen die langer dan een jaar ziek zijn geweest en re-integreren in het tweede jaar). Dit gaat in voor mensen wiens eerste ziektedag ligt na 1 januari 2022.

Tijdelijke contracten
In de wet staat dat je gedurende een periode van 3 jaar tijdelijke contracten mag aanbieden als werkgever. In de cao staat een periode van 2 jaar. We gaan naar de wettelijke bepaling.

Overzicht van alle afspraken
Dit zijn de afspraken op hoofdpunten. We hebben natuurlijk nog veel meer afspraken gemaakt.

Klik hier voor de volledige tekst van het onderhandelingsresultaat.

Stemmen tot en met 27 mei
De cao-adviescommissie legt dit resultaat neutraal aan je voor. Je kunt nu stemmen over dit onderhandelingsresultaat


Cao-onderhandelingen 2021: dag 9 & 10

Wij bouwen Nederland

De afgelopen twee dagen is er weer intensief onderhandeld over een nieuwe cao. De vorige onderhandelingen zijn teleurstellend verlopen. Wij hebben vervolgens gevraagd aan medewerkers, die onder de cao Bouw & Infra werken, om zich uit te spreken richting werkgevers. Aan deze oproep is duizenden keren gehoor gegeven.

Wij hebben ook ontzettend veel opmerkingen ontvangen. Deze opmerkingen zijn weer gebundeld en tijdens de 9e dag van de onderhandelingen aan de werkgevers overhandigd.

Hoe nu verder

Wij zijn er helaas nog niet. Daarom is er gekozen om nog een dag in te plannen waarop verder onderhandeld wordt. Op 11 mei gaat dat gebeuren. Voor die datum komen wij nog samen met de cao-adviescommissie. In deze commissie zitten kaderleden die onder de cao Bouw & Infra werken. Tijdens dit overleg bespreken wij wat er tot nu toe ligt aan voorstellen en horen wij wat zij hiervan vinden. Helaas kunnen wij, in het belang van een uitkomst, nog niet uitweiden over de inhoud van de laatste onderhandelingen. Hopelijk kunnen wij na 11 mei wel meer vertellen over de inhoud.


Duizenden reacties oproep 'Werkgevers neem ons serieus'

Jullie hebben massaal gehoor gegeven aan de FNV oproep ‘Werkgevers neem ons serieus en kom over de brug met fatsoenlijke afspraken!’’. We hebben duizenden reacties binnengekregen van UTA en Bouwplaatswerknemers. Alle reacties zijn gebundeld en op 5 mei aan werkgevers overhandigd bij aanvang van het cao overleg.

Uit deze vierde bundeling van reacties blijkt duidelijk hoe er tegen de houding van werkgevers wordt aangekeken. Er is tijdens de Coronapandemie in de bouw hard doorgewerkt en daar lijkt weinig waardering voor. De werkdruk is hoog en binnen veel bedrijven is er een personeelstekort. Veel werknemers maken zich zorgen over het gebrek aan instroom van jongeren in de sector. Het werkklimaat in de bouw is onaantrekkelijk. Zeker jongeren weten dit. Arbeidsvoorwaarden en werkomstandigheden zijn niet van deze tijd. Bij nacht en ontij opstaan, grote reisafstanden, lange werkdagen, in weer en wind werken, continue wisselende collega’s. Maar dat is niet alles. Een vierdaagse werkweek, een eigen invulling geven aan werktijden, meer thuiswerken … allemaal gangbaar tegenwoordig, maar niet in de bouw. Al jarenlang is de disbalans tussen werk en privé voor velen een grote zorg.

De veelal hiërarchische aansturing binnen bedrijven, in combinatie met de strakke planningen, het tekort aan personeel en de wirwar van flexconstructies leidt tot een torenhoge werkdruk en weinig werkplezier. Waardering en respect wordt niet gevoeld en niet verkregen. Ook de veiligheid en gezondheid vormt een probleem in de bouw. De beroepsrisico’s zijn groot.

Uiteraard zijn er bouwbedrijven die het wel goed doen, maar over het algemeen blijkt dat er nog veel moet gebeuren. Het begint met het besef bij werkgevers; het personeel is het kapitaal van de onderneming!

 

Lees hier de eerdere documenten:
Het is ook mijn cao! Deel 1
Het is ook mijn cao! Deel 2
Het is ook mijn cao! Deel 3


Cao-onderhandelingen 2021: dag 8

Wij bouwen Nederland

ONBESPREEKBAAR! Dit is wat wij gisteren van de werkgeversorganisaties op bijna alle onderwerpen te horen kregen.

Overwerkregeling

Zo ook de overwerkregeling die wij hebben voorgesteld. De werkgeversorganisaties zijn heel duidelijk, zij willen hier geen afspraken over maken. Wij vragen niks geks, wij vragen om een regeling waarin UTA-medewerkers vergoed worden voor de uren die zij werken, betaald worden voor de uren die je voor je werkgever werkt. Helaas zien de werkgeversorganisaties niet dat er een heel redelijk voorstel voor hen ligt. Zij vinden het niet nodig om de uren die hun medewerkers voor ze werken, te betalen. Er wordt structureel heel veel overgewerkt. Tijd die je niet thuis bent en die je niet zo kan invullen als je zelf wil. Naast dat het niet meer dan normaal is om betaald te worden voor die uren, hopen wij ook dat een overwerkregeling er voor gaat zorgen dat er minder overgewerkt wordt. Uit alle onderzoeken die wij gedaan hebben komt duidelijk naar voren dat het werk mentaal vaak zwaar is. Een gezonde privé-werkbalans is er te vaak niet.

Maximaal twaalf uur van huis

Ons voorstel om maximaal twaalf uur van huis te zijn lijkt ons ook heel normaal en gezond voor de werknemers. Helaas ook dit vinden werkgevers niet nodig en ook hierover willen zij geen afspraken maken. Vind jij het ook onfatsoenlijk hoe de werkgeversorganisaties zich hier opstellen? Laat jezelf horen door te klikken op de afbeelding onderaan de pagina! Hoe meer reacties, hoe duidelijker het voor de werkgeversorganisaties wordt dat zij goede afspraken horen te maken.

Thuiswerkvergoeding

Momenteel wordt er veel thuisgewerkt. De verwachting is dat dit in de toekomst ook (gedeeltelijk) zal blijven. Dat werknemers niet of minder op kantoor komen geeft voor de werkgevers minder kosten maar voor de werknemers juist meer kosten. Het is dus ook niet meer dan normaal om een vergoeding te krijgen voor de verwarming, elektriciteit en koffie/thee. Helaas vinden werkgevers dit niet nodig. Dat zij lagere kosten hebben is voor hen mooi meegenomen en dat een werknemer juist meer kosten maakt is niet belangrijk.

Eerder stoppen met werken regeling

Een eerder stoppen met werken regeling. Ook hierover hebben de werkgeversorganisaties zich gisteren duidelijk uitgesproken. Een regeling die er daadwerkelijk toe doet, willen zij niet afspreken. “Bedrijven bieden zelf al voldoende mogelijkheden aan medewerkers, in de laatste fase voor hun pensioen, om het werk te verlichten”, aldus de werkgeversorganisaties. Een deel van de UTA-medewerkers deed voorheen fysiek werk op de bouwplaats. Zij hebben fysiek zwaar werk gedaan, daarnaast horen wij van bijna alle UTA-medewerkers die wij spreken dat zij hun werk ook mentaal heel zwaar vinden. Het is bizar en verdrietig, hoe vaak wij horen dat iemand niet weet of het wel lukt om het werk tot aan het pensioen vol te houden. Een goede regeling afspreken zodat wel iedereen gezond zijn pensioen kan halen, zou niet meer dan normaal horen te zijn!

De houding van de werkgevers is droevig. Zo brutaal dat ze durven te zeggen dat “het gefocus op UTA minder ruimte geeft voor de bouwplaatsmedewerkers.” Alle medewerkers die onder de cao Bouw en Infra vallen zijn belangrijk, zowel UTA als bouwplaats! Op 5 mei wordt er weer onderhandeld. Wij willen graag op die dag aan de werkgeversorganisaties laten zien dat UTA-medewerkers fatsoenlijke afspraken in hun CAO willen. Laat je stem horen, klik op de afbeelding hieronder!