Groene Bouwhekken: verbeterde uitstraling én sociale impact
Je hebt ze misschien al wel eens zien staan, de Groene Bouwhekken die de leefbaarheid van bouwplaatsen letterlijk verbeteren. En niet alleen wat betreft de uitstraling, ook de maatschappelijke impact.
Ze staan door het hele land. Zowel bij grote als bij kleinere bouwprojecten. Van enkele weken tot meerdere jaren. Van nieuwbouw tot renovatie en infra. De Groene Bouwhekken maken een opmars op bouwplaatsen. En dat is niet gek. Op het eerste gezicht hebben de Groene Bouwhekken van hout een veel aangenamere aanblik dan de traditionele bouwhekken die we kennen. Maar er is meer. Achter de bouwhekken is het bedrijf aan het werk voor een socialere en duurzamere maatschappij.
Groene Bouwhekken is in 2016 opgericht door Matthijs Ariens, Robbert de Vries, en Hugo Ward. “Het grappige is dat wij toen eigenlijk helemaal niets met bouwhekken hadden,” zegt Hugo. “Het bouwhek is uiteindelijk slechts een middel voor onze motivatie dat iedereen een kans verdient om mee te kunnen doen in de maatschappij en op de arbeidsmarkt.”
Hoe het begon
Hugo Ward: “We timmeren aan een gezonde arbeidsmarkt voor iedereen.” Zeven jaar geleden zijn de eerste Groene Bouwhekken gerealiseerd. Toentertijd ging het nog om een toevoeging aan een bestaand hekwerk. In het najaar van 2016 startte de samenwerking met Bouwloods Utrecht, om de mogelijkheden voor een volledig houten bouwhek te bekijken, in combinatie met dat er zo veel mogelijk werk wordt gecreëerd voor mensen die aan het re-integreren zijn. En zo ontstond het bedrijf dat we nu kennen.
In 2016 stonden de eerste zestig groene bouwhekken op het Jaarbeursplein. Inmiddels staat de bouwhekken-teller op meer dan 3000 stuks, verspreid door het hele land.
Minimale milieubelasting
De bouw- en infrahekken zijn gemaakt van duurzame materialen en zijn circulair ontworpen. Dat is voor het team vanzelfsprekend. Het betekent dat alle onderdelen van de bouwhekken vervangen kunnen worden. Hierdoor is de milieubelasting van Groene Bouwhekken minimaal. Mocht een bouwhek toch te beschadigd zijn, dan wordt het hek uit elkaar gehaald en met de nog bruikbare onderdelen worden andere bouwhekken gerepareerd. Zo wordt de hoeveelheid afval die geproduceerd wordt geminimaliseerd.
De missie
Er zijn veel mensen die om wat voor reden dan ook worden uitgesloten van de maatschappij, en daarmee dus afstand tot de arbeidsmarkt hebben. Om deze situatie te verbeteren is het proces van Groene Bouwhekken van begin tot eind zo ingericht dat ze mensen helpen met (re-)integreren. “Veel werkzaamheden voeren we niet zelf uit, maar doen we samen met sociale organisaties. Van productie en plaatsing tot het onderhoud op locatie. Naast de uitvoering van het werk helpen wij regelmatig met het slim inrichten van de werkprocessen, zodat onze partners zich focussen op het begeleiden en opleiden van mensen”, aldus Hugo Ward. “Het streven is een inclusieve maatschappij waar voor iedereen plek is. Dat is de missie.”
Leefbare bouwplaats
Een bouwplaats of infraproject kan overlast veroorzaken. De Groene Bouwhekken zorgen ervoor dat de bouwplaats en aangrenzende gebied wat leefbaarder wordt. “De buurtbewoners worden er blij van,” zegt Hugo. “Ook de aannemers zien de meerwaarde. We krijgen hele positieve verhalen te horen.”
Partners
Naast Bouwloods Utrecht doet ook Pantar een gedeelte van de productie van Groene Bouwhekken. Dit bedrijf in Amsterdam heeft een houtwerkplaats waar mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt werken. Deze mensen zijn bijvoorbeeld al een tijdje uit de running op de arbeidsmarkt. Zij leren hier het vak van timmerman, en bouwen een werkritme op. Transport en installatie worden geregeld door Green2Grow, en het onderhoud en bijhouden van het groen wordt gedaan door verschillende lokale sociale organisaties, zoals het Wijkbedrijf Utrecht, Rotterdam Inclusief of Groenperspectief (regio Den Haag).
Een andere samenwerking is die met de Penitentiaire Inrichting in Vught. Gedetineerden hebben op een andere manier weer een bepaalde afstand tot de arbeidsmarkt. In de metaalwerkplaats worden door gedetineerden onderdelen van Groene Bouwhekken geproduceerd. Zij krijgen hier een kleine vergoeding voor, en hebben de mogelijkheid om een diploma te halen. Hugo: “Op deze manier kunnen zij sneller aan een baan komen wanneer ze hun straf hebben uitgezeten. Zo vergroten we de kans op een succesvolle re-integratie in de maatschappij.”
De toekomst
Groene Bouwhekken groeit als bedrijf, en het doel is om alle relevante bouwplaatsen te kunnen voorzien van bouwhekken om daarmee de leefomgeving te vergroenen. “Daarnaast is de maatschappelijke droom om nog meer mensen te kunnen helpen om door te stromen in de arbeidsmarkt,” zegt Hugo. “Iedereen verdient een plek op de arbeidsmarkt, dat is onze maatschappelijk missie.”
Bouwconcern BAM wil bijdragen aan een duurzamere wereld
Er is een groeiende vraag naar duurzaam bouwen. Opdrachtgevers en de markt eisen steeds meer van de bouwsector dat zij hun verantwoordelijkheid nemen op het gebied van duurzaamheid. De bouwsector, die eerder bekend staat om afval dan om natuurbehoud, moet dus stappen zetten op het gebied van duurzaamheid. Wij spraken met Alletta Schreuder van BAM.
Ook bij bouwconcern BAM staat duurzaamheid hoog op het prioriteitenlijstje. “We hebben een speciale structuur ingericht voor onze duurzaamheidsambities waarbij programmamanagers allerlei roadmaps hebben uitgewerkt en nieuwe samenwerkingsoverleggen zorgen voor verbinding met ‘duurzame collega’s.”
Er liggen hele eisen voor bedrijven rondom duurzaamheid, denk bijvoorbeeld aan afvalreductie, stikstofuitstoot, etc. “Het veranderen van processen en gedrag heeft tijd nodig”, vertelt Alletta Schreuder, procesmanager Duurzaamheid bij bouwconcern BAM. “Bij BAM hebben we steeds meer collega’s die intrinsiek gemotiveerd zijn om aan de slag te gaan rondom duurzaamheid. Ook merk ik dat jongeren binnen BAM het een belangrijk thema vinden en er iets mee willen doen.”
Ambities
BAM ziet de groeiende behoefte aan duurzaam bouwen en heeft de duurzaamheidscomponent in de bedrijfsstrategie verder ontwikkeld. “We hebben o.a. de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties, als basis genomen voor zes kernthema’s voor onze nieuwe duurzaamheidsstrategie. Met de uitvoering van deze nieuwe duurzaamheidstrategie willen we onze CO2-, grondstoffen- en afvalvoetafdruk verder verminderen en opdrachtgevers schaalbare duurzaamheidsoplossingen bieden.”
Als procesmanager Duurzaamheid houdt Alletta zich bezig met de duurzaamheidscertificaten, het standaardiseren van de nieuwe werkwijze, het toetsen op duurzaamheidsthema’s op bouwplaatsen en beheer- en onderhoudscontracten. “We verzamelen nieuwe maatregelen die zijn toegepast om de duurzaamheidsdoelstellingen te halen en verspreiden deze informatie naar onze business units in het land om deze werkbare oplossingen te implementeren. Zo verbeteren we steeds onze werkwijze.”
Concrete acties
Volgens Alletta worden er vele concrete acties ondernomen binnen BAM rondom duurzaamheid. Momenteel loopt in het kader van afvalbeheersing, een pilot om alle gebruikte pallets terug te brengen naar de producent. “We hebben een pilotproject gedaan met een emissieloze bouwplaats aan de voet van de Lemelerberg. Bij dit pilotproject hebben we gebruik gemaakt van elektrische vrachtwagens en busjes, graafmachines, heftrucks en trilmachines. De bouwkeet was uitgerust met zonnepanelen en een accupakket, waarin de opgewekte zonne-energie werd opgeslagen. Op de bouwplaats waren verschillende verplaatsbare laadvoorzieningen aanwezig om het materieel op te kunnen laden.”
Alletta is ooit begonnen met het inzamelen van oude bouwhelmen. Deze worden niet retour genomen door de leverancier, maar door Kopstukken vermaakt tot lampen. Op dit moment is Alletta in het kader van de afvalvermindering aan het bekijken wat ze kunnen doen met de vele doosjes van lampen bij grote projecten. “Je kan je voorstellen dat wanneer we een groot gebouw als een ziekenhuis bouwen er een hele hoop lampen opgehangen moeten worden. Dit zorgt voor een hele hoop kartonnen doosjes die bij de meeste bouwplaatsen op de grote hoop afval gegooid worden. Onnodig natuurlijk, dus ik ben aan het onderzoeken wat we het beste kunnen doen met deze doosjes. Ik zou ze graag aanbieden aan de webwinkels in de omgeving van de bouwplaats.”
Social return
Bij BAM wordt de verbinding gelegd tussen duurzaamheid (bijvoorbeeld afvalbeheersing) en de verplichting tot social return. “We zijn oude werkkleding in gaan zamelen die in het sociale naaiatelier Vanhulley worden hergebruikt en vermaakt”, zegt Alletta. Vanhulley biedt een leer-werktraject voor vrouwen in Groningen. Niet zomaar vrouwen, maar vrouwen die dolgraag een kans willen om serieuze stappen te zetten richting een betere toekomst.
Ook worden er inmiddels oude deuren uit renovatieprojecten verzameld. BAM brengt de oude deuren naar stichting De Terugwinning. Deze stichting biedt mensen dagstructuur, carrière- en opleidingsoriëntatie en werknemersvaardigheden. Daarnaast zie je steeds meer Groene Bouwhekken, waarbij circulaire houten hekken worden uitgerust met bloembakken die goed zijn voor biodiversiteit en worden onderhouden door sociale werkplaatsen. Win-win-win!
“Door hergebruik van de bouwhelmen, werkkleding en oude deuren is restafval nu de grondstof voor nieuwe producten. Op deze manier werken we binnen BAM aan het reduceren van restafval en dragen we ons steentje bij aan een fijne maatschappij voor iedereen. Natuurlijk is het nog beter om anders te gaan bouwen, zodat we aan het begin van het proces afval voorkomen. Daar zijn de andere BAM collega’s hard mee bezig!”
Wie is Alletta Schreuder?
De 54-jarige Alletta Schreuder houdt van uitdagingen en de wereld verkennen. Ze startte haar carrière met een bacheloropleiding Facility planning & management (Groningen) en koos daarna voor een master Beleid- en Organisatiewetenschappen (Tilburg). Haar scriptie schreef ze in Queensland, Australië. Na haar studie werkte Alletta een lange periode bij de NS waar ze o.a. verantwoordelijk was voor het landelijke beleid voor het beheer van de stations. Daarna kreeg ze het beheer over stations, Den Haag Centraal Station en Den Haag Hollands Spoor. Volgens een nieuw ontwikkeld concept en werkte ze aan campagnes om nieuwe collega’s te werven. Daarna vertrok ze bij de NS en rolde ze uiteindelijk de bouw in. Inmiddels is Alletta in verschillende rollen en divisies zo’n 6 jaar werkzaam voor BAM, waar ze zich inzet als procesmanager duurzaamheid.
UTA zwaar werkregeling | “De druk naar een oplevering toe is geestelijk zwaar“
De zwaar werkregeling in de cao Bouw & Infra geldt alleen voor bouwplaatsmedewerkers. Waarom eigenlijk? UTA'ers hebben ook te maken met zwaar werk, zo blijkt ook uit onderzoek van FNV | UTA. Tijdens de onderhandelingen voor een nieuwe cao Bouw & Infra komt dit onderwerp aan bod. In een reeks portretten leggen UTA-werknemers uit waarom ook zij recht hebben op de zwaar werkregeling.
Naam: Cor van de Reep
Leeftijd: 63
Functie: Uitvoerder
Ervaringsjaren in bouwsector: 48
Vroeger
“Het was vroeger lang niet altijd beter. Als ik met de huidige bouwsystemen zie hoe snel en efficiënt zo’n ruwbouw gaat, dan is dat een hele verbetering. Het verschil zit wel in de betrokkenheid met het werk. Door alle apart ingekochte disciplines is men alleen betrokken bij hun eigen ding. Zelfs in bedrijven met alleen maar ZZP’ers is er ook weinig interesse in het eigen werk en is het niveau vaak belabberd.
Er is nu grote behoefte aan controle, vooral over hoe het werk wordt uitgevoerd. Men wordt niet meer zoals vroeger binnen een bedrijf opgeleid naar een bepaald niveau; het niveau van wat het bedrijf wil uitstralen. Dit is wat het werk zwaarder maakt. Je weet niet wat collega’s doen. Dat was met eigen personeel wel anders. Dit gaf je meer rust omdat je wist op wat voor niveau er buiten gewerkt werd. Nu komen werknemers binnen, ze doen hun werk, en gaan dan snel naar de volgende klus. Als je dan gaat kijken blijkt het resultaat niet oké te zijn, maar de vogels zijn al gevlogen. Je moet echt alles direct controleren, waardoor je aan je eigen werk eigenlijk niet meer toekomt. Dan ben je ’s avonds bekaf en reageer je wel eens knorrig en geïrriteerd."
UTA werkweek
“Je bent als eerste op je werk om de keet en containers los te maken en je gaat als laatste weer weg na het afsluiten van de hekken. Natuurlijk werk je systematisch en gepland, maar vaak komt er van de planning die je voor je eigen werk in gedachten had weinig terecht. Er komen steeds meer storende factoren. De bouwbedrijven zelf hebben weinig tot geen eigen personeel rondlopen. De mensen om je heen zijn veelal onderaannemers die weer ZZP’ers inhuren om het werk uit te voeren. Er is weinig samenhang, de kwaliteit van de vakmensen is vaak belabberd. Er zijn veel vragen. Dat blijft in stand omdat veel van die ZZP’ers komen en gaan. Dat leidt tot meer vragen en meer uitleg moeten geven.”
Dit is zwaar werk
“Ik ben er voor mijn eigen wel uit. Ik heb mijn pensioen al aangevraagd en ik ga deze zomer met pensioen. Ik ben dan 64 jaar en 3 maanden. Ik trek het gewoon niet meer. Ik ga me aan steeds meer dingen irriteren. Ik heb zelf altijd gezegd ‘je moet met plezier naar je werk gaan en anders moet je wat anders zoeken’.
Ik heb altijd met plezier in de bouw gewerkt. Ik heb alles gedaan; kleinbouw, grootbouw, betonbouw, in de werkplaats machinale trappen maken en later, toen mijn rug het niet meer trok, de laatste 25 jaar als uitvoerder. Ik weet wat ik nu krijg, ik heb daar zelf een keuze in gemaakt, dan moet je niet zeuren.
Mijn rug is ook op. Ik heb mijn eigen nooit ontzien. Ik maak langere dagen als uitvoerder dan de jongens op de werkvloer en ook ik sta in weer en wind. Ik draag een hele verantwoordelijkheid op de bouwplaats met alle werkdruk erbij.”
Zwaar werkregeling. Ook voor UTA
“Als je zwaar werk alleen als fysiek ziet, hebben UTA’ers geen recht op de zwaar werkregeling. Maar zo staat het niet omschreven. De druk en psychische belasting waaronder je werkt als uitvoerder zijn enorm hoog. Planningen worden zwarte pistes. De druk naar een oplevering toe is geestelijk zwaar.
Voor mij heeft de zwaar werkregeling geen voordelen meer, maar ik gun het mijn collega-uitvoerders wel om minimaal gelijkwaardig te worden behandeld als de jongen op de werkvloer waar je altijd mee hebt gewerkt en in de keet koffie mee hebt gedronken. Waarom moeten wij alleen om het woordje ‘UTA’ anders worden behandeld?”
Lees hier alles over de cao-onderhandelingen Bouw & Infra 2021
Wil je ook meepraten over de zwaar werkregeling? Stuur ons een e-mail via deze link.
UTA zwaar werkregeling | “Zwaar werk ten koste van werkplezier, creativiteit, werk-privébalans en effectiviteit”
De zwaar werkregeling in de cao Bouw & Infra geldt alleen voor bouwplaatsmedewerkers. Waarom eigenlijk? UTA'ers hebben ook te maken met zwaar werk, zo blijkt ook uit onderzoek van FNV | UTA. Tijdens de onderhandelingen voor een nieuwe cao Bouw & Infra komt dit onderwerp aan bod. In een reeks portretten leggen UTA-werknemers uit waarom ook zij recht hebben op de zwaar werkregeling.
Naam: Anoniem
Leeftijd: 59
Functie: Adviseur bij een infra
Ervaringsjaren: 44
“Op 15-jarige leeftijd ging ik van school af. Ik heb toen de verkeerde keuze gemaakt door voor Mavo te kiezen in plaats van techniek. Ik ben toen vier jaar naar een bedrijf gegaan die bezig was met voorspantechnieken en voegovergangen. Daarna heb ik een poosje als onderhoudsmonteur van materieel bij een bouwbedrijf gewerkt. Begin jaren ’80 ben ik bij de Nederlandse Spoorwegen begonnen als Aspirant Vakmanwegonderhoud en daar doorgegroeid tot beheerder van een gebied. Door de privatisering van wegonderhoud ben ik bij één van de grote aannemers gekomen, als uitvoerder. Daarna ben ik bij dit bedrijf verder doorgegroeid Ik heb veel studies gevolgd om te komen tot wat ik nu doe, leren doen we nog constant.”
Vroeger
“Ik denk dat voor veel van mijn (oudere) collega’s geldt dat wij allemaal in de praktijk zijn begonnen. Ik zeg wel eens ‘met de bagger aan de poten’. Ook zijn we vaak op jongere leeftijd hier al mee begonnen. Niet zoals nu, waar veel van onze jongere collega’s langer doorstuderen en dus op latere leeftijd beginnen met werken. Deze collega’s missen dan ook vaak de praktijkervaring die wij hebben. Er is tenslotte echt een verschil tussen theorie en praktijk.
Vroeger was er toch meer scheiding tussen werk en privé. Ik denk dat de werkdruk toen minder aanvoelde als ‘druk’, dan nu. Er is alleen maar meer bijgekomen. Ook is er constant de druk om je te moeten verantwoorden. Ik vergelijk dit wel eens met ziekenhuis, er zijn te veel managers die zich bemoeien met jouw werk zonder kennis van zaken. Dit kost tijd, maar ook energie.”
UTA werkweek
“Voor Covid was ik rond 07:00 op kantoor of op projectbezoek. Dan was ik normaliter zo tussen 17:00 en 18:00 thuis. Nu ik thuis werk start ik pas rond half acht en ik stop meestal rond 18:00. Dan verwerk ik nog de bevindingen van de dag in rapportages of doe ik de voorbereiding voor de komende dagen. Het komt regelmatig voor dat ik in de avond nog documenten moet doorlezen voor de komende dagen, ook voor Covid. Ook het bezoeken van projecten in het weekend of in de nacht komen er nog bij. Dit betekendt dat ik soms lange weken maak, van zes of zeven dagen.”
Dit is zwaar werk
“Het is moeilijk te zeggen wat nu precies zwaar werk is. Voor mij zijn de lengte van de dagen en het continu bezig zijn met werk belastend. Het voelt als constant onder druk staan. Dit ga je wanneer je ouder wordt wel merken. E-mail en telefoontjes komen ook in de avond nog vaak. Voor mij en voor een heleboel collega’s is dit een part of the job.
“De invloed die ik van het werk ervaar is dat ik door constante druk niet meer tot rust kan komen. Hierdoor bestaat ook de kans dat de kwaliteit van het werk minder wordt. Vroeger, daar heb je dat woord weer, had je meer tijd om na te denken en te sparren met je collega’s. Je bent eigenlijk constant bezig met je werk. Je staat onder druk omdat je onvoldoende tijd hebt om iets te doen. Dat betekend dat wanneer je juist vrij zou moeten hebben, je bezig blijft met nadenken bijvoorbeeld over of je niet iets vergeten bent.
Mijn collega’s en ik lopen tegen meerdere dingen aan. Er zijn veel regeltjes en je moet veel verantwoording afleggen. Ik persoonlijk kan hier wel tegen, maar ik merk dat een aantal collega’s hier niet tegen kunnen. Je staat eigenlijk continu onder druk. Het aantal vergadermomenten is dan ook veel, maar het ‘doe-werk’ is gewoon hetzelfde gebleven.
Ik denk dat ik dit werk kan doen tot mijn pensionering. Ik vindt mijn werk leuk om te doen in de rol die ik nu kan uitvoeren, maar ik kom dan ook voor mijzelf op. Ik bescherm mijzelf. Dit komt ook door het leermoment dat ik heb gehad na mijn burn-out. Mijn leidinggevende komt gelukkig ook uit de praktijk en hij en ik proberen mijn jongere collega’s hierin te begeleiden en te coachen. Maar dit is bij andere collega’s zoals werkvoorbereiders, uitvoerders en projectleiders heel anders. Die krijgen geen begeleiding. Mijn ervaring probeer ik dan wel over te dragen aan deze groep medewerkers.”
Zwaar werkregeling. Ook voor UTA
“In de huidige zwaar werkregeling wordt zwaar werk echt beschreven als fysiek zwaar. Maar ik denk dat het continu onder druk moeten werken ook (geestelijk) zwaar is. Als de zwaar werkregeling ook voor UTA’ers van toepassing is, krijg ik de mogelijkheid om eerder tot rust te komen. Ik kan dan tijd besteden aan andere dingen in het leven, behalve werk.
De zwaar werkregeling alleen bij fysiek zwaar werk is niet afdoende. UTA-medewerkers hebben regelmatig te maken met hoge werkdruk. Een (te) hoge werkdruk is het probleem dat ontstaat als je (te) weinig tijd hebt om het gevraagde werk af te krijgen. Veel collega’s hebben het idee dat ze continu op de tenen moeten lopen om het gevraagde niveau te kunnen halen. Dat veroorzaakt spanning. Als de spanning te hoog oploopt gaat dit ten koste van je werkplezier, je creativiteit, je werk-privébalans en je effectiviteit. Dit is te merken in de gesprekken met collega’s die ouder zijn.
Ik denk dat een bouwplaatsmedewerker makkelijker te vervangen is dan een ervaren UTA-medewerker. Je ziet tenslotte nu een heleboel anderstaligen al het werk uitvoeren van bouwplaatsmedewerkers. Dat betekent ook vaak meer druk voor de UTA-medewerker, denk bijvoorbeeld aan de communicatie met deze groep. Ik hoor uitvoerders regelmatig zeggen: ‘ik kan het beter zelf doen’.
Ik denk ook dat bedrijven meer in moeten zetten op het coachen van jongere collega’s, door medewerkers met meer (praktijk)ervaring. Ik denk dat veel collega’s dit leuk vinden en dat geeft dan ook veel werkplezier in onze laatste jaren. Dit in plaats van oudere collega’s inzetten op projecten die onder druk staan.”
Lees hier alles over de cao-onderhandelingen Bouw & Infra 2021
Wil je ook meepraten over de zwaar werkregeling? Stuur ons een e-mail via deze link.
LinkedInpagina voor UTA'ers in de bouw
Op LinkedIn hebben wij een groepspagina waar je leuke, interessante en inspirerende artikelen kunt vinden. Je kan hier lezen over wat er speelt in de sector, (technologische) vernieuwingen en daarnaast plaatsen wij berichten over persoonlijke en professionele ontwikkeling.
Ook laten wij deskundigen en professionals binnen en buiten de sector aan het woord. Wil jij zelf iets leuks, interessants of inspirerends met ons delen, dan kun je dat ook op deze pagina doen, graag zelfs!
Je vindt hier dus veel verschillende informatie op één plek.
Klik hier en sluit je aan bij UTA FNV Bouw
Groetjes,
Werkgroep Impact BIM op werk
FNV|UTA start een werkgroep die zich bezighoudt met de vraag welke veranderingen in het werk en de organisatie gaan optreden door de invoering van BIM en data gestuurd bouwen. De bouw is volop aan het innoveren. Dit was ook één van de redenen om aansluiting te zoeken met het BIMregister. Naast BIM gaat het om het gebruik van drones, de inzet van AI, robots, gaming, het gebruik van Internet of Things etc. Daarnaast zien we op de kantoren de nodige automatiseringsontwikkelingen, die zorgen voor het stroomlijnen van administratieve handelingen. We vatten al deze ontwikkelingen onder de noemer digitalisering. Het gaat om de informatisering van het hele bouwproces: van ontwerp, uitvoering, onderhoud en hergebruik.
FNV|UTA verwacht dat er door digitalisering veel veranderingen zullen zijn voor de manier waarop een organisatie is ingericht en voor het werk dat werknemers doen. De inhoud van functies verandert, sommige functies verdwijnen en er ontstaan nieuwe functies. Dit veranderingsproces vraagt om nieuwe kennis en vaardigheden van werknemers. Bijblijven in je vak en je voortdurend blijven ontwikkelen is belangrijk. Dat maakt werken in de bouw uitdagend en boeiend.
Vragen
FNV|UTA wil met enkele mensen uit de bouw inventariseren welke veranderingen in het werk en de organisatie optreden, zowel op de korte als de lange termijn. Enkele vragen die aan de orde komen zijn:
- Welke visie heeft het bedrijf op de toekomst en welke plaats heeft digitalisering daarin? Is daarbij aandacht voor het verbeteren van de kwaliteit van diensten, waarde creatie, maar ook aandacht voor de positie van medewerkers bij de transformatie?
- Hoe past BIM in deze visie? Op welke wijze?
- Welke veranderingen in het werk ontstaan en met name door de invoering van BIM? Is duidelijk om welke functies het gaat? En valt er een duiding te geven van de veranderingen?
- Verandert de inrichting van de organisatie en op welke wijze? Denk aan anders organiseren, stijl van leidinggeven, meer samenwerking, meer autonomie van werknemers.
- Hoe verloopt het implementatieproces? Werkt het bedrijf met een living lab, een plek om te experimenteren met innovaties?
- Welke beleid heeft het bedrijf om ervoor te zorgen dat werknemers mee gaan in de verandering? Denk aan opleidings- en scholingsbeleid.
- Welke partijen zijn bij de veranderingen betrokken en welke rol hebben zij? Denk externe partijen, maar ook aan HR en de OR.
- Op welke manier zijn medewerkers betrokken bij de veranderingen?
Wie nodigen we uit
De werkgroep bestaat uit vakspecialisten uit de bouw. Zij hebben inzichten in de nieuwste ontwikkelingen rond BIM en data gestuurd bouwen. We zijn op zoek naar alle BIM gerelateerde functies. Uitvoerders en projectleiders hebben in de meeste gevallen (technische) ervaring met BIM, en spelen vooral een nadrukkelijke rol tussen de bouwplaats en kantoor. Wij zien er het belang van in om uit deze groep enkele personen mee te laten draaien in de werkgroep.
Buiten de kring van BIM deskundigen nodigen we HR-experts uit vanuit de gedachte dat zij kennis hebben rond organisatieverandering en -ontwikkeling. Tenslotte denken we aan een OR-lid die vanuit de medezeggenschap betrokken is bij BIM ontwikkelingen.
We vragen van de deelnemers om hun kennis en inzichten met de werkgroep en ons te delen. Deelnemers krijgen met hun deelname inzicht het organisatieontwikkelingsproces die samenhangen innovaties. Uit onderzoek is bekend dat innovatie en organisatieontwikkeling onlosmakelijk bij elkaar horen.
Wat doen we met de kennis
Met deze kennis kunnen we laten zien welke veranderingen optreden, wie in het veranderingsproces welke rol vervult en wat nodig is om deze veranderingen goed te laten verlopen. Deze kennis gebruiken voor het maken van publicaties over datagedreven bouwen. Daarnaast is het organiseren van een webinar een goede mogelijkheid om kennis te delen.
Praktische zaken
Het aantal deelnemers is maximaal 8. De bijeenkomsten houden we digitaal met een frequentie van zes keer per jaar. Een bijeenkomst duurt maximaal 1 uur.
Contact en aanmelding
Contactpersonen zijn Ernst van den Berg (tel. 06 18 98 66 92) en George Evers (tel. 06 58 87 30 03) van FNV|UTA. Zij zijn bereikbaar via UTA@fnv.nl. Via dit mailadres kunt u zich ook aanmelden.
De BIM-experts hebben in zes bijeenkomsten hun kennis en inzichten met ons gedeeld. Door het delen van hun kennis hebben wij de notitie ‘BIM in de Bouw’ kunnen opstellen. Hierin zijn alle bevindingen uit de BIM-werkgroep uiteengezet. Benieuwd naar het document? Via deze link kun je het downloaden.