Hestia: Giny en Wytske: “Mijn moeder maakte de weg vrij, voor mij voelde de bouw nooit als een rare keuze.”

Hestia is de Griekse godin van de bouwkunst. In deze rubriek wordt een moderne godin van de bouwwereld geïnterviewd. Over haar inspiratie, de bouwwereld, en wat ze het leukst vindt in haar werk. Deze week zijn Giny Steggink, Projectleider Bouwteamprojecten bij Heijmans en haar dochter Wytske Maat, Manager Verwerving Services bij Hegeman Bouw & Infra, aan het woord.

Naam: Giny Steggink
Functie: Projectleider bouwteamprojecten bij Heijmans
Leeftijd: 57
Opleiding: HTS Civiele Techniek, Master Bedrijfskunde

Naam: Wytske Maat
Functie: Manager Verwerving Services bij Hegeman Bouw & Infra
Leeftijd: 27
Opleiding: Bestuurskunde (bachelor) en Bedrijfskunde (master) aan de Radboud Universiteit

Wanneer ontdekte je dat je de bouw in wilde?
Giny: “Mijn vader werkte in de bouw. Als kind ging ik in het weekend met hem mee, bijvoorbeeld om te helpen de betonnen vloeren weer nat te maken. Mijn opa had ook een aannemersbedrijf, dus ik groeide ermee op. Toch koos ik eerst voor laboratoriumonderwijs. In datzelfde gebouw zat Civiele Techniek en toen ik die studenten zag lopen met hun tekenkokers, dacht ik: dát lijkt me interessanter! Zo stapte ik over naar HTS Civiele Techniek. Eind jaren ’80 waren er nauwelijks vrouwen in de bouw – ik was de tweede vrouw ooit op de HTS Civiele Techniek. Ik denk dat het daardoor ook niet eerder in mij op kwam om voor die opleiding te kiezen. Het is een beetje via een omweg gegaan.”

Hoe werd daarop gereageerd?
Giny: “Toen ik mijn eerste baan kreeg bij een aannemer, twijfelde de directie of ze wel een vrouw moesten aannemen. Een van de directieleden had ’s avonds tegen zijn vrouw gezegd: ‘Eigenlijk vinden we die dame wel de beste. Maar ja, een vrouw in de aannemerij, moeten we dat nu wel doen?’ ‘Natuurlijk wel!’ had zijn vrouw gereageerd. En zo ben ik daar dus binnen gekomen.

Een week later moest ik voor een aanbesteding inlichtingen ophalen op het gemeentehuis. Zat ik daar tussen allemaal mannelijke aannemers. Toen ik terugkwam op kantoor hadden er allemaal mensen gebeld: ‘hebben jullie echt een vrouw in dienst?’ Ook dachten mensen vaak dat ik de secretaresse was als ik de telefoon opnam.

Wytske: Ik had laatst nog dat ik bij een universiteit aan kwam voor een schouw. Nog voor ik me kon aanmelden zei iemand al: ‘Oh, de studenten moeten de andere kant op.’

Giny: Toch heb ik over het algemeen positieve ervaringen gehad. Als je inhoudelijk sterk bent, accepteren ze je. Soms had ik zelfs het gevoel dat het een voordeel was – je valt op en mensen onthouden je sneller.”

Wanneer ontdekte jij dat jij de bouw in wilde, Wytske? Heeft de baan van jouw moeder daar ook aan bijgedragen?
Wytske: “Zeker. Ik heb bestuurs- en bedrijfskunde gestudeerd, dus technisch lag niet voor de hand. Maar omdat mijn ouders beiden in de bouw werkten, kreeg ik er thuis al veel van mee. Mijn eerste bijbaan was bij mijn vader op een groot infra project in Amsterdam. Dat beviel zo goed dat ik tijdens mijn studie ben blijven werken in de sector. Zo rolde ik er vanzelf in. Inmiddels werk ik ruim vier jaar fulltime bij Hegeman. Ik denk dat de vanzelfsprekendheid waarmee ik in de bouw stapte, zeker komt door mijn moeder. Voor mij voelde het nooit als een rare keuze.”

Welke verschillen zien jullie tussen de tijd dat jij begon (moeder) en nu (dochter) als vrouw in de sector?
Wytske: “Er zijn meer vrouwen, ook bij ons bedrijf. Soms zelfs zóveel dat er grapjes worden gemaakt door vrouwen zelf: ‘doe er maar geen vrouw meer bij.’ Dat was in mijn moeders tijd echt ondenkbaar.”

Giny: “Klopt. Toen ik begon, was ik vaak de enige. Voor dingen als kolven was helemaal geen plek, dat moest ik op de WC of in de auto doen. Ik denk dat dat nu wel beter is. Toevallig is bij ons pas nog besloten om te gaan zorgen voor passende werkkleding voor vrouwen.”

Wytske: Ik heb veel collega’s die niet full time werken, ook mannelijke collega’s. Voor niet alle functies wordt meer 40 uur gevraagd. Dat maakt het ook makkelijker voor vrouwen om hier te komen werken, zeker als ze kinderen hebben.

Giny: Ik ben op een gegeven moment wel naar 32 uur gegaan bij die aannemer, maar dat vond men destijds wel lastig. Er was toen ook een vacature voor afdelingshoofd. Die paste echt bij mij dus heb ik gesolliciteerd. Maar de directeur zei: nee, want jij werkt parttime. Ik denk dat er nu bij onze directie zeker wel meer bewustzijn is, omdat ze in de praktijk ervaren hebben dat het goed is om ook vrouwen in je teams te hebben. Het is gewoon beter voor het bedrijf, voor het resultaat van je projecten en voor de sfeer, om wat meer een mengelmoes te hebben.

 

Wat maakt de bouw zo leuk?
Wytske: “Voor mij is dat de diversiteit. Elk project is anders. Nieuwe klanten, nieuwe teams, telkens opnieuw verdiepen. Dat maakt het heel dynamisch. En ook de diversiteit qua teams. We hebben een lekkere mengelmoes qua mannen en vrouwen. Maar dat het ietsje meer mannen zijn, vind ik eerlijk gezegd wel fijn. Ik werk graag met mannen.”

Giny: “Jij gaat je ook altijd helemaal inlezen in de techniek, ook al heb je geen technische functie of achtergrond. En dan vertel je daar thuis over, bijvoorbeeld over hoe een damwandconstructie werkt. Dat vind ik leuk om te zien.

Voor mij is het teamwork het allermooiste aan de bouw. Je werkt met allerlei mensen samen – van kraanmachinisten tot ingenieurs – en je maakt iets tastbaars waar je trots op kunt zijn. Dat geeft veel voldoening.”

 

Wat is een moment in de carrière van je moeder/dochter dat je trots op haar was?
Giny: “Ik ben trots dat Wytske zich zo goed staande houdt in een mannenwereld en zichzelf blijft. Dat is niet altijd makkelijk. Je moet je toch meer bewijzen als vrouw. Wytske doet dat heel goed en maakt mooie stappen.”

Wytske: “Wat ik mooi vind bij mijn moeder is hoe ze in haar rol als projectleider de samenwerking centraal stelt. Ze blijft rustig en empathisch, en daardoor draaien projecten beter. Daar kan ik veel van leren.”

 

Zijn er dingen die inmiddels makkelijker zijn geworden voor vrouwen – en wat blijft juist hardnekkig hetzelfde?
Giny: “Parttime werken en voorzieningen zoals kolfruimtes en werkkleding zijn beter geregeld. Maar voor hogere functies moet je als vrouw nog steeds extra moeite doen om zichtbaar te maken dat je het kunt.”

Wytske: “Ja, en je merkt dat assertief gedrag bij vrouwen nog steeds anders wordt beoordeeld dan bij mannen. Als ik fel ben, krijg ik opmerkingen als ‘pittige tante,’ terwijl een man dat niet te horen krijgt.”

 

Wie is jullie rolmodel?
Wytske: “Mijn moeder is mijn grootste rolmodel. Daardoor vond ik het vanzelfsprekend om in de bouw te werken.”

Giny: “Vroeger had ik nauwelijks rolmodellen. Nu zie ik bij directies soms vrouwen – dat vind ik knap en inspirerend.”

 

Als jullie samen één ding mochten veranderen in de sector om het voor vrouwen aantrekkelijker te maken – wat zou dat zijn?
Giny: “Ik houd niet van een voorkeursbehandeling, maar als vrouw moet je vaak toch nog meer vechten voor je positie. Iets vaker kiezen voor de vrouwelijke in plaats van de mannelijke collega maakt het wellicht wat eerlijker. Als die vrouw van de directeur destijds niet had gezegd dat hij mij moest aannemen, was ik het niet geworden.”

Wytske: “En meer bewustwording bij directies: bespreek ambities en kansen ook expliciet met je vrouwelijke medewerkers.”

 

Wat zijn jullie dromen voor de toekomst?
Wytske: “Ooit een directiefunctie bekleden. Met mijn achtergrond kan ik juist daar bijdragen aan strategie en verandering in de bouw.”

Giny: “Nog grotere projecten leiden waarin samenwerking centraal staat. Vroeger had ik misschien een eigen bureau willen starten, maar dat zie ik nu meer als iets voor de volgende generatie.”

 

Wat zouden jullie tegen jonge vrouwen zeggen die twijfelen om deze sector in te stappen?
Giny: “Gewoon doen! Het is een prachtige sector met veel kansen.”

Wytske: “Ja, de bouw is divers, dynamisch en belangrijk voor de toekomst. Er is altijd wel een rol die bij je past – ook als je geen technische opleiding hebt.”

 

Is er iets dat jullie zelf graag willen toevoegen?
Wytske: “Wij zijn positief, maar we weten dat er ook andere verhalen zijn. Juist daarom is het goed dat deze verhalen zichtbaar worden.”

Giny: “Precies. Als je praat over de dingen waar je tegenaan loopt, merk je pas: misschien ligt het niet aan mij als persoon, misschien is het ook het vrouw zijn wat het moeilijker maakt.

Ik heb zelf ervaren dat het moeilijk kan zijn om door te groeien naar een hogere functie. Toen ik dat besprak met mijn man zei hij: ‘dat komt denk ik ook echt wel doordat jij een vrouw bent’. In zo’n situatie benoem ik dat dan niet expliciet. En misschien moet je dat inderdaad toch soms wél benoemen. Dat zorgt  gewoon voor bewustwording, waardoor het beter wordt.”

Wytske: “En dat is natuurlijk ook makkelijker als er meer vrouwen zijn. Ik denk dat dat misschien ook nog wel een verschil is met toen jij begon. Dat ik het minder ervaar omdat er echt wel meer vrouwen in de bouw werken nu.”


Zet je Out-of-Office aan op Equal Pay Day

Wist je dat vrouwen in Nederland gemiddeld nog altijd 10,5% minder per uur verdienen dan mannen?
De loonkloof is hardnekkig en zichtbaar in vrijwel alle sectoren. Dit probleem los je niet op met excuses, maar met concrete stappen van werkgevers voor eerlijke beloning. Daarom vragen we jouw hulp om de loonkloof zichtbaarder te maken.

24 november: Equal Pay Day
Equal Pay Day symboliseert het moment waarop vrouwen door de loonkloof de rest van het jaar ‘gratis’ werken. Doe mee met de ‘Out-of-Office’-actie op 24 november! Zet je automatische antwoord aan met een boodschap over de loonkloof en maak het onderwerp bespreekbaar.

Wet Loontransparantie
Veel vrouwen in Nederland verdienen nog steeds minder dan mannen, ook als ze hetzelfde werk doen. Dat is al tientallen jaren zo en zorgt ervoor dat vrouwen minder geld hebben en minder onafhankelijk zijn. De nieuwe wet Loontransparantie kan hier iets aan veranderen.

Out-of-Office-voorbeeld

Beste,

Dank voor je e-mail. Vandaag is het Equal Pay Day* en staat mijn out-of-office aan.

De loonkloof tussen mannen en vrouwen is in Nederland gemiddeld 10,5%. Dat betekent dat vrouwen voor hetzelfde werk nog steeds minder verdienen. Daarom ruil ik vandaag mijn takenlijst in voor een standpunt: dicht die loonkloof! Je leest het goed, 10,5% gemiddeld minder per uur. Dat betekent dat mijn persoonlijke loonkloof duizenden euro’s per jaar is. Dat moet toch anders kunnen?

Wil je weten wat jouw potentiële loonkloof is? Check het hier: www.fnv.nl/persoonlijkloonschandaal. Laten we samen voor meer openheid en eerlijkheid in beloning zorgen. Meer over deze actie lees je hier: www.fnv.nl/loonschandaal.

Ik ben terug op 25 november en beantwoord je e-mail dan zo snel mogelijk.

*Equal Pay Day is een jaarlijkse dag waarop we stilstaan bij de loonkloof tussen vrouwen en mannen. Op 24 november, Equal Pay Day, heeft een gemiddelde man het volledige jaarsalaris van een vrouw al verdiend, terwijl de vrouw dan nog tot het eind van het jaar door moet werken.

Hartelijke groet,

 


Uitnodiging regiobijeenkomst Vrouwen in de Bouw & Infra te Rotterdam

Uitnodiging regiobijeenkomst Vrouwen in de Bouw & Infra te Rotterdam 

Werk jij als vrouw in de Bouw & Infra en lijkt het je leuk om ook andere vrouwen uit jouw vakgebied te ontmoeten?  Op dinsdag 2 december om 19:00 nodigen wij jou uit voor een netwerkbijeenkomst te Pegasusweg in Rotterdam, op het regiokantoor van de FNV. 

Waarom deze bijeenkomst?
Als vrouw in de Bouw & Infra is het belangrijk om je stem te laten horen. Het aantal vrouwen in deze sector is nog altijd laag. Veel vrouwen die wél voor de bouw kiezen, verlaten de sector weer vroegtijdig.  Een belangrijke reden: ze voelen zich niet altijd serieus genomen. Herken jij dat? 

De bouw- en infrasector heeft vrouwen hard nodig. Diversiteit zorgt voor betere samenwerking, innovatie en werkplezier. Samen willen we onderzoeken hoe we de positie van vrouwen in de sector kunnen versterken.  

Wat gaan we doen?
Hoe blijf je als vrouw stevig staan in een mannenwereld? En waarom is dit hét moment om vrouwennetwerken op te bouwen? We gaan met elkaar in gesprek en delen ervaringen. Na deze avond kijk je met frisse ogen naar jouw werkvloer. Je weet wat je met een sterke vakbond kunt bereiken. En je hebt handvatten om samen met andere vrouwen jouw positie te versterken.  

Interesse maar woon je in een andere regio? 
Geen probleem! We gaan in verschillende regio’s bijeenkomsten organiseren, dus we komen vanzelf bij jou in de buurt. Wil je wel al met ons in contact komen, stuur dan een e-mail naar uta@fnv.nl.   

Iemand meenemen? Graag! 
Wil je een vriendin of collega meenemen? Superleuk! Stuur deze uitnodiging gerust door. Hoe meer vrouwen, hoe sterker ons netwerk. 
 

Meld je hier aan:

Meld je hier aan:


Hestia Claudia Tuinfort: “Het is geen mannenwerk. Het is gewoon werk”

Hestia is de Griekse godin van de bouwkunst. In deze rubriek wordt een moderne godin van de bouwwereld geïnterviewd. Over haar inspiratie, de bouwwereld, en wat ze het leukst vindt in haar werk. Deze week is Claudia Tuinfort, Timmervrouw bij Van Wijnen aan het woord.

Naam: Claudia Tuinfort
Functie: Timmervrouw bij Van Wijnen
Leeftijd: 19
Opleiding: MBO 3 Timmeren bij Bouwmensen Dordrecht

Wanneer ontdekte je dat je de bouw in wilde?
“Dat begon eigenlijk toen we onze schuur opnieuw moesten bouwen. Ik hielp mee en merkte dat ik het superleuk vond om te doen. Mijn vader is altijd timmerman geweest en heel handig. Daar keek ik enorm tegenop en ik dacht: als je dat allemaal zelf kunt, is dat heel handig. Ik ben ook creatief aangelegd, altijd bezig geweest met knutselen en dingen maken. Dat samen zorgde ervoor dat ik de bouw in wilde.” 

Hoe werd daarop gereageerd?
“Mijn familie reageerde superpositief en heel ondersteunend. Ze vonden dat het goed bij me paste, omdat ik altijd al handig was. Natuurlijk kreeg ik ook wel negatieve reacties. Zo zei een docent achter mijn rug dat hij dacht dat ik het niet zou halen. Dat vond ik jammer, maar het gaf me ook motivatie om te laten zien dat ik het wél kan. Uiteindelijk is 99% gewoon positief geweest.” 

Wat maakt de bouw zo leuk? Wat vind je het allerleukst aan je werk?
“Ik vind het fijn dat ik niet de hele dag achter een scherm hoef te zitten, dat past gewoon niet bij mij. In de bouw kan ik met mijn handen werken, creatief nadenken en echt iets maken. De sfeer op de bouw is vaak relaxed. Mannen zijn direct, er wordt weinig geroddeld en het is gezellig. Ik vind het ook gewoon grappig om met die “lompe mannen” samen te werken. Dat maakt het werk leuk.” 

Wie in de bouw inspireert jou?
“Mijn vader is mijn grootste inspiratie. Hij kon altijd alles maken en dat bewonder ik. Ook de vakmensen op mijn werk inspireren me. Soms ben ik uren bezig met een probleem en dan lossen zij het in vijf minuten op. Dat vind ik heel knap. Een echt rolmodel heb ik niet per se, maar ik leer veel van de mensen om me heen.” 

Wat zijn je dromen voor de toekomst?
“Eerst wil ik mijn diploma’s halen en ervaring opdoen. Daarna lijkt het me leuk om leermeester te worden en anderen het vak te leren. Uiteindelijk wil ik een eigen bedrijf beginnen, samen met mijn broer die ook timmerman is. Mijn droom is om daar ook ruimte te maken voor vrouwen in de bouw. Ik zou graag een veilige plek bieden waar ze kunnen werken en leren, zodat de stap minder groot is.” 

Wat zou je willen zeggen tegen meisjes/vrouwen die een baan in de bouw overwegen?
“Gewoon doen! Als je het leuk vindt, moet je ervoor gaan. Natuurlijk krijg je soms te maken met negatieve reacties of vooroordelen, maar het is geen mannenwerk. Het is gewoon werk. Iedereen kan het doen. Ik ben heel blij dat ik deze keuze heb gemaakt. Ik ga elke dag met plezier naar mijn werk en doe dingen die ik leuk vind.” 

Is er iets dat je zelf graag wilt toevoegen?
“Omdat ik een vrouw ben in een mannenwereld heb ik vaak het gevoel dat ik me extra moet bewijzen. Alsof ik altijd 120% moet geven in plaats van 100%. Dat kan soms druk geven, bijvoorbeeld als ik zware platen moet tillen en denk: ik mag dit niet loslaten, want dan zien ze me als ‘zwak’. Aan de andere kant motiveert het me ook om het beste uit mezelf te halen. Maar ik hoop dat het in de toekomst normaal wordt dat vrouwen in de bouw werken, zonder dat ze zich steeds hoeven te bewijzen.” 

 


Meer vrouwen in de bouw? Zorg voor vrouwen in sollicitatiecommissies

De bouwsector kampt al jaren met een tekort aan vrouwen. Terwijl de sector dringend behoefte heeft aan nieuw talent en frisse perspectieven, blijft het percentage vrouwelijke medewerkers laag. Eén concrete en relatief eenvoudige maatregel om hier verandering in te brengen, is het bewust betrekken van vrouwen in sollicitatiecommissies.[1]

Waarom vrouwen in sollicitatiecommissies?
Verschillende onderzoeken laten zien dat mensen geneigd zijn om personen die op hen lijken positiever te beoordelen en eerder aan te nemen.[2] Dit noemen we de ‘similarity attraction bias’. Wanneer er alleen mannen in een sollicitatiecommissie zitten, maken vrouwen minder kans dan wanneer er ook vrouwen bij het gesprek en de selectie betrokken zijn. Een gemende commissie zorgt voor bredere discussies, verschillende perspectieven en daarmee eerlijkere afwegingen.

Veel vrouwen voelen zich daarnaast eerder op hun gemak wanneer er (ook) vrouwen tegenover haar aan tafel zitten en komen daardoor beter tot hun recht in het gesprek.[3] Voor vrouwelijke kandidaten kan de aanwezigheid van vrouwen in de commissie bovendien een signaal zijn dat de organisatie diversiteit serieus neemt en dat er ruimte is om zich als vrouw in de bouw te ontwikkelen.

Meer dan symbolisch
Het gaat hierbij niet alleen om representatie, maar ook om invloed. Vrouwen in sollicitatiecommissies brengen vaak andere invalshoeken mee, stellen andere vragen en kunnen gevoeliger zijn voor inclusieve aspecten van een werkomgeving. Hun aanwezigheid kan bijdragen aan het aannemen van talent dat anders misschien over het hoofd zou worden gezien. Zo bevestigt ook Esther Knabben, Directeur Regiogroep bij Royal Haskoning DHV, in onze Hestia rubriek: “Wat echt verschil maakt, is dat er vrouwen in sollicitatie- en selectiecommissies zitten. Sinds ik leidinggevende ben, is de helft van de nieuwe aanstellingen vrouw. Dat zegt genoeg: vrouwen zien sneller mogelijkheden als er al vrouwen aan tafel zitten.”

Effect op de sector
Het opnemen van vrouwen in sollicitatiecommissies is dus niet alleen een kwestie van rechtvaardigheid, maar ook van strategisch personeelsbeleid. Meer vrouwen aannemen betekent meer diversiteit in teams, wat bewezen leidt tot innovatievere oplossingen, betere samenwerking en een sterkere aantrekkingskracht op jong talent.[4]

Hoe zat dit bij jou?
Door bewust vrouwen een rol te geven in werving en selectie, kunnen bedrijven in de Bouw en Infra een stap zetten richting een inclusievere werkomgeving waarin meer vrouwen willen komen en blijven werken. Hoe zat dit bij jou? Zat er een vrouw in jouw sollicitatiecommissie? En zo niet, had je het fijner gevonden als dit wel zo was? Wat zou dat voor jou betekend hebben?

[1] Het betrekken van vrouwen in sollicitatiecommissies alleen is niet genoeg om een eerlijk selectieproces te waarborgen. Het is slechts één maatregel die we hier nu uitlichten. Hiernaast zijn nog andere zaken belangrijk, zoals inclusieve vacatureteksten en objectieve, meetbare en gestandaardiseerde beoordeling.
[2] Tholen, G. (2024). Matching Candidates to Culture: How Assessments of Organisational Fit Shape the Hiring Process. Work, Employment and Society, 38(3), 705-722; Abbasi, Z., Billsberry, J. & Todres, M. (2024). Empirical studies of the “similarity leads to attraction” hypothesis in workplace interactions: a systematic review. Manag Review Quarterly 74, 661–709; Bunica, A. (2025). A Bibliometric Analysis of Similarity Attraction Bias in Recruitment: Implications for Workplace Diversity and Inclusion. Review of International Comparative Management, 26(1), 122-131.
[3] VHTO (2022) Vrouwen in bèta, techniek en IT, hoe behoud je ze als organisatie?
[4] McKinsey & Company (2020). Diversity Wins: How inclusion matters; Post, C. & Byron, K. (2015). Women on Boards and Firm Financial Performance: A Meta-analysis. Academy of Management Journal. 58(5), 1546–1571.

 

 


Hestia Esther Knabben: “netwerken zijn heel belangrijk, zodat vrouwen zich welkom voelen en blijven in de sector”

Hestia is de Griekse godin van de bouwkunst. In deze rubriek wordt een moderne godin van de bouwwereld geïnterviewd. Over haar inspiratie, de bouwwereld, en wat ze het leukst vindt in haar werk. Deze week is Esther Knabben, Directeur Regiogroep bij Haskoning aan het woord.

Naam: Esther Knabben
Functie: Directeur regiogroep Infrastructuur bij Royal Haskoning DHV
Leeftijd: 50
Opleiding: HTS Verkeerskunde, Technische Bestuurskunde (TU Delft)

Wanneer ontdekte je dat je de bouw in wilde?
"Eigenlijk niet op één specifiek moment. In mijn familie zitten veel ingenieurs, dus techniek was altijd vanzelfsprekend. Ik vond techniek en de bèta-vakken leuk en zo was de keuze heel logisch. Mijn keuze voor verkeerskunde kwam vooral doordat een nicht die studie deed en daar enthousiast over vertelde. De combinatie techniek en creativiteit kwam er mooi in naar voren. Ik heb er nooit spijt van gehad.”

Hoe werd daarop gereageerd?
“Mensen reageerden vooral verbaasd op de keuze voor het vakgebied verkeerskunde. want dat was nogal onbekend. Negatieve reacties op dat ik voor een technische studie koos, heb ik nooit gehad. Binnen mijn familie was het juist heel normaal.”

Wat maakt de infra zo leuk?
“Vooral de mensen: bescheiden, trots op hun vak, en altijd gericht op kwaliteit. Samen puzzelen tot alles klopt, hoe iets nog mooier, beter of efficiënter kan. Bijdragen aan iets dat de maatschappij nodig heeft zonder al te veel poehaa, dat past wel bij mij. Dat geeft voldoening. Het gaat misschien niet altijd om grootse dingen, maar wel om werk dat écht impact heeft op het leven van mensen. Ik zeg altijd, je denkt er vast niet vaak aan, maar wat als bruggen, sluizen, wegen en fietspaden, riolering en openbare verlichting het niet meer doen? Dan is het toch supermooi dat mensen hier met zoveel passie aan werken. Dat maakt me echt trots!”

Wie in de bouw inspireert jou?
“Ik laat me inspireren door de mogelijkheden om het beter, duurzamer en slimmer te doen. Ik word enthousiast van collega’s die innoveren, nieuwe technieken inzetten en jong talent meenemen. Zelf heb ik veel gehad aan mentoren: ervaren mensen die hun kennis en netwerk met mij deelden. Daarnaast heb ik binnen Haskoning een vrouwennetwerk opgericht, om af en toe te sparren als je ergens tegenaan loopt, met een vertrouwd persoon. Daar merk ik hoe inspirerend en leuk het is dat vrouwen elkaar weten te vinden. Bijvoorbeeld als ze overwegen ergens te solliciteren, of tegen iets aan lopen waar ze niet meteen raad mee weten.”

Wat vind je het allerleukst aan je werk?
“Mooie dingen maken die echt werken en mensen onderling verbinden om dat te realiseren. Ik onderstreep ook het belang van “leuk en lol in je werk”. Waar mensen met plezier werken, gaat de energie stromen komen. Daarvoor hebben mensen speelruimte nodig. Ruimte om iets uit te proberen, met elkaar te sparren en te elkaar uit te dagen. Innoveren is toch ook een beetje uitproberen en als het misgaat leren en verbeteren, zonder dat je daar meteen op afgerekend wordt. Daar kun je als leidinggevende een belangrijke rol in spelen.”

Wat zijn je dromen voor de toekomst?
“Ik hoop dat opdrachtgevers en opdrachtnemers meer vanuit vertrouwen samenwerken. Gelukkig gaat het vaak goed, maar er is nog veel te winnen. De opgaven waar we als maatschappij voor staan zijn complex en deskundig personeel is schaars, zowel aan de opdrachtgever als aan de opdrachtnemerskant. Laten we vooral samen zoeken naar hoe we tot slimme en goede oplossingen komen. Als je de vraag van de opdrachtgever beter doorgrond, kun je hem ook beter helpen. Daarvoor zijn langdurige relaties en echte openheid voor nodig. Alleen door echt samen te werken krijgen we de beste oplossingen.”

Wat zou je willen zeggen tegen meisjes/vrouwen die een baan in de bouw of infra overwegen?
“Gewoon doen! Ga voor wat je leuk vindt, wees niet te braaf en niet te bang. Je kunt heel veel meer dan je denkt! Laat je ambities zien, gebruik je netwerk en oefen je ‘elevatorpitch’. Enthousiasme leidt er toe dat je mensen om jezelf heen gaat verzamelen die je steunen en kansen geven – zowel mannen als vrouwen overigens.”

Is er iets dat je zelf graag wilt toevoegen?
“Ik hoop dat we ooit op een punt komen dat we vrouwen in de bouw niet meer apart hoeven te benoemen en dat het gewoon normaal is. Tot die tijd zijn netwerken en zichtbaarheid heel belangrijk, zodat vrouwen zich welkom voelen en ook blijven in de sector.

Wat daarbij echt verschil maakt, is dat er vrouwen in sollicitatie- en selectiecommissies zitten. Sinds ik leidinggevende ben, is de helft van de nieuwe aanstellingen vrouw. Dat zegt wat iets: vrouwen zien sneller mogelijkheden als er al vrouwen aan tafel zitten.”

 


Werken als vrouw in de Bouw & Infra ís de uitzonderingspositie!  

De bouwsector is traditioneel een mannenwereld. Cijfers laten zien dat vrouwen nog steeds ernstig ondervertegenwoordigd zijn. Het resultaat: werkplekken zijn niet of onvoldoende ingericht op vrouwen. Praktische voorzieningen zoals passende werkkleding of een vrouwentoilet ontbreken. Maar ook qua "cultuur" (opmerkingen, grapjes, intimidatie, nastaren, niet serieus genomen worden) is er nog werk aan de winkel.  Maatregelen om de bouw meer in te richten op vrouwen (of maatregelen specifiek gericht op vrouwen) zijn geen "uitsluiting" of "voorkeur" voor vrouwen, maar een noodzakelijke stap om het speelveld eerlijker te maken. Alleen door het onderscheid te maken, kunnen we de bestaande ongelijkheid wegnemen. 

Wat zeggen de cijfers? 

  • Volgens het CBS is zo'n 90% van de banen in de bouwsector door mannen vervuld. Vrouwen vormen dus ongeveer 10% van de werknemers in de bouw.  
  • Het percentage vrouwen dat daadwerkelijk op de bouwplaats werkt, ligt nog veel lager. Één op de vierhonderd bouwplaatsmedewerkers is vrouw.  
  • Volgens cijfers van Women Inc. verlaat 65% van de vrouwen met een technische opleiding uiteindelijk de sector.  
  • Uit datzelfde rapport volgt dat wereldwijd maar liefst 70% van de vrouwen in de techniek aangeeft dat ze zich extra moeten bewijzen, puur omdat ze vrouw zijn.
     

Wat zijn de grootste knelpunten?
Uit gesprekken én internationale literatuur komen regelmatig deze knelpunten naar voren: 

  • Geschikte werkkleding en beschermingsmiddelen ontbreekt vaak
    Veel PPE (personal protective equipment) is ontworpen voor “mannelijke afmetingen”. Vrouwen hebben te maken met handschoenen, helmen, laarzen etc. die niet goed passen, wat veiligheid en comfort in gevaar brengt. Vrouwen geven aan dat ze zich serieuzer genomen voelen met passende werkkleding, omdat het er een stuk professioneler uitziet.
  • Geen gescheiden en comfortabele voorzieningen
    Toiletten, kleedkamers, aparte ruimten voor vrouwen zijn vaak schaars of ontbreken. Het lopen langs de pisbakken van de mannen, je menstruatieproducten niet in een prullenbakje kunnen gooien, je handen niet kunnen wassen en niet kunnen kolven op je werk. Het zijn situaties waar vrouwen dagelijks tegenaanlopen op de bouwplaats. 
  • Hormonen, (zwangerschap,) gezondheid onbespreekbaar
    Er is schaars aandacht voor de manier waarop menstruatie, zwangerschap of andere hormonale verschuivingen van invloed kunnen zijn op werktempo, veiligheid, werkplanning. Vrouwen voelen zich vaak niet veilig of redelijk om dit te bespreken.
  • Beperkte mogelijkheden voor flexibel of deeltijdwerk
    Onregelmatige werkuren, en verplichtingen zoals kinderopvang rond schooltijden zijn vaak slecht verenigbaar met de standaarden in de bouw. Deel-/flexwerk is vaak lastig te organiseren op bouwplaatsen.  
  • Cultuur: grapjes, uitsluiting, sfeer Er heerst vaak een cultuur waarin je “anders zijn” voelt. Vrouwen ervaren uitsluiting, seksistische opmerkingen, een gebrek aan rolmodellen en mentale belasting omdat ze zich als uitzondering voelen. Veel vrouwen geven aan dat zij het gevoel hebben harder te moeten werken, of meer te moeten weten voordat zij geaccepteerd worden. 

Waarom dit niet “een vrouwen-cao” moet zijn, maar een gelijke voorwaarden-cao
Wij krijgen regelmatig te horen dat vrouwen geen uitzonderingspositie moeten krijgen en dat het geen vrouwen-cao moet worden. De term “vrouwen-cao” doet alsof vrouwen bevoorrecht worden; in werkelijkheid gaat het om het wegnemen van systematische belemmeringen, waardoor we een gelijk speelveld creëren. Dan hoeven vrouwen eindelijk geen uitzondering meer te zijn. 

Enkele redenen waarom maatregelen zinvol en rechtvaardig zijn: 

  • Veiligheid & gezondheid: bijvoorbeeld beschermingsmiddelen die niet passen en gebrek aan voorzieningen. Vrouwen worden hierdoor niet gelijk behandeld in hun recht op veilige werkomstandigheden. Dit vergroot het risico op mentale en fysieke klachten. 
  • Diversiteit is positief: gemengde teams presteren vaak beter richting veiligheid, organisatie, samenwerking en sfeer. Vrouwen brengen andere perspectieven in, wat juist gunstig is voor innovatie en kwaliteit. 
  • Zichtbaarheid en herkenbaarheid: zichtbare vrouwen binnen de organisatie en in selectiecommissies zorgen ervoor dat vrouwen zich herkennen en veilig voelen. Uit gesprekken horen wij indien een vrouw in de selectiecommissie zit, er vaker een vrouw wordt aangenomen. Mensen kiezen mensen die op hen lijken. Dit bewezen fenomeen wordt de 'similarity bias' genoemd. Dus zorg voor diversiteit in je selectiecommissies, als je diversiteit in je teams wil. Diversiteit aan de voorkant laten zien, helpt bovendien om diversiteit aan te trekken, omdat meer mensen zich in je organisatie kunnen herkennen. 
  • Arbeidsmarkttekort: de bouw kampt met tekorten aan personeel. Door de instroom van vrouwen te verhogen en hen te behouden kunnen we die tekorten deels opvangen. 
  • Rechtvaardigheid: Veel vrouwen kiezen voor de bouw, omdat ze het prachtig vinden iets concreets te bouwen en samen met collega's aan complexe projecten te werken. Veel vrouwen verlaten ook weer de bouw, omdat ze allerlei hindernissen tegenkomen. Dat is oneerlijk én zonde. Laten we samen die hindernissen wegnemen, zodat iedereen zich welkom voelt in de bouw.  

Mogelijke oplossingen & stappen
Om ervoor te zorgen dat vrouwen niet alleen binnenkomen, maar ook blijven, zijn er concrete maatregelen nodig: 

  • Voorzien van goede, vrouwelijke-specifieke werkkleding en PPE in verschillende maten. 
  • Toegang tot gescheiden toiletten en kleedruimtes, voldoende privacy en goede hygiëne. 
  • Beleidslijnen en cultuur veranderen: open gesprekken over gezondheid, menstruatie, zwangerschap; duidelijke anti-seksisme / anti-pest beleid; training voor leidinggevenden en collega’s. 
  • Flexibiliteit in werktijden, deeltijdmogelijkheden, taakverdeling, zodat werk en zorg makkelijker gecombineerd kunnen worden, uitgebreider zwangerschaps-, ouderschaps- en partnerverlof.  
  • Rolmodellen zichtbaar maken; mentorschap voor vrouwen in technische functies of leiderschap. 
  • Werkplek inrichten: organiseren van werk, voorzieningen en processen met oog voor diversiteit. 

Sluit je aan
Vrouwen in Bouw & Infra worden niet de uitzonderingspositie door maatregelen, maar zijn de uitzondering. De standaardvoorwaarden zijn gemaakt voor mannen. Maatregelen zijn daarom geen “voordeel” voor vrouwen, maar noodzakelijke aanpassingen zodat iedereen eerlijk kan meedoen. 

Herken jij dit? En wil jij bijdragen aan een inclusievere sector? Of ben jij het hier juist niet mee eens? Neem contact met ons op. We willen graag met je in gesprek en elke mening is daarbij van belang. 

We kunnen dit namelijk niet alleen. Echte verandering vindt pas plaats als wij met elkaar duidelijk maken dat het anders moet. Sluit je daarom bij ons aan!  

 

 

 

 

 

Caroline van Ooijen               Sanne Kanters
Consulent UTA                           Consulent UTA

+31 6 43 60 94 87                  +31 6 39 18 38 79


Hestia Maaike Waals: “Die mannen zijn echt niet zo eng als ze eruitzien”

Hestia is de Griekse godin van de bouwkunst. In deze rubriek wordt een moderne godin van de bouwwereld geïnterviewd. Over haar inspiratie, de bouwwereld, en wat ze het leukst vindt in haar werk. Deze week is Maaike Waals, timmervrouw bij Van Wijnen aan het woord. 

Naam: Maaike Waals 
Functie: Timmervrouw bij Van Wijnen 
Leeftijd: 24 jaar 
Woonplaats: Papendrecht 
Opleiding: MBO Timmerman niveau 2 

Wanneer ontdekte je dat je de bouw in wilde? 

"Eigenlijk wist ik het al vrij jong. Als kind liep ik vaak mee met mijn vader, die kraanmachinist is. Ik vond dat altijd al leuk, maar dacht er toen nog niet serieus over na. Op de middelbare school moesten we aan het einde van het tweede jaar kiezen welke richting we op wilden. Economie, zorg of koken waren niks voor mij, dus ik koos techniek. Toch durfde ik toen nog niet gelijk voor de bouw te gaan. 

Ik heb eerst nog de opleiding Onderwijsassistent gedaan, omdat ik het leuk vind om mensen iets te leren. Tegelijkertijd bleef ik klussen naast mijn opleiding, en toen merkte ik dat ik dat eigenlijk veel leuker vond. Uiteindelijk ben ik dus toch de bouw in gegaan." 

Hoe werd daarop gereageerd? 

"Thuis waren ze supertrots. Mijn vader, mijn oma’s vonden het geweldig. Ook mijn vrienden waren positief. Alleen mijn favoriete docent op het mbo vond het zonde dat ik in mijn laatste jaar stopte. Maar zelfs zij zei: ‘Dat had je veel eerder moeten doen.’ 

Echt negatieve reacties heb ik niet gehad. Hooguit mensen die voorzichtig vroegen: ‘Weet je het zeker?’ Maar dat zie ik eerder als bezorgdheid dan negativiteit." 

Wat maakt de bouw zo leuk? 

"De variatie en het bezig zijn met je handen. Je maakt iets tastbaars. Soms kijk ik terug en zie ik dat er op een plek waar eerst alleen zand lag nu een heel gebouw staat. Dat heb je dan toch maar mooi neergezet met elkaar. Dat geeft voldoening." 

Wie in de bouw inspireert jou? 

"Mijn leermeester van mijn vorige werk. Hij en zijn collega leerden me niet alleen het vak, maar ook hoe ik mezelf moest zijn. Hij had zelf dochters, dus hij begreep me. Hij merkte het zelfs als ik ongesteld was, gewoon aan mijn gedrag. Dat voelde heel veilig en vertrouwd. Die mannen hebben me echt geleerd om voor mezelf op te komen. Ze beschermden me in het begin, maar gaven me ook het zelfvertrouwen om m’n plek te pakken in de bouw." 

Wat vind je het allerleukst aan je werk? 

"Het werk zelf! Gewoon lekker met je handen bezig zijn. En de samenwerking met collega’s en hoe je samen naar een eindresultaat toewerkt. Natuurlijk is niet elk project hetzelfde, maar dat maakt het juist leuk." 

Wat zijn je dromen voor de toekomst? 

"Ik wilde altijd leermeester worden en dat ben ik inmiddels, dus dat doel heb ik behaald. Nu wil ik me vooral verder ontwikkelen en meer doen met educatie. Bijvoorbeeld zelf activiteiten organiseren voor basisscholen om kinderen kennis te laten maken met de bouw. Laatst hadden we op de zaak een open dag voor basisscholen, en dan merk je dat kinderen anders reageren als ze zien dat er ook een vrouw in de bouw werkt. Ze worden opener en enthousiaster. Daar wil ik meer mee doen." 

Wat zou je willen zeggen tegen meisjes/vrouwen die een baan in de bouw overwegen? 

"Gewoon doen! Die mannen zijn echt niet zo eng als ze eruitzien. Ik dacht dat eerst ook, maar het valt reuze mee. Ze lijken soms wat lomp, maar meestal zijn ze gewoon hartstikke aardig. En als je ergens werkt waar het niet goed voelt, zoek dan een andere plek. Niet elk bedrijf is hetzelfde. Er zijn ook bedrijven waar het wel goed geregeld is, waar je serieus genomen wordt en je gewoon fijne collega's hebt." 

Is er iets dat je zelf graag wilt toevoegen? 

"Dat het belangrijk is dat vrouwen passende werkkleding krijgen. Toen ik begon, had ik alleen mannen broeken. Ik ben in een jaar tijd door zeven broeken heen gescheurd, omdat ze gewoon niet goed pasten. Nu hebben we kleding die wél goed zit en dat maakt een wereld van verschil. Het zit niet alleen lekkerder, het voelt ook professioneler en veiliger. 

Werkgevers zouden verplicht moeten worden om fatsoenlijke werkkleding voor vrouwen te regelen. Want als je je comfortabel voelt in je kleding, voel je je ook serieuzer genomen." 

 


Samen sterker: van NS tot bouw – menstruatie- en overgangsmaatregelen in de cao

Bij NS is er iets bijzonders gebeurd. Dankzij de inzet van FNV-kaderlid Silvana en haar collega Liane zijn er in de nieuwe cao afspraken gemaakt over maatwerk bij menstruatie- en overgangsklachten. NS-werknemers met (chronische) klachten hoeven zich voortaan niet meer (maandelijks) ziek te melden, maar hebben nu de mogelijkheid om tijdelijk het werk aan te passen, zodat zij gewoon aan het werk kunnen blijven. Dit kunnen we ook regelen in de cao Bouw & Infra, als we ons er samen sterk voor maken.

Hoe het begon
Silvana is al jaren actief binnen FNV Spoor. Haar motivatie om dit onderwerp aan te kaarten, komt uit eigen ervaring. “Toen ik jong was en bij de NS werkte als lokettiste, had ik veel last van mijn menstruatie. Gelukkig werkte ik binnen. Met een kruik op mijn buik hield ik het wel vol. Maar ik dacht: hoe doen die meiden dat nu? In de trein of buiten heb je die luxe niet.”

Later kreeg Silvana zelf veel last van overgangsklachten. “Ik merkte dat ik fouten maakte in mijn werk en vroeg mijn leidinggevende mij daarop aan te spreken, zodat ik er iets mee kon. Dat deed ze, en dat was fijn.” Maar niet iedereen vindt het makkelijk om dit aan te geven bij een leidinggevende. Door dit vast te leggen in de cao, maak je ruimte om het te bespreken en afspraken op maat te maken.

Van idee naar cao-afspraak
In haar rol als voorzitter van de divisieraad en lid van de cao-commissie wist Silvana hoe ze dit onderwerp op de agenda kon krijgen. Samen met collega Liane keek ze naar het voorbeeld van Spanje, waar menstruatieverlof bestaat. Ze kwamen met een voorstel voor maatwerkafspraken in plaats van verlof – zodat vrouwen[i] kunnen blijven werken, mét begrip en aanpassingen waar nodig.

Veel medewerkers van NS zijn lid van een vakbond én zijn bereid samen op te staan voor betere werkomstandigheden. Zo heeft het voorstel van Silvana en Liane het gemaakt tot cao-onderhandelingsresultaat. Door samen en verenigd in een vakbond in actie te komen, wonnen de medewerkers voor zichzelf en hun collega’s:

  • de mogelijkheid tot aangepast werk bij klachten;
  • gratis menstruatieproducten op alle toiletten;
  • erkenning dat deze klachten hun werk kunnen beïnvloeden, zonder dat het gelijk een ziekmelding hoeft te zijn.

NS is inmiddels de derde werkgever waar FNV dit voor elkaar kreeg. Eerder lukte het ook in de cao Kinderopvang en de cao Rijk.

Waarom dit belangrijk is
Menstruatie kan gepaard gaan met heftige klachten: buikpijn, premenstruele psychische klachten, vermoeidheid, rugpijn, hoofdpijn, hevig bloedverlies. Ook de overgang gaat over meer dan opvliegers. Slapeloosheid, geheugen- en concentratieproblemen, pijnklachten en stemmingswisselingen komen veel voor. De cijfers laten zien dat dit geen klein probleem is:

  • Een onderzoek van Radboud UMC onder 42.000 vrouwen tussen de 15 en 45 wees uit dat 38% van de ondervraagde vrouwen zoveel klachten heeft bij menstruatie dat de (werk)agenda er op moet worden aangepast.
  • Uit onderzoek van TNO en het CBS blijkt dat bij 55% van alle vrouwelijke werknemers in de overgang hun klachten weleens invloed op hun werk hebben. 36% vindt dat zij soms minder goed functioneren op het werk door klachten. 57% heeft behoefte aan meer begrip of ondersteuning op de werkvloer.

Zonder afspraken in de cao is de enige optie vaak ziekmelden. Maar elke maand of regelmatig een paar dagen ziek thuis zitten voelt niet goed, en leidt vaak tot onbegrip bij collega’s en werkgever. Met cao-afspraken wordt het normaal om over je menstruatie- of overgangsklachten te praten en om oplossingen op maat te zoeken. Het komt nou eenmaal bij een groot deel van de bevolking voor en zolang we er niet over praten en er geen afspraken over maken, blijft het het probleem van de vrouwen die ermee zitten. Als we er afspraken over maken wordt het iets waar collega’s en werkgevers rekening mee kunnen houden.

En nu de bouw
In de cao Bouwen & Wonen bestaan dit soort afspraken nog niet. Maar wat bij NS kan, kan ook in de bouw, als we ons er samen sterk voor maken. Het gaat erom dat je je werk op een gezonde manier kunt blijven doen, ook als je klachten hebt die regelmatig terugkomen.

Cao-afspraken zorgen ervoor dat het onderwerp bespreekbaar wordt, dat collega’s en werkgevers er rekening mee kunnen houden én dat jij je werk op een prettige en duurzame manier kunt blijven doen.

Jouw stem is nodig
Vind jij dat er ook in de cao Bouw & Infra afspraken moeten komen over menstruatie- en overgangsklachten? Dat kan! Maar alleen als we het samen doen, net als Silvana en Liane en hun collega’s bij NS.

Wil jij meedoen?
Sluit je aan bij FNV Bouwen & Wonen en neem contact met ons op via uta@fnv.nl. Samen zorgen we dat dit onderwerp ook in jouw cao terechtkomt.

 

 

[i] Niet alle vrouwen menstrueren en niet iedereen die menstrueert of in de overgang komt identificeert zich als vrouw. In dit artikel wordt de term ‘vrouw’ gebruikt om te verwijzen naar mensen die menstruatie- of overgangsklachten kunnen ervaren.


Wat vrouwen niet zeggen, telt niet mee aan de cao-tafel

Vakbondsbestuurder Chaim Korthof: “Wat vrouwen niet zeggen, telt niet mee aan de cao-tafel"

In de bouwsector werken inmiddels duizenden vrouwen, op de steiger, in de uitvoering, en op kantoor. Toch zijn ze nauwelijks zichtbaar in de plannen die gemaakt worden en tijdens cao-onderhandelingen of op vakbondsbijeenkomsten. Dit komt onder andere doordat van alle vrouwen die in de bouw werken, er weinig vrouwen lid zijn van een vakbond. Wat vrouwen niet zeggen, telt niet mee aan de cao-tafel. Vakbondsbestuurder Bouwen & Wonen Chaim Korthof legt uit waarom het van belang is dat vrouwen zich organiseren. 

Waarom er zo weinig vrouwen lid zijn van de vakbond binnen de bouw laat zich raden, maar het is wat mij betreft niet zonder gevolgen. Ik wil het vooral hebben over het gevolg voor de positie van de vrouw in de bouwsector. Het gevolg van zo weinig leden vanuit vrouwen doet iets met de vereniging en de belangenbehartiging van de vrouwen op de werkvloer. Er ligt minder focus op wat specifieke zaken zijn waar vrouwen tegenaan lopen. 

De bouw gebouwd voor mannen 

Laten we vooropstellen, ik ben een man, ik weet uiteraard niet uit eigen ervaring waar vrouwen op de bouw tegenaan lopen. Maar ik heb een moeder, zussen, vrouw en dochter. Allen maken verschillende vormen van seksisme mee in hun dagelijks leven. Ik kan mij niet voorstellen dat dit anders zou zijn bij vrouwen op de bouw.  

Het gaat om grensoverschrijdende opmerkingen maar denk ook aan praktische zaken als bijvoorbeeld de sanitaire voorzieningen, kleding, beschermingsmiddelen. En het gevoel net even meer te moeten doen om jezelf te moeten bewijzen aan mannelijke collega’s.  

Bouwend Nederland 

Toen ik bezig was met dit artikel ontdekte ik een kort filmpje van Bouwend Nederland, wat ook de aandacht op vrouwen wilde richten. Ik ben ervan overtuigd dat de inzet en intentie van de makers van de video oprecht is en dat men op deze manier vrouwen in de bouw extra aandacht willen geven.  

Maar inhoudelijk is het een tenenkrommende bedoening, vragen als met wie werk je liever op de bouw? Hoe de verdeling zou moeten zijn?  

De vragen die men beantwoorde in de video leverde bij mij zoveel meer vragen op. Want zijn dat echt de vragen die vrouwen op de bouw hebben als het gaat om hun werkplek? Trekt dit echt meer vrouwen naar de bouw? Maar ook hoe ziet de maker van dit filmpje en Bouwend Nederland de rol van de vrouw op de bouw? Ze slaan volgens mij de plank volledig mis met deze video. 

Volgens mij kan de bouwsector dit veel beter doen en daar kunnen vrouwen een krachtige rol in spelen door zichzelf te organiseren. En wat mij betreft is de vakbond de perfecte plek daarvoor.  

Toch zie ik in de cijfers dat vrouwen dat nog niet zo zien, althans dat lijkt zo. Ik vermoed ook dat een hoop mensen en dus ook vrouwen zich niet organiseren in een vakbond, omdat dit nog onbekend terrein voor ze is. Wat mij betreft moet dit zo snel mogelijk veranderen want met een minderheid aan leden onder vrouwen zijn zij onzichtbaar als het gaat om het bespreken van arbeidsvoorwaarden en belangen binnen de cao. Op die manier moet het afhangen van de welwillendheid bij Bouwend Nederland en wat we als vakbond op tafel leggen vanuit de kleine groep vrouwelijke leden die we wel hebben.  

Toekomst 

Het is een realistisch maar mooi beeld om in gedachte te hebben, een grote groep vrouwen georganiseerd binnen de bouw. Een sterke vertegenwoordiging aan de onderhandeltafel en in de vakbondsactiviteiten bij de verschillende pariteiten binnen Bouw&Infra. 

Het kan dus wel 

In de VS is er een landelijk vrouwennetwerk opgebouwd binnen de bouw en verdubbelde hun ledental. Ook in Nederland weten we uit ervaring: als mensen zich herkennen in de vakbond, gaan ze zich ook inzetten. In de schoonmaak. Op Schiphol. In de zorg. 

Tijd voor verandering

De bouw staat voor grote uitdagingen: personeelstekorten, vergrijzing, een veranderende samenleving. Meer vrouwen in de bouw kan deze problemen kleiner maken of misschien zelf oplossen. Dus zal er een verandering moeten plaatsvinden om de bouw een aantrekkelijkere en inclusieve plek te maken voor vrouwen. De vakbond zal samen met de vrouwen die werken binnen de bouw een stap moeten maken om de cultuur en werkwijze van de bouw maar ook de vakbond inclusiever te maken. 

(Niets doen is in ieder geval geen optie. Dus lees je dit als werknemer binnen de bouwsector en wil je onderdeel zijn van deze verandering? Doe dan mee en word lid van de FNV.) 


Privacy Preference Center

Deze website maakt gebruik van cookies om u de beste ervaring te geven. Geef goedkeuring door op de 'Accepteer' knop te klikken.