UTA-onderzoek | Deel jouw ervaringen rondom werkdruk
UTA-onderzoek | Deel jouw ervaringen rondom werkdruk
1 op de 3 Nederlanders meldt zich wel eens ziek door werkdruk gerelateerde klachten. Dat maakt het beroepsziekte nummer 1. In de bouw staat een burn-out op de tweede plek.
In de cao Bouw & Infra 2023 staat er in het hoofdstuk over arbeidsomstandigheden en veiligheid in artikel 7.4 ‘Werkdruk UTA-werknemer’, dat wanneer een UTA’er dreigt uit te vallen of al uitgevallen is, hij of zij recht heeft op advies en begeleiding. Het cao-artikel meldt tevens dat de bedrijfstak daar een voorziening voor heeft getroffen, waar de werknemer kosteloos gebruik van kan maken. Dit is de voorziening ‘Werkdruk en Stress’. Voor meer informatie hierover neem je contact op met je bouwarts. Je kunt op de website van Volandis ook een stresstest doen.
De praktijk
In Nederland groeit het percentage ziekteverzuim door psychische aandoeningen, zoals een burn-out en overspanning. De helft van de UTA-medewerkers geeft aan hoge tot zeer hoge werkdruk te ervaren. Laat in het UTA-onderzoek weten wat jouw ervaringen zijn, en welke mogelijkheden er zijn binnen jouw bedrijf om werkdruk te verminderen of te voorkomen.
Standpunt FNV
Een (te) hoge werkdruk beïnvloedt de efficiëntie en effectiviteit van het werkproces nadelig. Het gevolg van werkdruk is dat er fouten gemaakt worden. Dit is voor zowel werknemer als werkgever vervelend, daarom moet de werkdruk zoveel mogelijk beperkt worden. Er zijn oplossingen voor dit probleem. Uit onderzoek van iValue Improvement blijkt bijvoorbeeld dat het delen van werk de beste oplossing is om een burn-out te voorkomen. Door de werkzaamheden en daarmee ook de verantwoordelijkheid te verdelen over meer dan één persoon, worden mensen ontlast. Het lijkt een open deur, maar nog niet eerder is deze conclusie door middel van wetenschappelijk onderzoek bewezen. Ook opleiding en begeleiding hebben een enorm positieve invloed op de mentale gesteldheid van medewerkers. Kortom; het werk moet anders georganiseerd worden.
Wil je op de hoogte gehouden worden over de uitkomsten van het UTA-onderzoek en het cao-traject? Klik hier om je aan te melden voor de nieuwsbrief.
UTA-onderzoek: blijf op de hoogte!
UTA-onderzoek: blijf op de hoogte!
UTA-onderzoek | Maak jij overuren en krijg je ze betaald?
UTA-onderzoek: maak jij overuren en krijg je ze betaald?
Soms moet je werken buiten de uren die je met je werkgever hebt afgesproken. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren als het heel druk is of als je een collega moet vervangen. De werkgever moet hier een goede reden voor hebben. Wat zijn de afspraken voor UTA-medewerkers?
Als je besluit om meer uren te werken dan in je contract staat en je werkgever dit niet van je gevraagd heeft, wordt dit niet altijd als overwerk gezien. Je werkgever hoeft deze uren niet te vergoeden. Daarom is het handig om hier afspraken over te maken met je werkgever. Vaak zijn over de uitbetaling van overuren afspraken vastgelegd in de cao, het bedrijfsreglement, of je arbeidsovereenkomst.
Overwerk als UTA-medewerker in de bouw
Voor UTA’ers zijn er enkele afspraken gemaakt in de cao Bouw&Infra. Er is sprake van overwerk als je op een dag meer werkt dan volgens het rooster dat is vastgesteld volgens de cao. Verplichte extra uren uit het spaarurenmodel zijn geen overwerk. Uit de cao volgt ook dat in beginsel moet worden vermeden dat de UTA-werknemer structureel overwerkt. Structureel overwerk betekent dat je er regelmatig meer uren worden gewerkt dan de afgesproken contacturen.
Structureel overwerken kan nadelige gevolgen hebben voor je gezondheid en welzijn. Het kan namelijk bijdragen aan het gevoel van stress en angst of leiden tot een depressie. Daarnaast kan het ervoor zorgen dat je slecht slaapt, vermoeid bent en een verminderde productiviteit en concentratie hebt. Laat daarom aan je werkgever weten dat je te veel werk in weinig uur moet doen. Mogelijk kan je werk anders ingedeeld worden.
Als je als UTA-werknemer overwerk van aanmerkelijke omvang doet en dit gebeurt in opdracht van de werkgever, dan moet jouw werkgever jou laten weten hoe hij dit compenseert. Als je werkgever dit niet doet of als de compensatie per uur lager is dan het uursalaris, dan hebben werknemers met een functie tot en met niveau 3 ten minste recht op een uur vrije tijd of een uur salaris per uur overwerk. We adviseren je om altijd zelf bij te houden hoeveel uren je werkt en overwerkt. Als je deze uren niet betaald krijgt, kun je eens de overwerkcalculator gebruiken om te berekenen hoeveel geld je misloopt.
De praktijk
Tijdens de webinars die wij hebben gehouden om input op te halen bij jullie voor het UTA-onderzoek stelden wij de vraag hoeveel overuren de aanwezige UTA’ers maken. Het werd duidelijk dat sommigen van jullie tot wel 10 overuren per week maken. Soms worden deze uren vergoed in tijd voor tijd, maar dan moeten deze uren wel zelf bijgehouden worden. Bij anderen wordt een verzoek tot uitbetaling alleen gehonoreerd als er vooraf is aangegeven dat er overuren gemaakt gaan worden.
De deelnemers waren het er met zijn allen over eens dat er meer personeel moet komen om niet meer structureel over te moeten werken. Daarnaast werden ook andere oplossingen aangedragen, zoals het werk aantrekkelijker naken voor jongeren en het werk opsplitsen en verdelen over meerdere collega’s om de werkdruk te verdelen.
Wil je op de hoogte gehouden worden over de uitkomsten van het UTA-onderzoek en het cao-traject? Klik hier om je aan te melden voor de nieuwsbrief.
UTA-onderzoek: blijf op de hoogte!
UTA-onderzoek: blijf op de hoogte!
Gastcolleges voor studenten Bouwkunde en Civiele Techniek
Gastcolleges voor studenten Bouwkunde en Civiele Techniek
FNV|UTA biedt twee soorten gastcolleges aan voor studenten Bouwkunde & Civiele Techniek. Beide gastcolleges zijn gratis, interactief en versterken de positie van jongeren bij de start op de arbeidsmarkt. Dus ben jij docent of student? Lees dan even verder.
De gastdocenten van FNV|UTA maken je op boeiende en interactieve manier wegwijs op de arbeidsmarkt. Want als je weet hoe het werkt en wat je mag en wat je moet, sta je een stuk zelfverzekerder in het werkveld!
Hieronder vind je ons aanbod. Een specifiek onderwerp uit een van onze gastcolleges behandelen? Geen probleem, maatwerk is mogelijk!
Gastcollege: Ready for Work
Wat moet je weten als je aan het werk gaat? Niet alleen straks na je studie, maar ook als je nu een bijbaan hebt of stage loopt. Wat mag je en wat moet je? Tijdens dit gastcollege komen al deze vragen aan bod. Daarnaast is er genoeg ruimte voor vragen over stage, bijbaan of toekomstige droombaan.
Voor wie? Alle leerjaren
Lesduur: Maatwerk
Inhoud:
- Wat is een cao en waarom is een cao zo belangrijk?
- Je startsalaris
- Alles wat je moet weten over stage
- Belastingaangifte en zorgtoeslag: hoe werkt dat precies?
- Contractcheck
Gastcollege: Construct your Future
Met een diploma op zak gaan veel afgestudeerden op zoek naar een baan. Hoe zit het eigenlijk met je rechten en plichten op de arbeidsmarkt? Met het inzicht dat je tijdens dit gastcollege opdoet, vergroot je je kennis en zelfredzaamheid. En dat is heel belangrijk als starter op de arbeidsmarkt!
Voor wie? 3e en 4e jaars
Lesduur: Maatwerk
Inhoud:
- Hoe ziet een sollicitatieprocedure eruit? En wat is een assessment?
- Do’s en dont’s die je niet terugvindt in een lesboek
- Messcherp onderhandelen
- Duurzame inzetbaarheid: een leven lang leren
- Een eigen onderneming/ZZP
Meer informatie?
Ben jij zelf student Bouwkunde & Civiele Techniek en zou jij graag een gastcollege willen krijgen voor jezelf en je medestudenten? Stuur dan een e-mail naar uta@fnv.nl, dan gaan we het voor jullie regelen.
Ben je docent en heb je vragen of wil je meer informatie over de gastcolleges voor studenten? Stuur een e-mail naar uta@fnv.nl of bel FNV|UTA Consulent Daniëlle Strijbos – Bok op 06-18511269 (bereikbaar op maandag, dinsdag, en donderdag).
Gastcollege aanvragen
Gastcollege aanvragen
Pensioenconsulent | 3 redenen om een afspraak te maken
Ben je de dagen tot je aow-leeftijd al aan het aftellen? Of mag je voorlopig nog niet met pensioen? Het is altijd goed om te weten hoe jij ervoor staat. Kijk daarom eens met een pensioenconsulent van FNV naar jouw pensioen.
Richting je pensioengerechtigde leeftijd komt er veel op je af. Je moet afscheid nemen van je werk, iets waar je lang veel tijd en energie in hebt gestoken. Je begint aan een heel nieuwe fase in je leven. Werk gaat ineens geen, of een minder belangrijke rol spelen. Je ontvangt geen salaris meer, maar je pensioen. Dat zijn veel veranderingen! Een pensioenconsulent kan je advies geven. Hieronder vind je drie redenen om eens met zo’n consulent in gesprek te gaan.
- Wensen en doelen
Je moet veel keuzes maken en die hebben invloed op de hoogte van je pensioen, en daarmee je inkomen. Voor jou én voor je eventuele partner. Denk bijvoorbeeld aan de ingangsdatum van je pensioen, en de hoogte van het partnerpensioen. Het is dus goed om na te denken over je wensen en je doelen (ook al zijn die misschien nog ver in de toekomst).
- Geruststelling
Het kan best spannend zijn om met pensioen te gaan. Voordat deze nieuwe fase ingaat moet je keuzes maken. En deze keuzes zijn vaak definitief. Een pensioenconsulent heeft dit al vaker meegemaakt, en weet precies hoe dit traject in zijn werk gaat. Hij/zij weet welke keuzes er zijn, en wat er nog meer bij komt kijken voor je met pensioen gaat.
Het kan heel fijn zijn om uitleg van een pensioenconsulent te krijgen over wat je te wachten staat, hoe met pensioen gaan in zijn werk gaat, en wat jij wel en niet moet regelen. Dit geeft rust en overzicht, ongeacht welke leeftijd je nu hebt.
- Pensioenberekening
Het berekenen van pensioen kan wel eens mis gaan. Het zou vervelend zijn als je te weinig pensioen ontvangt omdat er ergens een rekenfout is gemaakt. Twijfel jij aan de juistheid van je pensioen? Een pensioenconsulent van FNV kan voor je uitzoeken of je pensioen juist is, en/of hoe je pensioen er in de toekomst uit komt te zien.
Wil je een afspraak maken voor een gratis consult met een van onze pensioenconsulenten? Dit kan ook wanneer je geen lid bent van FNV. Je kunt de consulenten bereiken op telefoonnummer 088 – 368 0296. Via deze link kom je op de contactpagina van de pensioenconsulenten terecht, waar je e-mailadressen van de consulenten in verschillende regio’s kunt vinden.
Wanneer je lid bent van FNV kunnen we je helpen met complexere kwesties rondom je pensioen, bijvoorbeeld wanneer je behalve in de bouw ook in andere sectoren hebt gewerkt. De consulenten zijn deskundig op alle relevante gebieden van het Pensioenrecht. Dat betekent dat het advies niet ophoudt bij de opgebouwde rechten van het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Bouwnijverheid (bpfBOUW), maar dus een stap verder gaat.
Vind je niet wat je zoekt? Neem contact op met een van onze consulenten, of stuur een mail naar uta@fnv.nl .
Wil je meer informatie over je pensioen? Wij hebben alles over het pensioen van de UTA’er op een rijtje gezet. Download het ‘UTA pensioen e-book’ hier.
21 maart: Internationale dag tegen Racisme en Discriminatie
Helaas komt discriminatie op het werk nog veel voor. Bijna één op de zes Nederlanders heeft wel eens te maken gehad met discriminatie op het werk. Dat meldt de Nationale Vacaturebank op basis van onderzoek onder 2500 mensen, onder wie werknemers, werkgevers, en werkzoekenden.
Discriminatie kan zich voordoen in allerlei vormen. Je kan anders worden behandeld door je werkgever of collega’s omdat je een ander geloof, nationaliteit, geslacht of geaardheid hebt. Lees wat jij kunt doen zodra je te maken krijgt met discriminatie.
Word jij gediscrimineerd? Dan is het belangrijk om voor jezelf op te komen en de volgende stappen te nemen:
Stap 1: Ga in gesprek met je werkgever en/of OR
Neem contact op met je werkgever en geef duidelijk aan dat jij je gediscrimineerd voelt. Je kunt bij je werkgever dan gelijk een melding maken van de situatie. Jouw werkgever dient dan in actie te komen. Een werkgever heeft namelijk meerdere verplichtingen tegenover zijn werknemers. Een werkgever is bijvoorbeeld verplicht om een veilige werkplek voor jou te realiseren en dat betekent ook een werkplek waarbij werknemers niet worden gediscrimineerd.
Je kunt naast je werkgever ook contact opnemen met de ondernemingsraad (OR) of een vertrouwenspersoon. De OR is er in het belang van de werknemers, zij kunnen jou ondersteuning bieden bij het indienen van je klacht. Je kunt dan met je werkgever, OR en vertrouwenspersoon kijken of het mogelijk is om onderling tot een oplossing te komen.
Stap 2: Melding College Rechten van de Mens
Doet je werkgever niets aan jouw melding? Vind je geen gehoor bij de OR of de vertrouwenspersoon? Werknemers die het gevoel hebben slachtoffer van discriminatie te zijn kunnen terecht bij het College voor de Rechten van de Mens. Op de website kan een klachtenformulier worden gedownload. Het College voor de Rechten van de Mens is het mensenrechteninstituut van Nederland. Als onafhankelijke toezichthouder belichten, beschermen en bevorderen zij de mensenrechten, en oordelen ze over discriminatieklachten.
Wil je advies over discriminatie, racisme, (seksuele) intimidatie, pesten of ander ongewenst gedrag op de werkvloer? Of gewoon een luisterend oor? Bel de Vertrouwenstelefoon, op werkdagen tussen 19.00 en 21.30 uur. Of stuur een e-mail naar uta@fnv.nl
ZZP | Gezamenlijk onderhandelen zonder overtreding concurrentieregels
Naar aanleiding van aangepaste Europese regelgeving heeft de Autoriteit Consument en Markt (ACM) de Nederlandse leidraad ‘tariefafspraken zzp’ers’ aangepast. Daarin staat onder andere dat zzp’ers onder bepaalde voorwaarden gezamenlijk mogen onderhandelen, zonder dat hierbij de concurrentieregels worden overtreden.
Zelfstandigen zonder personeel mogen gezamenlijk onderhandelen als zij:
- Economisch afhankelijk zijn van hun opdrachtgever, of
- Feitelijk zij-aan-zij werken met werknemers in loondienst, of
- Werken via digitale arbeidsplatformen (bijvoorbeeld taxi’s).
Bescherming
Het aantal zzp’ers is de afgelopen jaren flink gegroeid. Dat heeft voor- en nadelen. Vooral aan de onderkant van de arbeidsmarkt is de onderhandelingspositie van zzp’ers vaak gering. Dat leidt vervolgens tot slechtere beloningen en arbeidsvoorwaarden. Vaak zijn deze zzp’ers ook niet goed verzekerd tegen ongevallen of werkloosheid.
Werkgevers maken soms ook gebruik van zzp’ers die feitelijk hetzelfde werk doen als werknemers in loondienst, waarmee zij de wettelijke werknemersbescherming omzeilen. De eerder genoemde leidraad biedt zzp’ers inzicht in de mogelijkheden voor gezamenlijk onderhandelen over beloning en arbeidsvoorwaarden. Op deze manier hoopt de ACM de positieve gevolgen van de zzp-groei te behouden, en de negatieve te verminderen.
De uitgebreide informatie staat in de Leidraad tariefafspraken zzp’ers. Heb je hulp nodig of kom je er niet uit? Je kunt een mail sturen naar uta@fnv.nl, of contact opnemen met FNV ZZP door te bellen naar 088-0997010 .
Industriële bouw: een goede ontwikkeling?
Afgelopen week is het jaarlijkse onderzoek van Marjet Rutten over industriële bouw in Nederland weer gepubliceerd. Wat blijkt: de industriële bouw in Nederland zette ook in 2022 verder door. Er kwamen voor het eerst meer dan 10.000 woningen uit een fabriek. Hierdoor groeide het marktaandeel van industriële bouw verder tot 14 procent.
Volgens minister De Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke ordening is industrialisatie en technologie het antwoord op alle uitdagingen in de bouw: van woningnood en milieuvraagstukken tot kwaliteit en tekort aan personeel. Maar is dat ook zo?
Aandacht voor huizenfabrieken
De ontwikkeling van industrieel bouwen is voor ons als vakbond niet nieuw meer. Het afgelopen jaar hebben wij van FNV Bouwen & Wonen meerdere fabrieken bezocht waar huizen geproduceerd worden en hebben we gesproken met werknemers. Het is een ontwikkeling die nadrukkelijk onze aandacht heeft. Het is een nieuwe groeiende tak binnen de bouwsector die compleet anders is dan de traditionele manier van bouwen. Vanzelfsprekend juichen wij ontwikkelingen en innovaties toe die het werk in de bouw minder zwaar en veiliger maken. Echter maken wij ons ook zorgen om de zogenoemde ‘huizenfabrieken’.
Na het lezen van vele interviews, artikelen en bezoeken van huizenfabrieken is ons een aantal zaken opgevallen als we kijken naar het werken in zo’n huizenfabriek. Er zijn verschillende voordelen te noemen: het werk is binnen en je hebt minder last van wisselende weersomstandigheden en er zijn vaker (technologische) hulpmiddelen die het werk minder zwaar maken. Ook hebben we tijdens onze bezoeken begrepen dat er minder bedrijfsongevallen plaatsvinden.
Maar het werken in een huizenfabriek kan ook een andere kant hebben. Eén van de zorgelijke ontwikkelingen die wij binnen de huizenfabrieken hebben gezien is de organisatie van het werk. Deze huizenfabrieken zijn veelal échte fabrieken, er moet geproduceerd worden op grote schaal en het liefst zo snel mogelijk. Vergelijk het met een fabriek waar auto’s geproduceerd worden. Het werk wordt veelal opgeknipt in kleine deelhandelingen, handelingen die weinig tijd in beslag nemen en die ook aan vrijwel iedereen geleerd kunnen worden. Dit soort werk is onaantrekkelijk voor vakmensen, het is routinematig en geestdodend. Daarbij is zo’n werknemer eenvoudig inwisselbaar voor een ander. Het opknippen van werkzaamheden in vele deelhandelingen komt voort uit de gedachte dat arbeid een kostenpost is. Dit in plaats van dat werknemers wat toevoegen aan een product.
Flexwerk en arbeidsmigranten
De laatste tijd worden er zorgen uitgesproken over de enorme toename van het aantal arbeidsmigranten en de erbarmelijke omstandigheden waaronder zij wonen en werken. De minister van Sociale Zaken en werkgelegenheid sprak onlangs uit dat de arbeidsmigratie beperkt moet worden, een opvatting die al eerder is uitgesproken door de Arbeidsinspectie. Het is natuurlijk mooi dat deze erkenning er is, maar wat is de volgende stap?
Nederland is kampioen flexwerk, mogelijk gemaakt door jarenlang bewust overheidsbeleid om het voor werkgevers heel aantrekkelijk te maken om werk zoveel mogelijk te flexibiliseren en daarmee spotgoedkoop te maken. Dat heeft geleid tot een oerwoud aan tijdelijke contracten en niet zelden tot eenvoudig en uitgehold werk. Deze enorme fixatie op werk als kostenpost heeft de toestroom van arbeidsmigranten fors laten toenemen. Zij zijn goedkoop, er is korte inleertijd nodig door het uitgeholde werk en het aantal arbeidsmigranten die lid is van een vakbond is doorgaans laag. Terecht dat de opvatting is dat het aantal arbeidsmigranten omlaag moet. Echter, de huidige krapte op de arbeidsmarkt, die natuurlijk niet uit de lucht is komen vallen, wordt weer van stal gehaald om te pleiten voor de inhuur van…. arbeidsmigranten. Tsja, daar zijn we weer.
In de bouw horen we hetzelfde verhaal: er is een tekort aan personeel, dus moeten er meer arbeidsmigranten komen. De vraag is of het anders kan. Nu we zien dat de bouw fors verandert door de komst van de huizenfabrieken moet het eens anders. Bij het inrichten van een huizenfabriek zijn er keuzes te maken als het gaat om hoe het werk wordt georganiseerd.
Organisatie inrichting is een keuze
De vraag is welke keuzes bouwwerkgevers maken bij de inrichting van de huizenfabrieken. Vallen zij terug op het uitgangspunt dat werk zo goedkoop mogelijk moet zijn? En knippen zij werk in de huizenfabriek op in een reeks van eenvoudige deelhandelingen? Met als resultaat dat werk veelal geestdodend en routinematig is en waarbij de toegevoegde waarde van werknemers heel gering is. Of wordt er gekozen voor vakmanschap waarbij goed werk een bijdrage levert aan de kwaliteit van het product?
Dit laatste doet een beroep op een andere organisatie inrichting met ruimte voor leren en ontwikkelen, vakmanschap en op een andere stijl van leidinggeven. Hierbij staat de kwaliteit van werk en het product voorop. Werk met leer- en ontwikkelingsmogelijkheden, waarbij een beroep wordt gedaan op uiteenlopende vaardigheden en waarbij de werknemer ruim voldoende beslismogelijkheden heeft. De allround vakman is daarvan een voorbeeld. Hierbij het niet alleen gaat om verschillende vakinhoudelijke vaardigheden, maar ook om sociale en digitale vaardigheden. Het werk wordt daardoor interessanter en aantrekkelijk. Het maakt werknemers duurzaam inzetbaar, zodat zij waardevol zijn en blijven op de arbeidsmarkt. Maar ook voor werkgevers is dit aantrekkelijk. Medewerkers zijn zo op meer plekken inzetbaar dan op één specifieke functie en hun betrokkenheid bij de organisatie vergroot. Wij denken dat door het werk interessant te maken, het voor werknemers aantrekkelijk is om in de bouw te gaan en te blijven werken.
Column Hans Crombeen | Trekhaak

"Lang geleden zijn de toen bestaande cao’s voor de Bouwnijverheid en voor UTA medewerkers samengevoegd tot één cao. Met als doel om in de jaren erna de arbeidsvoorwaarden te harmoniseren. Maar werkgevers en vakbonden hebben de jaren daarna hele andere plannen gehad met die harmonisatie. Dat zorgde ervoor dat de bestaande verschillen niet werden opgelost. Ook zorgde de samenvoeging ervoor dat er minder specifiek aandacht was voor de arbeidsvoorwaarden in het UTA deel.
We hebben heel veel voorstellen gedaan om daar verandering in aan te brengen. Werkgevers hebben dat steeds afgedaan als niet relevant. Zij gaan er immers vanuit dat door het ontbreken van afspraken in de cao de werkgevers in de praktijk al heel veel afgesproken hebben met hun werknemers. Een cao afspraak op hetzelfde gebied zou dan ervoor zorgen dat de mensen twee keer compensatie zouden krijgen voor hetzelfde. Ja, er zal best veel worden overgewerkt, zeggen de werkgevers. Maar daar ontvangen de werknemers dan ook een hoger loon voor. Of een dertiende maand. Of een grotere lease auto dan de standaard. Of zelfs een extra in de vorm van een trekhaak achter die auto. En reistijdvergoeding? Of een zwaarwerkregeling? Of….? Allemaal niet nodig, werknemers krijgen al allerlei extra’s, aldus de werkgevers.
In 2021 hebben we behoorlijk wat uitvragen gedaan bij onze achterban rondom de cao onderhandelingen. Volgend op eerdere onderzoeken die we onder onze leden hebben gedaan. Zelfs het EIB heeft onderzoek verricht naar de arbeidsvoorwaarden. Maar geen enkel onderzoek werd ‘geloofd’. Daarom hebben we in de laatste cao afgesproken om SAMEN een onafhankelijk onderzoek te doen. Met de voorbereiding daarvoor zijn we nu druk. In het eerste kwartaal van 2023 gaat dit live. Iedereen die als UTA medewerker in de sector werkt (en werkgevers) mogen hem invullen. Help je ons straks door hem in te vullen? Voor de cao onderhandelingen van 2024 zal het van groot belang zijn dat dat gebeurt."
Grote gevolgen voor bouwsector na opheffing bouwvrijstelling
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 2 november geconcludeerd dat de bouwvrijstelling voor stikstofdepositie niet voldoet aan het Europese natuurbeschermingsrecht. De vrijstelling mag daarom niet langer gebruikt worden voor bouwprojecten.
De Wet natuurbescherming bevatte sinds 1 juli 2021 de bouwvrijstelling. De bouw was hierdoor uitgezonderd van de stikstofregels. In de praktijk betekende dit dat bij de vergunningverlening van een project geen rekening hoefde te worden gehouden met de stikstofuitstoot van bepaalde bouwactiviteiten. Volgens de wetgever zou het complete pakket aan maatregelen ervoor zorgen dat de natuur dusdanig verbeterde, dat de stikstofgevolgen van bouwactiviteiten zouden wegvallen. De effecten van tijdelijke stikstofuitstoot op de natuur waren daardoor niet van belang, zolang een gebouw na de bouw geen stikstof meer uitstootte.
Streep door de bouwvrijstelling
De bouwsector heeft hier een jaar lang gebruik van kunnen maken, maar de Raad van State heeft op 2 november geconcludeerd dat de bouwvrijstelling niet voldoet aan het Europese natuurbeschermingsrecht. Er mag namelijk alleen toestemming voor een project worden gegeven als zeker is dat de individuele beschermde natuurgebieden geen schade oplopen. Hierin volgt de Raad van State eerdere rechtspraak van het Europese Hof van Justitie. De stikstof die bij bouwprojecten vrijkomt, kan daarom niet langer buiten beschouwing gelaten worden.
Gevolgen
Dit betekent echter niet dat er sprake is van een algehele bouwstop. Er moet nu weer vooraf bekeken worden hoeveel stikstof bij elk bouwproject vrijkomt en wat daarvan de gevolgen zijn. Voor de bouwsector betekent dat nieuwe bouwprojecten veel vertraging zullen oplopen. Dergelijke berekeningen maken kost veel tijd en er is een tekort aan deskundigen die dit soort rapportages kunnen opstellen.
De uitspraak van het college heeft geen gevolgen voor projecten waarvoor al een definitieve vergunning is verleend. Voor vergunningen waartegen nog bewaar kan worden gemaakt, kan de uitspraak wel nadelig uitpakken. Voor nieuwe vergunningaanvragen geldt dat door berekeningen moet worden aangetoond dat de uitstoot binnen de regels valt. Ook kan er nog steeds toestemming worden gegeven voor projecten van groot openbaar belang als er geen andere alternatieven zijn en de natuurschade gecompenseerd wordt.
Werken aan oplossingen
“De gevolgen voor de bouw zijn verstrekkend’, aldus Bouwend Nederland voorzitter Maxime Verhagen tegen BouwTotaal. “Het kabinet zal als de bliksem piekbelasters moeten uitkopen om zo stikstofruimte vrij te maken voor natuur, bouw en nieuwe economische ontwikkelingen. Het kabinet kan het zichzelf niet veroorloven op de handen te blijven zitten. Actie is nu nodig. Dit duurt al drieënhalf jaar. Dat is onacceptabel. Om grote vertragingen te voorkomen zullen er naast de versnelde uitkoop van piekbelasters, meer experts moeten komen die stikstofberekeningen kunnen maken. Ook zal emissieloos bouwen topprioriteit moeten worden.” Ook de AFNL en NOA delen deze mening: ‘Wij roepen het kabinet op mee te investeren met de bouw, afbouw en infrasector om emissieloos bouwen in sneller tempo te kunnen realiseren. Er wordt al veel gedaan door de sector zelf om emissieloos te kunnen bouwen, maar extra investeringen zullen hard nodig zijn om ook dit proces te kunnen versnellen.”
Zo voorkom je een naheffingsaanslag omzetbelasting
De aangifte omzetbelasting is voor iedere ondernemer verplicht, ook voor ZZP’ers. Elk kwartaal krijgen veel ondernemers een naheffingsaanslag, omdat ze de aangifte niet hebben gedaan of zijn vergeten.
Wanneer je dit niet doet krijg je een naheffingsaanslag en een boete van 68,- euro. Zonde! In dit artikel vind je wat je kunt doen als je toch een naheffingsaanslag krijgt. Je leest op de website van FNV ZZP de vijf meest voorkomende redenen waarom ondernemers denken dat ze geen aangifte hoeven te doen.
First things first
Op producten en diensten zit belasting toegevoegde waarde (btw). De btw breng je in rekening bij je klanten en draag je af aan de belastingdienst. De meeste ondernemers moeten dus elk kwartaal aangifte omzetbelasting doen. Dit kan ook maandelijks of jaarlijks zijn. Hoe vaak je aangifte moet doen, hoor je van de Belastingdienst. En let op: je moet de btw die je de Belastingdienst verschuldigd bent zelf overmaken naar het rekeningnummer. Je krijgt hier geen aanslag van.
Wanneer krijg je een naheffing?
Je krijgt een naheffing als je geen aangifte of te laat aangifte doet. Heb je wel aangifte gedaan, maar niet, te weinig of te laat btw betaald? Ook dan krijg je een naheffing. Een naheffingsaanslag gaat altijd samen met een boete. Voor het niet of te laat doen van aangifte (aangifteverzuim) is de boete 68,- euro. Een boete voor niet, te weinig of te laat betalen (betalingsverzuim) is minimaal 50,- euro en maximaal 5.514,- euro.
Hoe voorkom je een naheffing?
Simpel, door op tijd aangifte omzetbelasting te doen en de btw op tijd te betalen, ook als je nog geen omzet hebt. Ben je net te laat en kom je erachter dat je nog geen aangifte hebt gedaan? Dan heb je tot zeven kalenderdagen na de deadline de tijd om de aangifte alsnog te doen. Zo voorkom je een boete.
Tóch een naheffingsaanslag
In de naheffingsaanslag maakt de Belastingdienst een schatting van hoeveel btw je moet betalen, omdat het onbekend is hoeveel btw je in rekening hebt gebracht en betaald hebt. Het bedrag op de naheffingsaanslag is daarom vaak veel hoger dan het bedrag dat je eigenlijk zou moeten betalen. Wanneer je na de naheffingsaanslag alsnog aangifte doen, hoef je meestal niet het hele bedrag te betalen. De Belastingdienst kan het geschatte bedrag na je aangifte aanpassen.
Denk je dat je onterecht een naheffingsaanslag omzetbelasting hebt gekregen? Dit kun je checken met de Naheffingsaanslag btw check van de Belastingdienst. In extreme gevallen kun je bezwaar maken. Dit doe je met het formulier ‘Bezwaar omzetbelasting’ via Mijn Belastingdienst Zakelijk.
Heb je vragen over omzetbelasting? Stel ze gerust via uta@fnv.nl