Wet kwaliteitsborging

Bereid je voor op de Wet Kwaliteitsborging

Laatste update: 3 april 2023.

Op 14 maart 2023 heeft de Eerste Kamer besloten dat de nieuwe Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen per 1 januari 2024 definitief in werking treden. Doordat de wet een aantal keer is uitgesteld zal het dus nog even duren voor je er mee te maken krijgt. Toch is het belangrijk om je voor te bereiden op de nieuwe wet.

De Wkb wordt ingevoerd met als doel verbetering van de bouwkwaliteit en het bouwtoezicht. Het is hierbij ook de bedoeling dat de positie van de consument wordt verbeterd. De Wkb zal per 1 januari 2024 in fases worden ingevoerd. De wet zal eerst van toepassing zijn op bouwprojecten die vallen in de categorie van gevolgklasse 1, dit zijn de laag risico gebouwen. Op een later moment zal worden gekeken of en wanneer de wet voor complexere gebouwen gaat gelden.

Meer verantwoordelijkheid voor de aannemer

De Wkb zal een aantal belangrijke dingen veranderen bij de bouw. De aannemer is bij het aangaan of het uitvoeren van de overeenkomst verplicht de opdrachtgever te waarschuwen voor onjuistheden in de opdracht voor zover hij deze kende of redelijkerwijs behoorde te kennen. Naast de waarschuwingsplicht zal de aannemer ook verplicht een opleverdossier moeten opbouwen. Dit opleverdossier moet tekeningen, berekeningen, en onderhoudsvoorschriften bevatten.

De Wkb roept ook een nieuw figuur in het leven: de private kwaliteitsborger. Voorheen had de gemeente een grote rol bij de bouw. De rol van de gemeente wordt bij de nieuwe Wkb overgenomen door de kwaliteitsborger. De taak van deze onafhankelijke kwaliteitsborger is om te kijken of het bouwplan aan alle regels voldoet. Het huidige stelsel is zo ingericht dat de goedkeuring voor een bouwplan vooraf geschiedt. Straks moet de aannemer niet alleen vooraf, maar ook tijdens de bouw aantonen dat het bouwwerk aan alle eisen voldoet. Hierdoor neemt de verantwoordelijkheid en risicoaansprakelijkheid van de aannemer toe.

Proefprojecten

Het is straks dus belangrijk dat je tijdens de bouw dingen vastlegt en deze dingen ook op tijd vastlegt. Omdat het een nieuwe manier van werken is, is het belangrijk dat iedereen de tijd neemt om hiermee te oefenen. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft in samenwerking met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) proefprojecten opgezet. Iedereen die wil bouwen onder gevolgklasse 1, kan zich aanmelden. Bij proefprojecten worden alle partijen betrokken alsof de Wkb al in werking is getreden. Dit is dé ideale mogelijkheid om alvast te gaan oefenen met de nieuwe regels die per 1 januari ingaan. Wil je een proefproject starten, dan is het belangrijk om tijdig dit met de gemeente te bespreken, het liefst voor het indienen van de aanvraag voor een omgevingsvergunning. Wanneer de gemeente de aanvraag goedkeurt, start het proefproject en zal de gemeente dit ook melden aan de VNG.
Om alvast te kunnen oefenen met de nieuw Wkb hoef je natuurlijk geen proefproject te starten, dit kun je ook zelf. Als je nu al begint met het vastleggen van je projecten volgens de nieuwe Wkb-norm, dan ben je gewend aan deze manier van werken wanneer de wet echt ingaat!


Continu verbeteren

Kan continu verbeteren werkdruk voorkomen?

In Nederland groeit het percentage ziekteverzuim door psychische aandoeningen, zoals een burn-out en overspanning. Tijdens de Volandis Deskundigendag vertelde Mirjam Bouten van iValue Improvement over haar onderzoek naar werkdruk, en hoe continu verbeteren hier invloed op kan hebben.

Continu verbeteren geeft medewerkers de tools die ze nodig hebben om problemen op te lossen waar ze in hun werk tegenaan lopen. Denk bijvoorbeeld aan de implementatie van oplossingen als zelfsturing, de verdeling van werk, en een geordende werkplek. Het doel van het onderzoek van Mirjam Bouten, uitgevoerd voor Hogeschool Avans, was om te onderzoeken of er een relatie is tussen implementatie van verschillende continu verbeter-tools, en werkdruk.

Burn-out

Om een burn-out te voorkomen is de beste oplossing het delen van werk, zo blijkt uit het onderzoek. Door de werkzaamheden en daarmee ook de verantwoordelijkheid te verdelen over meer dan één persoon, worden mensen ontlast. Het lijkt een open deur, maar nog niet eerder is deze conclusie door middel van wetenschappelijk onderzoek bewezen.

Verrassender is het resultaat waaruit blijkt dat het maken van veel overuren maar weinig invloed heeft op de werkstress die medewerkers ervaren. Echter, het maken van overuren heeft wel degelijk te maken met het krijgen van een burn-out.

Positieve invloed

Het antwoord op de vraag ‘Kan continu verbeteren werkdruk voorkomen?’ is: ja. Volgens de voorlopige resultaten van het onderzoek van Mirjam Bouten valt het grote goed te halen bij het onderdeel ‘respect voor de mens’. Opleiding en begeleiding hebben een enorm positieve invloed op de mentale gesteldheid van medewerkers. Uit de gegevens blijkt dat in vrijwel iedere sector minder werkdruk wordt ervaren, wanneer er voldoende begeleiding mogelijk is tijdens de werkzaamheden. Ook zelfsturing heeft een positief effect.

Andere continu verbeter-elementen waarvan blijkt dat ze werkdruk verminderen zijn:

  • Duidelijke visuele en haalbare doelen,
  • De mogelijkheid om mee te denken.

Er zijn ook verbeter-methodieken die volgens het onderzoek geen of nauwelijks aantoonbare correlatie hebben met werkdruk. Zo heeft de overlegfrequentie niets te maken met de hoeveelheid werkdruk die iemand vaart. Ook heeft een geordende werkplek (dus geen visuele stress) geen invloed op de hoeveel werkdruk die iemand ervaart.

Het onderzoek loopt nog, om definitieve conclusies te kunnen trekken. Er wordt al gekeken naar een vervolgonderzoek, waarin mogelijk branches met elkaar worden vergeleken.


Artikel Langdurig Zitten

Sta hier eens bij stil: we zitten te veel

Uit onderzoek van TNO blijkt dat 57 procent van de UTA’ers teveel zit. Langdurig zitten brengt gezondheidsrisico’s met zich mee. Zo heb je een grotere kans op vroegtijdig overlijden, en meer kans op hart- en vaatziekten. Tijd om te bewegen!

“Draai een keer in het rond, stamp met je voeten op de grond, zwaai je armen in de lucht, en ga nu zitten met een zucht”. Waarschijnlijk zit jij nu met dit kinderliedje in je hoofd. En in plaats van dit lied de rest van de dag te zingen, is het misschien verstandig om het dansje erbij te gaan doen. 57 procent van het UTA-personeel zit namelijk te veel, zo vertelde Lidewij Renaud van TNO tijdens de Volandis Deskundigendag afgelopen 17 november. Geen verkeerd idee dus om wat vaker te bewegen, want er zitten enkele gezondheidsrisico’s aan langdurig zitten.

Hoelang is te lang?

In 2021 hebben Nederlandse volwassenen van 18 t/m 64 jaar gemiddeld 9,6 uur van de dag zittend doorgebracht, aldus TNO. Men zit in het weekend minder lang dan doordeweeks. In het weekend is dit namelijk 8,4 uur en doordeweeks 10,1 uur. Meer dan de helft van het zitten vindt plaats tijdens het werk. Het gaat hier om gemiddeld 4,6 uur per dag. In de vrije tijd zit men ongeveer 3,2 uur. De overige tijd (1 uur) zitten we in de auto voor het woon-werkverkeer. In 2015 en 2017 waren Nederlanders ‘Europees kampioen zitten’. Het gaat echt om zitten, dus activiteiten met een laag energiegebruik in zittende of (half)liggende houding, maar niet slapend.

In Nederland geldt de algemene beweegrichtlijn om minimaal 150 minuten per week matig-intensief te bewegen. Je kunt hierbij denken aan wandelen en fietsen. Daarnaast wordt ook geadviseerd om minstens twee keer per week spier- en botversterkende activiteiten te doen.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) adviseert om zitten te vervangen door fysieke activiteit. Het maakt hierbij niet uit hoe intensief je beweegt, omdat iedere activiteit beter is dan zitten. Voor mensen met een zittend beroep is het goed om regelmatig, bij voorkeur elk halfuur, het zitten te onderbreken met staan of lopen.

Gezondheidsrisico’s

Langdurig zitten hangt samen met een risico op vroegtijdig overleiden, aldus de Gezondheidsraad. Meer dan acht uur zitten per dag kan leiden tot 27 procent meer kans op vroegtijdig overlijden dan als men minder dan vier uur zit. Daarnaast heb je door langdurig te zitten een hoger risico op hart- en vaatziekten. De kans op hart- en vaatziekten is namelijk 74 procent hoger voor mensen die meer dan 8 uur zitten per dag en weinig bewegen, in vergelijking met mensen die minder dan vier uur per dag zitten en erg veel bewegen. Daarnaast zou langdurig zitten ook de kans op diabetes type II, depressieve klachten en sommige vormen van kanker verhogen. Wanneer het zitten met beeldschermwerk wordt gecombineerd, is er ook sprake van een verhoogde kans op klachten aan armen, nek en schouders.

Kom in beweging

Je kunt meer bewegen een onderdeel van je werkdag te maken door elk halfuur even op te staan en door je huis, werkruimte of buiten te lopen. Leg de lat niet te hoog voor jezelf, door meteen aan de beweegnorm te voldoen. Begin met kleine stapjes en kijk naar wat jij leuk vindt om te doen. Het gebruik van een stappenteller kan al een leuke motivator zijn om meer stappen op een dag te zetten. Of ga eens een rondje wandelen in je pauze, of pak wat vaker de fiets of trap. Je kan er ook voor kiezen om de meest favoriete collega te worden door steeds koffie voor anderen te gaan halen.

Ga vooral ook eens in gesprek met je leidinggevende. Je kan bijvoorbeeld vragen om hulpmiddelen, zoals een zit-stabureau of een beweegschema. Uiteindelijk heeft je werkgever er baat bij dat het personeel meer beweegt. Goed voorbeeld doet volgen.

Het moet organisatorisch wel mogelijk zijn om het zitten te onderbreken. Geef niet meteen op als het niet mogelijk is om te gaan staan, maar kijk wat er mogelijk is binnen jouw werk. Zwaai bijvoorbeeld een paar keer met je armen, of haal je schouders een aantal keer op. Heb je alle ruimte? Draai dan een keer in het rond, en doe een dansje. Niet alleen goed voor je gezondheid, maar ook nog eens voor je concentratie en stemming.


Samenvatting Webinars UTA-knelpuntenonderzoek

Afgelopen donderdag 24 november en 1 december vonden de webinars rondom UTA-knelpunten plaats. We spraken met de deelnemende UTA’ers over onder andere overuren, vierdaagse werkweek, waardering, en werkdruk.

De nieuwe cao Bouw&Infra gaat in januari 2023 in. In deze cao is afgesproken dat de knelpunten onder UTA-medewerkers onderzocht worden. Dit onderzoek gaat in januari van start. Tijdens de webinars hebben wij informatie over verschillende onderwerpen opgehaald. Deze input gebruiken wij om de juiste vragen aan je te stellen tijdens het onderzoek.

In deze samenvatting lees je over welke knelpunten we het met jullie hebben gehad en hoe mede UTA’ers denken over deze onderwerpen.

Werkdruk

Het moge inmiddels iedereen duidelijk zijn dat de werkdruk hoog ligt onder de UTA-medewerkers. Tijdsdruk door te krappe planningen en een te kort aan gekwalificeerd personeel zijn de voornaamste redenen die genoemd worden. Daarnaast heerst er een groot verantwoordelijkheidsgevoel, waardoor het werk nooit af is, en je nooit echt vrij bent. Werkdruk is hoogstwaarschijnlijk het grootste probleempunt bij UTA.

Vierdaagse werkweek

Wij vroegen de deelnemers of zij een vierdaagse werkweek zou willen. Het overgrote deel wil dit wel, maar heeft zo zijn bedenkingen. Een vierdaagse werkweek moet dan ook daadwerkelijk betekenen dat er maar vier dagen gewerkte wordt, en niet dat er vijf dagen in vier gepropt worden. Om dit te bewerkstelligen zijn er meer handjes nodig.

Vakantie en vrije dagen

Een groot deel van de vakantiedagen wordt collectief vastgesteld. Dit gebeurt in de zomer, maar ook in de kerstperiode. De voorkeur is om meer flexibel met de vakantiedagen om te kunnen gaan. De  UTA’ers die we spraken ervaren de dagen voor een vakantie veel stress om alle werkzaamheden af te krijgen. De vakanties zijn ook echt nodig om het werk even helemaal los te kunnen laten.

Zwaarwerkregeling

Het werk van een UTA’er is fysiek, maar ook vooral mentaal erg zwaar. Over het algemeen is de verwachting dat UTA’er niet fit de AOW-leeftijd zal kunnen bereiken. Dit kan natuurlijk niet. Wij vroegen de deelnemers naar mogelijke oplossingen hiervoor. Een terechte vraag vanuit de webinar over dit onderwerp was of uitvoeders en technische beroepen niet onder de bouwregeling zouden moeten vallen. Andere ideeën zijn om het aantal dienstjaren binnen de bouw te laten tellen.

Thuiswerken

Zoveel mensen, zoveel meningen. De deelnemers aan dit webinar waren erg verdeeld. Er zijn werkgevers waar men veel werkzaamheden vanuit huis kan doen. De werkgever betaalt hiervoor een vergoeding en/of zorgt voor een geschikte thuiswerkplek. Door enkelen wordt thuiswerken als een ‘extraatje’ gezien, een bijkomend voordeel. Over het algemeen vinden de deelnemers dat thuiswerken niet goed is voor de saamhorigheid binnen het bedrijf. Ook wordt er gezegd dat de werkdruk door het thuiswerken nóg meer zal toenemen, doordat de scheiding tussen werk en privé komt te vervallen.

Werk- en overuren

Over het algemeen hebben alle deelnemers veertig contracturen in de week. Opvallend was dat de UTA’er die we spraken tot wel 10 overuren per week maken. Volgens de cao Bouw & Infra is het niet toegestaan om de UTA-medewerker structureel te laten overwerken. Op de vraag wat er gebeurt met de overuren wordt verschillend gereageerd. Soms krijgen UTA’ers tijd voor tijd, maar dan moeten ze wel zelf de uren registreren. Bij anderen wordt een verzoek tot uitbetaling alleen gehonoreerd als er vooraf is aangegeven dat er overuren gemaakt gaan worden.

Wat is er nodig om niet structureel over te moeten werken? Wij stelden de vraag wat er nodig is om niet structureel over te werken. Iedereen was het ermee eens dat er meer personeel moet komen, maar we waren ook op zoek naar andere oplossingen, zoals het werk aantrekkelijker maken voor jongeren, en het werk op te splitsen en te verdelen over meerdere collega’s waardoor ook de werkdruk verveeld wordt.

Waardering

Het blijkt dat de ene UTA’er zich meer gewaardeerd voelt door de werkgever dan de ander. Degenen die zich niet gewaardeerd voelen, hebben niet het idee dat er ruimte is voor complimenten. Er is een hoop stress binnen het bedrijf door het personeelstekort, waardoor waardering niet uitgesproken wordt. Het gaat alleen over het werk en er is weinig aandacht voor de persoon.
Er waren ook UTA’ers die zich wel gewaardeerd voelen. Vrijheid, het niet maken van overuren, en betaalde lunches met alle collega’s op vrijdag zijn factoren die aan dit gevoel bijdragen. Hieruit blijkt het uiten waardering niet per se ligt in salaris, maar in persoonlijke aandacht en autonomie.

Hoe nu verder?

We gaan alle informatie bundelen en daarmee zorgen dat de juiste vragen in het onderzoek komen. We houden jullie op de hoogte via de Nieuwsflits, waar jullie ook de link naar het onderzoek in het eerste kwartaal van 2023 ontvangen.

Het belooft een lang proces te worden om de werkproblematiek van UTA’ers aan te pakken. Daarom hebben we een kerngroep gevormd die samen met ons ervoor zorgt dat dit onderzoek en de uitkomsten ervan prioriteit behouden. Als jij ook tot deze kerngroep wil behoren (of je aan wil melden voor het UTA-panel) kun je dit doen door op deze link te klikken.

We bedanken alle deelnemers voor hun input! Heb je ook iets te melden over deze onderwerpen? Of zijn er hele andere zaken waar FNV|UTA aandacht aan moet besteden? Neem dan contact met ons op via uta@fnv.nl .


Week van de werkstress

Van 14 tot en met 18 november is het de Week van de Werkstress. Werkstress resulteert in slapeloosheid, burn-out, een te hoge bloeddruk en hartklachten. 1 op de 3 werknemers meldt zich ziek door werkdruk-/werkstressgerelateerde klachten. Dat maakt werkstress beroepsziekte nummer 1.

1,3 miljoen mensen in Nederland hebben last van burn-outklachten. Dit is 17 procent van alle Nederlanders! Uit onderzoek van TNO blijkt dat 42 procent van alle werknemers vindt dat er maatregelen nodig zijn tegen werkstress. Bekijk hier de Factsheet Werkstress van TNO.

Doe de test

Te hoge werkdruk is vaak een kwestie van structureel te veel werk en te weinig tijd. Maar er zijn veel meer factoren die bij kunnen dragen aan werkdruk en werkstress. Structureel te hoge werkdruk leidt tot fysieke en mentale problemen. Het is belangrijk om alert te zijn op de symptomen, en om hulp te vragen wanneer je dit nodig hebt! FNV heeft de Sneltest Werkdruk ontwikkeld, waarmee je inzicht krijgt in jouw werksituatie, en geeft wanneer nodig een persoonlijk advies.

Wat te doen?

Heb jij structureel last van werkdruk en/of werkstress? Dit zijn enkele voorbeelden van wat jij en je werkgever zouden kunnen doen:

  • Ga in gesprek met je werkgever
    Wanneer je een hoge werkdruk ervaart is het van belang om hierover op tijd in gesprek te gaan. Maar een afspraak met je werkgever en bedenk van te voren wat je met het gesprek wilt bereiken. Je werkgever is bij wet verplicht om problemen met werkdruk op te lossen, en wil dat waarschijnlijk ook graag! Als jij je werk niet af krijgt of ziek wordt, heeft je werkgever namelijk ook een probleem. Daarom is het raadzaam om samen een oplossing te bedenken die voor jullie allebei, maar met name voor jou, werkt. Het gaat immers om jouw gezondheid.
  • Pak samen met je collega's de werkdruk aan
    Samen sta je sterker. Vraag aan je collega's of zij ook een te hoge werkdruk ervaren,
  • Zorg voor genoeg pauze en beweging
    Doe je zitten werk, zorg dan ook voor voldoende 'beweegpauzes'. Ga bij een telefoontje bijvoorbeeld een stukje lopen. Of maak een wandeling tijdens je lunchpauze. De fysieke en mentale effecten van werkstress verminderen door beweging. Het belangrijkste is om tijdens je pauze je werk even helemaal los te laten. Dit kan door over niet-werkgerelateerde dingen te praten met je collega's, door even een rondje te lopen, of iets voor jezelf te doen. Zo reset je je hersenen en kun je na je pauze weer aan de slag.

Werk-privébalans

Of je nog steeds vanuit huis werkt of niet, sinds corona is de werkdruk in de bouwsector een heel stuk hoger geworden. Dit komt misschien door reorganisaties, dat je minder collega's hebt om dezelfde hoeveelheid werk te doen, of omdat je woonkamer nu ook je werkruimte is. Het kan daarom moeilijk zijn om je werk los te laten, ook als je werktijd voorbij is. Hieronder vind je wat tips om werk en privé beter gescheiden te houden:

  • Vergeet niet om te stoppen met werken. Dat lijkt een open deur, maar op je werk zijn vertrekkende collega’s een mentaal signaal dat het tijd is om naar huis te gaan. Werk je thuis, zet dan bijvoorbeeld een wekker zodat je precies weet wanneer het tijd is om te stoppen.
  • Houd je werktijden in de gaten, en kom voor jezelf op als je te vaak, te lang moet doorwerken.
  • Ga na je werkdag even naar buiten, of doe iets waardoor je ontspant. Zo sluit je mentaal de werkdag af.
  • Eet in een andere ruimte dan waar je werkt. Zo voorkom je dat je in je vrije tijd met je werk bezig bent als je zit te eten.

Kwaliteit van werk

Kwaliteit van werk maakt werkgever aantrekkelijk

Werknemers eisen in toenemende mate dat werk hen uitdaagt en waarin ze zich kunnen blijven ontwikkelen. Ze verwachten van een werkgever dat hij dit alles faciliteert. Als dat niet het geval is, dan lopen werknemers weg.

Frank Pot (emeritus hoogleraar) stelt dat kwaliteit van werk in Nederland veel beter kan dan nu het geval is. Werk dat bestaat uit slechts korte handelingen, waarbij de werknemer geen eigen besluitruimte heeft en overleg met collega’s beperkt is, voldoet niet aan onze normen over kwalitatief goed werk.

Frank Pot laat zien dat kwalitatief goed werk werknemers motiveert om te blijven bij een werkgever. En dat is in tijden van grote krapte op de arbeidsmarkt veel waard. In een interview met het blad Solar Magazine licht hij zijn opvatting helder toe.

Het hele artikel is hier te lezen.


Gastcollege Construct your Future groot succes!

Op 12 september jongstleden heeft FNV|UTA het gastcollege Construct your Future verzorgd voor de minor Bouwtechnische Bedrijfskunde op de Avans Hogeschool in Tilburg.

Consulenten Ramon en Daniëlle hebben de studenten een gastcollege gegeven over onder andere de FNV, cao’s, solliciteren, onderhandelen en ondernemen. We zijn het college begonnen met een kennismaking. We zijn als FNV|UTA namelijk erg benieuwd wie de studenten zijn, of ze al weten wat ze na hun studie willen gaan doen en of zij al eens hebben kunnen onderhandelen over bijvoorbeeld hun salaris. Een meerderheid van de studenten volgt de opleiding duaal en werkt en leert tegelijk. Ongeveer een derde van de studenten studeert voltijd. De functie van projectleider werd het meeste genoemd als toekomstige droombaan. Door enkele studenten is in het verleden al eens onderhandeld waarvan bij een aantal studenten met succes. Daar waar de ene student een dekkende reiskostenvergoeding voor elkaar bokste, heeft een andere student onderhandeld over het volgen van een opleiding op kosten en tijd van de werkgever. Hartstikke goed!

FNV | UTA helpt mij verder in mijn carrière

Weten de studenten van de Avans Hogeschool eigenlijk wel wat de FNV is en wat FNV|UTA doet? Dit wordt toegelicht in een introductie over de FNV. Zo is bijvoorbeeld benadrukt wat FNV|UTA kan betekenen voor (toekomstige) UTA-medewerkers. Ook zijn de studenten meegenomen in de wereld van cao’s. Dat was een eyeopener voor veel studenten. De studenten realiseerden zich dat het bekijken van hun cao handig is, omdat ze meer rechten (en plichten) hebben dan dat ze alvorens dachten.

Tijdens het gastcollege waren de studenten geïnteresseerd, actief betrokken en werden er veel vragen gesteld. Vooral over het onderwerp onderhandelen werden veel vragen gesteld. Het meest gewaardeerd was de tip om je loonstrook niet af te geven bij het arbeidsvoorwaardengesprek. Want wat je al verdient is helemaal niet relevant voor de functie waarop je solliciteert. Een student gaf aan dat zijn moeder haar loonstrook juist expres had meegenomen, omdat ze uit het bedrijfsleven kwam met een aanzienlijk hoger salaris dan de functie waarop ze gesolliciteerd had. In zo’n geval is je loonstrook meenemen wel een goede zet.

Door de oprechte interesse van de studenten was het een feestje om het gastcollege te verzorgen. Al snel na afloop van het gastcollege kwamen de eerste WhatsAppjes met vragen al binnen. Ook de docenten waren erg onder de indruk en hopen ons elk jaar weer te mogen verwelkomen. Een prachtig compliment voor een fantastisch gastcollege!

Klik hier als jij ook wilt dat we een gastcollege verzorgen op jouw opleiding!


ART Duurzame inzetbaarheid

Individueel budget: hoe blijf ik duurzaam inzetbaar?

Iedere werknemer in de bouw en infra, zowel bouwplaatsmedewerkers als UTA-werknemers, heeft beschikking tot een individueel budget in het kader van Duurzame Inzetbaarheid. Duurzame inzetbaarheid heeft als doel dat men gezond en met plezier kan blijven werken.

Sinds 2016 is in de cao Bouw en Infra het individueel budget ingesteld (te vinden vanaf artikel 47a). Dit budget is bedoeld als steuntje in de rug voor werknemers, om te investeren in hun eigen duurzame inzetbaarheid. En te zorgen dat zij geestelijk en lichamelijk ‘fit for the job’ blijven. Denk hierbij bijvoorbeeld aan investeren in een opleiding of een abonnement op de sportschool. Maar je kunt dit budget ook inzetten om extra verlof- en/of verzuimdagen of een langere vakantie op te nemen.

Het individueel budget wordt voor bouwplaatsmedewerkers verplicht in het Tijdspaarfonds gestort. UTA-werknemers mogen hier vrijwillig aan deelnemen. Als je er als UTA-werknemer voor kiest om geen gebruik te maken van het Tijdspaarfonds, wordt het bedrag tegelijk met het salaris uitgekeerd.

Het individueel budget bestaat uit drie componenten: (vrije) dagen, vakantietoeslag en duurzame inzetbaarheid.

Dagen

Dit onderdeel bestaat uit roostervrije dagen, bovenwettelijke vakantiedagen en kortverzuim-dagen. De waarde van deze dagen bij elkaar opgeteld maakt deel uit van het individueel budget. Wanneer je gebruik maakt van deze dagen moet je dit, als je evenveel wilt blijven verdienen, vanuit je individueel budget financieren.

Wanneer je deeltijds werkt is het aantal dagen naar verhouding kleiner. Ben je 55-plusser met een 4-daagse werkweek? Dan wordt alleen het loon over drie kortverzuimdagen in het individueel budget ondergebracht.

Vakantietoeslag

Als werknemer heb je recht op een vakantietoeslag van 8% van het overeengekomen salaris. Dit budget wordt door veel werknemers gebruikt voor een zomervakantie of een eenmalige grote uitgave.

Duurzame inzetbaarheid

Hier gaat het erom dat je als werknemer gezond en gelukkig kan blijven werken. Met het duurzame inzetbaarheidsbudget betaal je zelf voor de zaken die bijdragen aan jouw duurzame inzetbaarheid. Denk hierbij bijvoorbeeld aan op latere leeftijd extra verlof dagen te kopen of door het volgen van een opleiding naar keuze. Die opleiding is speciaal voor jou bedoeld, kies dus iets waar jij je graag in wilt verdiepen. Het is namelijk niet de bedoeling dat je met dit budget een opleiding volgt die nodig is voor het bedrijf waar je werkt. In dat geval zijn de kosten gewoon voor je werkgever. Als je geen gebruik wilt maken van het duurzame inzetbaarheidsbudget, kun je ervoor kiezen om het saldo uit te laten betalen.

Volandis helpt je bij het maken van keuzes op het gebied van Duurzame Inzetbaarheid, maar uiteindelijk bepaal jij zelf.

Hoewel het individueel budget drie bestedingsdoelen heeft, is het goed je te realiseren dat het één pot geld is. Het is dus mogelijk om het geld dat je voor het ene doel gekregen hebt, in te zetten voor een ander doel.

DIA (Duurzame Inzetbaarheidsanalyse)

Eens in de vier jaar krijgt iedere werknemer in de bouw een uitnodiging voor de Duurzame Inzetbaarheidsanalyse. Als werknemer ben je niet verplicht om hieraan mee te doen, het is op vrijwillige basis. Jouw werkgever is echter wel verplicht om jou de mogelijk te bieden om deel te nemen.

De DIA bestaat niet zoals voorheen enkel uit een medische keuring (PAGO), nu maakt een adviesgesprek daar ook deel van uit. Je gaat dan in gesprek met een DIA-adviseur van Volandis over wat je wil en kan doen om duurzaam inzetbaar te blijven.

De DIA wordt uitgevoerd door de hiervoor genoemde adviseur, een doktersassistent en een bedrijfsarts van de Arbodienst. De uitslag van jouw DIA is strikt vertrouwelijk en wordt dus niet doorgezet naar jouw werkgever. Uiteraard ben je wel vrij deze informatie te delen met jouw werkgever, mocht je bijvoorbeeld stappen willen ondernemen.

Werkgeversbijdrage

Hoe veel draagt jouw werkgever nou eigenlijk bij aan jouw individueel budget? Dat hebben we voor je uitgeschreven in de tabel hieronder:

Tabel Duurzame Inzetbaarheid
 

Uitbetalen saldo

Je bepaalt zelf wanneer, hoeveel en welk saldo je wilt laten uitbetalen. Het saldo van Vakantietoeslag en Dagen ontvang je jaarlijks in mei, maar je kunt ook een tussentijdse uitbetaling aanvragen. Het saldo Duurzame Inzetbaarheid ontvang je alleen als je het opvraagt. Bij het uitbetalen worden de gebruikelijke loonheffingen toegepast.

Als bouwplaatsmedewerker kun je het uitbetalen van het saldo aanvragen bij de vakbond, hiervoor hoef je geen lid te zijn van de vakbond. Bij FNV kun je deze aanvraag online regelen via een digitaal formulier.

Ben je UTA’er? Dan regel je jouw uitbetaling via Mijn Tijdsparen.


Zo voorkom je een naheffingsaanslag omzetbelasting

De aangifte omzetbelasting is voor iedere ondernemer verplicht, ook voor ZZP’ers. Elk kwartaal krijgen veel ondernemers een naheffingsaanslag, omdat ze de aangifte niet hebben gedaan of zijn vergeten.

Wanneer je dit niet doet krijg je een naheffingsaanslag en een boete van 68,- euro. Zonde! In dit artikel vind je wat je kunt doen als je toch een naheffingsaanslag krijgt. Je leest op de website van FNV ZZP de vijf meest voorkomende redenen waarom ondernemers denken dat ze geen aangifte hoeven te doen.

First things first

Op producten en diensten zit belasting toegevoegde waarde (btw). De btw breng je in rekening bij je klanten en draag je af aan de belastingdienst. De meeste ondernemers moeten dus elk kwartaal aangifte omzetbelasting doen. Dit kan ook maandelijks of jaarlijks zijn. Hoe vaak je aangifte moet doen, hoor je van de Belastingdienst. En let op: je moet de btw die je de Belastingdienst verschuldigd bent zelf overmaken naar het rekeningnummer. Je krijgt hier geen aanslag van.

Wanneer krijg je een naheffing?

Je krijgt een naheffing als je geen aangifte of te laat aangifte doet. Heb je wel aangifte gedaan, maar niet, te weinig of te laat btw betaald? Ook dan krijg je een naheffing. Een naheffingsaanslag gaat altijd samen met een boete. Voor het niet of te laat doen van aangifte (aangifteverzuim) is de boete 68,- euro. Een boete voor niet, te weinig of te laat betalen (betalingsverzuim) is minimaal 50,- euro en maximaal 5.514,- euro.

Hoe voorkom je een naheffing?

Simpel, door op tijd aangifte omzetbelasting te doen en de btw op tijd te betalen, ook als je nog geen omzet hebt. Ben je net te laat en kom je erachter dat je nog geen aangifte hebt gedaan? Dan heb je tot zeven kalenderdagen na de deadline de tijd om de aangifte alsnog te doen. Zo voorkom je een boete.

Tóch een naheffingsaanslag

In de naheffingsaanslag maakt de Belastingdienst een schatting van hoeveel btw je moet betalen, omdat het onbekend is hoeveel btw je in rekening hebt gebracht en betaald hebt. Het bedrag op de naheffingsaanslag is daarom vaak veel hoger dan het bedrag dat je eigenlijk zou moeten betalen. Wanneer je na de naheffingsaanslag alsnog aangifte doen, hoef je meestal niet het hele bedrag te betalen. De Belastingdienst kan het geschatte bedrag na je aangifte aanpassen.

Denk je dat je onterecht een naheffingsaanslag omzetbelasting hebt gekregen? Dit kun je checken met de Naheffingsaanslag btw check van de Belastingdienst. In extreme gevallen kun je bezwaar maken. Dit doe je met het formulier ‘Bezwaar omzetbelasting’ via Mijn Belastingdienst Zakelijk.

Heb je vragen over omzetbelasting? Stel ze gerust via uta@fnv.nl


Back to work - Tips en tricks

Back to work! Tips en tricks

Je kunt er soms best tegenop zien als je na een vakantie weer aan het werk gaat. In dit artikel vind je wat tips om aan de post-vakantie-blues te ontkomen, of je nu vanuit huis werkt of weer naar kantoor gaat.

Je badpak maakt weer plaats voor je kantoor-tenue. En misschien wel het ergste; je moet je wekker weer zetten. De één heeft er meer last van dan de ander, maar iedereen kan baat hebben bij het implementeren van een beetje verandermanagement om de switch van vakantie naar werk te maken.

Post-vakantie-blues

Dit fenomeen bestaat echt. Het is een vorm van depressie die mensen na het hebben van vakantie krijgen. De duur ervan is gelukkig korter dan die van een klinische depressie, maar het heeft wel dezelfde soort symptomen. Zoals stress, insomnia, geïrriteerdheid, en een gevoel van verlies. Hierdoor kan het moeilijk zijn om weer terug in je ‘gewone’ routine te komen. Volgens PSYCOM heeft dit vooral te maken met het abrupte gebrek aan adrenaline wanneer je weer aan het werk gaat. En ander belangrijke oorzaak is dat je brein bij het doormaken van een grote verandering (zoals weer aan het werk gaan) de gebeurtenissen overdrijft. Hierdoor lijkt je dag erger dan het daadwerkelijk is.

Tips!

Ga niet bij de pakken neerzitten. Hoe leuk en ontspannend je vakantie ook was, je werk is vast dragelijker dan je denkt.

  1. Plan de eerste paar dagen
    Als je de dag voordat je weer begint met werken op een rijtje hebt wat je de komende dagen gaat doen, zorgt dat al voor een stuk relaxtere start. Zorg ook dat je planning realistisch is. Vraag jezelf bij welke projecten, teams, activiteiten en individuen je betrokken wil zijn, en maak dat een prioriteit.
  2. Denk om je mentale gesteldheid
    Focus op de goede dingen die je werk met zich meebrengt. Zo blijf je positief en gemotiveerd. Als je erg tegenop ziet weer te beginnen met werken en als stres krijgt bij het idee, helpt het om erover te hebben met familie of vrienden.
  3. Vergeet je vrije tijd niet
    Om je terugkeer naar de oude routine niet te abrupt te maken, helpt het om alles uit je vrije tijd ná je werkdag te halen.
  4. Nieuwe routine
    Nu je toch opnieuw aan een nieuwe routine gaat beginnen, waarom implementeer je niet iets nieuws? Of verander iets aan de bestaande routine waar je niet zo blij mee was voor je op vakantie ging. Zet bijvoorbeeld je wekker tien minuten vroeger, zodat je rustig je kop koffie in de tuin of op je balkon kunt drinken in plaats van in de auto.
  5. Grenzen stellen
    Wanneer je vanuit huis werkt kunnen de grenzen van je werk misschien wat vervaagd zijn. Als je aan de keukentafel zit is het een stuk moeilijker om werk en privé gescheiden te houden. Wanneer je weer aan het werk gaat is dat je kans om grenzen wat betreft communicatie, werktijden, en beschikbaarheid weer eens helder te krijgen. Kijk wat voor jou werkbaar is!