Tips voor bouwen aan een zorgeloos pensioen
Waarschijnlijk is pensioen iets wat nog behoorlijk ver van je bed staat. Misschien kijk je er al vol hartstocht naar uit, of misschien moet je er niet aan denken. Welke ook voor jou het geval is, je pensioen wil je goed geregeld hebben. In dit artikel vind je tips voor een zorgeloos pensioen.
Een kleine moeite nú kan je namelijk heel veel gedoe besparen wanneer jouw tijd aanbreekt om met pensioen te gaan. Hieronder vind je vier praktische tips om mee aan de slag te gaan. Hoe goed is jouw pensioen geregeld?
- Maak gebruik van de pensioenregeling
Vergelijk de pensioenregeling met een gereedschapskist die je helpt bij het bouwen van je pensioen. Als werknemer in de bouw- en infrastructuursector profiteer je van de pensioenregeling bpfBOUW. De regeling van bpfBOUW hebben wij als vakbond samen met werkgevers onderhandeld. Zo zal voor iedere €4,- die jij als UTA-medewerker inlegt in je aanvullend pensioen, je werkgever daar nog eens bij €6,- bovenop doen! Door deel te nemen aan het pensioenfonds versterk je je pensioenpotje dat je al via de AOW opbouwt. Ook kan je via de website van bpfBOUW nuttige informatie vinden over je eigen pensioen. - Zelf sparen: Begin op tijd
Hoe eerder je begint met het opbouwen van pensioen, hoe makkelijker jij het jezelf maakt om zorgeloos aan je pensioen te kunnen beginnen. Door vroeg te beginnen leg je namelijk een sterk fundament waarop je verder kan bouwen. Stel je voor dat je op jonge leeftijd begint met het sparen van een klein bedrag per maand, bijvoorbeeld €50,-. Na 40 jaar zou je een aanzienlijk bedrag van ongeveer €57.000 hebben bij een conservatie rendementsverwachting van 4 procent per jaar. Doe dit maar 35 jaar en dit bedrag loopt al terug naar €44.000. Een wezenlijk verschil. Op tijd beginnen dus! - Bereken je toekomstige inkomen
Weet je al hoeveel je op dit moment bij elkaar gespaard hebt? En hoeveel je nog nodig zou hebben om wanneer het zover is comfortabel te leven? Een goede en realistische planning kan je hierbij helpen. Gebruik online pensioenplanners of raadpleeg een pensioenadviseur om een realistisch beeld te krijgen van je toekomstige pensioeninkomen. Bijvoorbeeld, als je verwacht €2.000,- per maand nodig te hebben, kun je berekenen hoeveel je moet sparen om dat doel te bereiken. Bouw jij je pensioen als UTA-medewerker op bij bpfBOUW? Laat dan gratis je pensioen berekenen door een van onze vakbonds- of pensioenconsulenten. Zij kijken samen met jou hoe je pensioen er nu voorstaat. - Blijf op de hoogte van pensioenontwikkelingen
De kans dat je wekelijks opzoek bent naar alle updates rondom pensioen is misschien niet zo groot. Want wees nou eerlijk, waarschijnlijk heb je leukere dingen te doen. Daarentegen kunnen er natuurlijk op wetgevingsniveau of binnen jou cao dingen veranderen die ook voor jou belangrijk zijn. Een makkelijke manier om toch op de hoogte te blijven is bijvoorbeeld via deze website. Zo lees je hier bijvoorbeeld alles over het nieuwe pensioenstelsel.
Hopelijk kan jij met deze praktische tips jouw eigen situatie onder de loep nemen. Zo kan je met een gerust hart aan je pensioen beginnen wanneer de tijd aanbreekt. Begin dus op tijd, maak gebruik van de pensioenregeling, bereken je toekomstige inkomen en blijf op de hoogte van pensioenontwikkelingen. Zo kun je met vertrouwen uitkijken naar een welverdiende rustperiode vol nieuwe mogelijkheden.
Wil je meer informatie over je pensioen? Wij hebben alles over het pensioen van de UTA’er op een rijtje gezet. Download het ‘UTA pensioen e-book’ hier.
Concurrentiebeding | Alle ins en outs
Geregeld komt het voor dat in een arbeidsovereenkomst een concurrentiebeding is opgenomen. Dit wordt soms ook wel een non-concurrentiebeding genoemd. Echter is deze niet altijd geldig en gelden er voorwaarden voor het opnemen van een concurrentiebeding.
Zowel werknemers met een vast contract als tijdelijk contract en zzp’ers kunnen te maken krijgen met een concurrentiebeding. Het is van groot belang om altijd te controleren of het opgenomen concurrentiebeding wel rechtsgeldig is. In dit artikel leggen we je alle ins en outs uit over een concurrentiebeding.
Wat is een concurrentiebeding ?
Concurrentiebedingen zijn bedingen die een verbod bevatten om na het beëindigen van het dienstverband soortgelijke werkzaamheden uit te oefenen bij een ander bedrijf of als ondernemer. De wetgever spreekt in artikel 7:653 van het Burgerlijk Wetboek (BW) over het concurrentiebeding. De inhoud van dit beding is een beschrijving van de activiteit die verboden is om bij de concurrent uit te oefenen. In sommige gevallen geldt er een geografische beperking. Dit houdt in dat je binnen een bepaalde straal niet mag werken. Wanneer je je hier niet aan houdt kan je een flinke boete opgelegd krijgen. De hoogte van de boete is meestal opgenomen in de arbeidsovereenkomst.
Wanneer is een concurrentiebeding toegestaan ?
Conform artikel 7:653 lid 1 BW is een concurrentiebeding geldig wanneer aan een drietal vereisten wordt voldaan:
- Allereerst moet de werknemer een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd aangaan. (Hier is een uitzondering mogelijk. Dit zullen we later in dit artikel toelichten)
- Het beding moet schriftelijk overeen zijn gekomen.
- Tot slot geldt dat de werkgever het beding sluit met een werknemer die 18 jaar of ouder is.
Concurrentiebeding in een tijdelijke arbeidsovereenkomst
In 2015 is de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) ingevoerd. Sinds de komst van deze wet is het verboden om een concurrentiebeding op te nemen in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd. Dit is van toepassing op alle arbeidsovereenkomsten die na 1 januari 2015 zijn afgesloten.
Echter geldt hier wel een uitzondering. Er mag in een tijdelijke arbeidsovereenkomst een concurrentiebeding worden opgenomen indien dit noodzakelijk is. Dit volgt uit artikel 7:653 lid 2 BW. Er moet schriftelijk gemotiveerd worden opgenomen waarom het noodzakelijk is dat er een zo'n beding in de arbeidsovereenkomst is opgenomen. Er moet sprake zijn van een zwaarwegend belang. Per functie kan de motivering verschillen. Het kan bijvoorbeeld gaan om bescherming van specifieke bedrijfsinformatie, of bepaalde kennis die je hebt opgedaan.
Hoe kom ik van mijn concurrentiebeding af?
Heb je een concurrentiebeding in je arbeidsovereenkomst staan en twijfel je over de geldigheid? Ga als eerste het gesprek met je werkgever aan. Stuur een verzoek aan je werkgever om het beding uit de arbeidsovereenkomst te verwijderen. In goed overleg kom je er vaak onderling wel uit.
Indien het beding niet geldig is en je komt er onderling niet uit kan je het beding aanvechten bij de kantonrechter. Conform artikel 7:653 lid 3 BW kan de rechter het beding in zijn geheel vernietigen. Indien het beding niet noodzakelijk is vanwege zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen. De rechter kan het ook geheel of gedeeltelijk vernietigen indien jij als werknemer door het beding onrechtmatig wordt benadeeld.
Heb je hier vragen over, of wil je dat we je contract checken? Neem contact met ons op door een mailtje te sturen naar uta@fnv.nl .
Het nieuwe pensioenstelsel
Op 30 mei heeft de Eerste Kamer de Wet toekomst pensioenen (Wtp) aangenomen, waarmee het pensioenstelsel in Nederland wordt vernieuwd. De nieuwe regels in deze wet gelden voor alle pensioenfondsen in Nederland, ook voor bpfBOUW.
De nieuwe wet gaat in op 1 juli 2023, maar het is nog niet bekend wanneer bpfBOUW overgaat op het nieuwe stelsel. Pensioenfondsen krijgen een paar jaar de tijd om over te gaan op de nieuwe regels.
Waarom verandert het pensioenstelsel?
Het stelsel sluit niet meer goed aan bij deze tijd. Pensioenen mogen niet altijd verhoogd worden, ook niet als pensioenfondsen veel geld hebben. Ook houdt het pensioenstelsel onvoldoende rekening met trends op de arbeidsmarkt die ook in de bouwsector veel voorkomen: werknemers die van werkgever veranderen, of het groeiende aantal zzp’ers. Daarnaast speelt de zogenaamde doorsneesystematiek een rol, waarbij jongeren meebetalen aan de pensioenopbouw van ouderen (die eigenlijk te weinig premie betalen). Hiertegen is de weerstand is gegroeid.
Wat verandert er?
Een belangrijke vernieuwing die in de Wtp staat is dat iedereen pensioen gaat opbouwen via een premieregeling. Elke maand betalen jij en je werkgever pensioenpremie. Deze premies worden belegd door bpfBOUW. Hoeveel pensioen je krijgt hangt dus af van de beleggingsresultaten.
Een andere verandering is dat een stabiele pensioenpremie het uitgangspunt wordt. De premie zal over de jaren heen minder vaak veranderen. Ook gaat het pensioen meer meebewegen met de economie. Als het economisch goed gaat, gaat het pensioen eerder omhoog. Gaat het economisch minder, dan gaat het eerder omlaag.
Je bouwt een persoonlijk pensioenvermogen op, dat wordt gebruikt voor een levenslange pensioenuitkering. Je kunt straks altijd zelf zien hoe dat pensioenvermogen ervoor staat. Het vernieuwde pensioenstelsel maakt namelijk informatie over je pensioen transparanter. Je krijgt als deelnemer meer inzicht in hoe je ervoor staat. Zo kun je bijvoorbeeld zien hoeveel pensioen er voor jou persoonlijk is gereserveerd. Zo kun je je beter voorbereiden op de toekomst.
Twee soorten premieregelingen
Het vernieuwde pensioenstelsel heeft twee soorten pensioenregelingen. bpfBOUW kiest samen met FNV en andere sociale partners welke variant het beste past bij de deelnemers van bpfBOUW. In het nieuwe stelsel is een Flexibele premieregeling mogelijk en een Solidaire premieregeling.
De FNV is groot voorstander van de Solidaire premieregeling omdat het alleen in deze regeling mogelijk is dat risico’s van zowel werkenden en gepensioneerden met elkaar worden gedeeld. Er wordt voor gepensioneerden en werkenden belegd. In goede tijden gaat een klein deel van de beleggingsopbrengsten naar een solidariteitsreserve. In slechte tijden kan die worden gebruikt om een verlaging van de pensioenuitkering te vermijden. Op deze manier is het bij de Solidaire premieregeling mogelijk om de pensioenen regelmatig te verhogen en verlaging te voorkomen.
Sociale partners bepalen uiteindelijk samen met de pensioenfondsen hoe de nieuwe pensioenregelingen er per sector uit gaan zien.
AOW
De nieuwe wet heeft geen invloed op de AOW. Die blijf je ook straks van de overheid ontvangen. Ook blijf je samen met je werkgever premie betalen voor een levenslang pensioen. bpfBOUW belegt deze premies, zodat het pensioenvermogen groeit.
Wil je meer informatie over je pensioen? Wij hebben alles over het pensioen van de UTA’er op een rijtje gezet. Download het ‘UTA pensioen e-book’ hier.
Weer aan het werk: "Overal hoorde ik babygeluiden"
FNV|UTA Consulent Daniëlle Strijbos - Bok (31) vertelt over haar leven met partner Stefan Bok (32) en hun kindje. In december 2022 werden ze ouders van dochter Gijsje. Deze keer vertelt ze over weer aan het werk gaan na het bevallingsverlof.
Iedereen vroeg: ‘Hoe gaan jullie het doen? Ik dacht dan gekscherend: ‘Wat doen? Bevallen? Opvoeden?’. Maar met die vraag doelde men op het combineren van werk in combinatie met zorgen voor ons kindje. Voordat Stefan en ik in verwachting waren van Gijsje hadden we al vaak gesproken over hoe we het ouderschap voor ons zien; we besloten het vooral samen te willen gaan doen. Voor ons houdt dat in dat Stefan de eerste vijf weken na Gijsjes geboorte vrij was en daarnaast één jaar lang elke maandag vrij is. Zelf werk ik voor de duur van één jaar drie dagen per week. Gijsje gaat op dinsdag en donderdag naar de kinderopvang om de hoek.
Wetten en regels
Vanaf 1 januari 2019 is het geboorteverlof (partnerverlof) uitgebreid van twee werkdagen naar eenmaal het aantal werkuren per week. Absoluut niet om over naar huis te schrijven, maar het was een begin van een flinke uitbreiding. Sinds 1 juli 2020 zijn er namelijk nog vijf weken bijgekomen. Weliswaar tegen 70 procent van je dagloon (en maximaal 70 procent van het maximale dagloon), maar in tijd absoluut een verbetering. Al kan niet iedereen gebruik maken van deze regeling. Als jij en je partner die 30 procent niet kunnen missen, vis je naast het net.
In augustus 2022 is de wet op ouderschapsverlof aangepast. Voorheen hadden ouders/verzorgenden per kind recht op 26 weken onbetaald ouderschapsverlof (geldig tot het achtste levensjaar van je kind). In augustus 2022 werden van die 26 weken er negen van betaald. Waarvan ook tegen 70 procent van je dagloon (en maximaal 70 procent van het maximale dagloon).
Lees ook: Recht op negen weken betaald ouderschapsverlof
Bovenstaande wetten, maar ook mijn cao, hebben het mogelijk gemaakt dat Stefan en ik tegen voor ons overzienbare financiële gevolgen, tijdelijk minder kunnen werken om zelf meer voor onze dochter te kunnen zorgen.
Aan de bak
Na elf weken bevallingsverlof ging ik weer aan het werk. En ja, ik ben zo’n Mama die moest huilen toen ik Gijsje voor het eerst naar de kinderopvang bracht. Ja, ook op de terugweg. De eerste keer hakte er echt even in.
Mijn eerste werkweek voelde wat gek aan, want overal hoorde ik babygeluiden. Liever was ik thuis om voor Gijsje te zorgen. Al veranderde dat snel. Niet omdat ik minder bij Gijsje wilde zijn, maar ik realiseerde hoe leuk mijn werk was en hoe fijn het is om ook collega Daniëlle te zijn in plaats van alleen Mama Daniëlle. Daar waar ik ooit dacht dat ik erg gelukkig zou zijn als fulltime moeder veranderde die gedachte door weer te gaan werken. Want laten we even eerlijk zijn; zorgen voor je pasgeboren baby is gewoon kei en kei hard werken. Ik vind zelfs een dag met mijn kleine wolk zwaarder dan een dag op kantoor. Er zijn zelfs dagen bij dat ik bij het keukenraam sta om te kijken waar Papa blijft. Herkenbaar? Maar of je nou werkt of zorgt, je verlangt altijd naar datgeen wat je op dat moment niet aan het doen bent. Ja, alle clichés zijn waar.
Combineer jij net als FNV|UTA consulent Daniëlle je werk met een gezin en heb je vragen over je rechten met betrekking tot verlof of andere gerelateerde zaken? Schroom dan niet en mail naar uta@fnv.nl of bel/whatsapp naar 06-18511269.
Daniëlle Strijbos – Bok
Consulent UTA/moeder
FNV|UTA Consulent Daniëlle Strijbos - Bok (31) heeft een relatie met Stefan Bok (32). Samen hebben ze een dochter Gijsje (0).
Sfeerimpressie Bouwvrouwendag 2023
Op 9 maart was het Bouwvrouwendag. Deze dag hebben wij mogen organiseren ter ere van internationale vrouwendag.
De avond werd gestart met een stoelmassage onder het genot van hapjes en drankjes. Even heerlijk ontspannen na een, voor vele, drukke werkdag. Ook kon je een professionele foto laten maken van jezelf door onze fotograaf Martin.
Na deze ontspannen start hebben wij met zijn allen genoten van het avondeten. Een enorm leuke ervaring vonden vele ‘de mogelijkheid om te netwerken met anderen bouwvrouwen was heel verfrissend!’ aldus een deelneemster.

Workshops
Op de Bouwvrouwendag hebben wij na het eten drie mooie workshops mogen geven voor vrouwen in de bouw. De eerste workshop was ‘Bluffen voor vrouwen’. Laura heeft tijdens deze workshop laten zien hoe je je talenten op een enthousiaste manier aan het voetlicht kan brengen. Dit is iets wat wij vrouwen minder vaak doen dan onze mannelijke collega’s. Een opmerking tijdens de workshop was: ‘Fijn om op deze manier te leren om mijn kwaliteiten te benoemen zonder dat het overkomt als opscheppen’. Heel gaaf om dit terug te horen, want dat was precies waar de workshop voor bedoeld was.
De workshop ‘Vitale Voornemens’ was de tweede workshop die wij hebben aangeboden. Goede voornemens, nu ga ik het echt DOEN, morgen ga ik…. Je kent het vast wel, regelmatig blijft het bij dromen en goede voornemens. Tijdens deze workshop heeft Merianka spelenderwijs laten zien hoe je je eigen breinformule voor verandering uitwerkt. Op deze workshop is erg enthousiast gereageerd door de vrouwen die aan deze workshop deelnamen. Wij kregen van deelneemsters van deze workshop terug dat het een ‘leuke en interessante workshop was met veel interactie’.
Ook de workshop Vrouw en Pensioen was een succes. Bij deze workshop heeft Tineke alles omtrent pensioenopbouw op een leuke manier uitgelegd. ‘Na het krijgen van mijn kinderen ben ik deeltijd gaan werken, wat dat precies voor mijn pensioen zou betekenen heb ik tot deze workshop nooit begrepen’. Het is heel fijn om te weten wat deze informatieve workshop voor deelnemers heeft betekent.
Bij deze willen wij alle deelneemsters nogmaals bedanken! We vonden het een heel geslaagd evenement en gaan in de toekomst weer nieuwe workshops en andere bijeenkomsten organiseren. Wij hopen jullie daar weer te zien! Voor de vrouwen die niet hebben kunnen deelnemen; wij hopen dat jij er de volgende keer ook bij bent.

Individueel budget: hoe blijf ik duurzaam inzetbaar?
Iedere werknemer in de bouw en infra, zowel bouwplaatsmedewerkers als UTA-werknemers, heeft beschikking tot een individueel budget in het kader van Duurzame Inzetbaarheid. Duurzame inzetbaarheid heeft als doel dat men gezond en met plezier kan blijven werken.
Sinds 2016 is in de cao Bouw en Infra het individueel budget ingesteld (te vinden vanaf artikel 47a). Dit budget is bedoeld als steuntje in de rug voor werknemers, om te investeren in hun eigen duurzame inzetbaarheid. En te zorgen dat zij geestelijk en lichamelijk ‘fit for the job’ blijven. Denk hierbij bijvoorbeeld aan investeren in een opleiding of een abonnement op de sportschool. Maar je kunt dit budget ook inzetten om extra verlof- en/of verzuimdagen of een langere vakantie op te nemen.
Het individueel budget wordt voor bouwplaatsmedewerkers verplicht in het Tijdspaarfonds gestort. UTA-werknemers mogen hier vrijwillig aan deelnemen. Als je er als UTA-werknemer voor kiest om geen gebruik te maken van het Tijdspaarfonds, wordt het bedrag tegelijk met het salaris uitgekeerd.
Het individueel budget bestaat uit drie componenten: (vrije) dagen, vakantietoeslag en duurzame inzetbaarheid.
Dagen
Dit onderdeel bestaat uit roostervrije dagen, bovenwettelijke vakantiedagen en kortverzuim-dagen. De waarde van deze dagen bij elkaar opgeteld maakt deel uit van het individueel budget. Wanneer je gebruik maakt van deze dagen moet je dit, als je evenveel wilt blijven verdienen, vanuit je individueel budget financieren.
Wanneer je deeltijds werkt is het aantal dagen naar verhouding kleiner. Ben je 55-plusser met een 4-daagse werkweek? Dan wordt alleen het loon over drie kortverzuimdagen in het individueel budget ondergebracht.
Vakantietoeslag
Als werknemer heb je recht op een vakantietoeslag van 8% van het overeengekomen salaris. Dit budget wordt door veel werknemers gebruikt voor een zomervakantie of een eenmalige grote uitgave.
Duurzame inzetbaarheid
Hier gaat het erom dat je als werknemer gezond en gelukkig kan blijven werken. Met het duurzame inzetbaarheidsbudget betaal je zelf voor de zaken die bijdragen aan jouw duurzame inzetbaarheid. Denk hierbij bijvoorbeeld aan op latere leeftijd extra verlof dagen te kopen of door het volgen van een opleiding naar keuze. Die opleiding is speciaal voor jou bedoeld, kies dus iets waar jij je graag in wilt verdiepen. Het is namelijk niet de bedoeling dat je met dit budget een opleiding volgt die nodig is voor het bedrijf waar je werkt. In dat geval zijn de kosten gewoon voor je werkgever. Als je geen gebruik wilt maken van het duurzame inzetbaarheidsbudget, kun je ervoor kiezen om het saldo uit te laten betalen.
Volandis helpt je bij het maken van keuzes op het gebied van Duurzame Inzetbaarheid, maar uiteindelijk bepaal jij zelf.
Hoewel het individueel budget drie bestedingsdoelen heeft, is het goed je te realiseren dat het één pot geld is. Het is dus mogelijk om het geld dat je voor het ene doel gekregen hebt, in te zetten voor een ander doel.
DIA (Duurzame Inzetbaarheidsanalyse)
Eens in de vier jaar krijgt iedere werknemer in de bouw een uitnodiging voor de Duurzame Inzetbaarheidsanalyse. Als werknemer ben je niet verplicht om hieraan mee te doen, het is op vrijwillige basis. Jouw werkgever is echter wel verplicht om jou de mogelijk te bieden om deel te nemen.
De DIA bestaat niet zoals voorheen enkel uit een medische keuring (PAGO), nu maakt een adviesgesprek daar ook deel van uit. Je gaat dan in gesprek met een DIA-adviseur van Volandis over wat je wil en kan doen om duurzaam inzetbaar te blijven.
De DIA wordt uitgevoerd door de hiervoor genoemde adviseur, een doktersassistent en een bedrijfsarts van de Arbodienst. De uitslag van jouw DIA is strikt vertrouwelijk en wordt dus niet doorgezet naar jouw werkgever. Uiteraard ben je wel vrij deze informatie te delen met jouw werkgever, mocht je bijvoorbeeld stappen willen ondernemen.
Werkgeversbijdrage
Hoe veel draagt jouw werkgever nou eigenlijk bij aan jouw individueel budget? Dat hebben we voor je uitgeschreven in de tabel hieronder:

Uitbetalen saldo
Je bepaalt zelf wanneer, hoeveel en welk saldo je wilt laten uitbetalen. Het saldo van Vakantietoeslag en Dagen ontvang je jaarlijks in mei, maar je kunt ook een tussentijdse uitbetaling aanvragen. Het saldo Duurzame Inzetbaarheid ontvang je alleen als je het opvraagt. Bij het uitbetalen worden de gebruikelijke loonheffingen toegepast.
Als bouwplaatsmedewerker kun je het uitbetalen van het saldo aanvragen bij de vakbond, hiervoor hoef je geen lid te zijn van de vakbond. Bij FNV kun je deze aanvraag online regelen via een digitaal formulier.
Ben je UTA’er? Dan regel je jouw uitbetaling via Mijn Tijdsparen.
Wat betekent de verhoging van de pensioenpremie voor jou?
In de cao Bouw & Infra is afgesproken dat de premie stijgt van 25 naar 26% van de pensioengrondslag. Dat is niet hetzelfde als van het loon. Van het loon is de stijging voor werknemers ongeveer 0,2% van het nettoloon. Je betaalt namelijk over de eerste € 14.544 van je jaarsalaris geen pensioenpremie. Dat is ongeveer gelijk aan het bedrag van een AOW uitkering. Over het deel van je salaris dat uitstijgt boven € 63.854 betaal je ook geen premie. Ook betaal je over de pensioenpremie geen belasting en sociale premies. Daardoor is 26% over de pensioengrondslag (gelukkig) niet hetzelfde is als 26% van je loon.
Waarom verhoging van de premie?
Een verhoging van de premie is noodzakelijk doordat BPF Bouw moet rekenen met andere economische verwachtingen. Met name de zeer lage rente speelt hierbij een belangrijke rol. Dat is geen keuze van BPF Bouw, maar wordt wettelijk voorgeschreven.
Verder heeft BPF Bouw een ‘lage premiedekkingsgraad’. Dat betekent dat je (ongeveer) per ingelegde € 0,65 aan pensioenrechten € 1,00 bijgeboekt krijgt. Dat lijkt uiteraard een goed ding en voor de actieve deelnemers aan het fonds is dat het ook. Maar het pensioenfondsbestuur moet kijken naar alle groepen in het fonds. En gepensioneerden hebben hier een (klein) nadeel aan. Het fonds kan er iets minder (snel) door indexeren.
Door de afspraken in het pensioenakkoord gaan we in 2026 over naar een nieuw pensioenstelsel. Op dat moment is er een veel directere relatie tussen de pensioenpremie en de pensioenrechten bijboeking. De premiedekkingsgraad zal dan niet meer zo bestaan als nu. Je krijgt dan voor een euro inleg ook een euro bijboeking terug. Er veranderen nog een paar andere zaken, waardoor je straks niet opeens keldert in je pensioenopbouw, maar daarvoor is het wel van belang dat de premie de komende jaren stijgt. De stap die we in 2022 maken is een goede eerste stap.
Pensioenopbouw
Welke premie nodig is om de huidige pensioenopbouw in stand te houden is nog niet precies bekend. Dat wordt definitief berekend in het laatste kwartaal van 2021. Met de cijfers van maart 2021 zijn voorlopige berekeningen gemaakt. Op basis van die berekeningen wordt ingeschat dat de premie 3% zou moeten stijgen (van 25% naar 28%) om de pensioenopbouw gelijk te houden. Er is nu afgesproken dat de premie in 2022 niet verder stijgt dan 26%. Dat betekent dat daarom de opbouw verlaagd zal worden. Je bouwt nu per jaar 1,738% van je pensioengrondslag aan ouderdomspensioen op. Dat zal waarschijnlijk iets lager worden. Met de cijfers van maart 2021 is dat ongeveer 1,6 %.
Het verlagen van opbouw heeft voor mensen die dicht op hun pensioen zitten minder grote consequenties dan mensen die er verder vanaf zitten. Je al opgebouwde pensioen wordt hier namelijk niet door beïnvloed. Alleen je toekomstige opbouw. Zodra het kan zullen we ons weer inzetten voor het terugbrengen van het opbouwpercentage. Bijvoorbeeld: UTA-medewerker met een maandloon van € 3.310,-: € 39 minder ouderdomspensioen (per jaar, levenslang)
Wil je meer informatie over je pensioen? Wij hebben onlangs alles over het pensioen van de UTA’er op een rijtje gezet. Download het ‘UTA pensioen e-book’ hier.
Lichter werk voor een uitvoerder op leeftijd? ‘Dit is gewoonweg onzin!’
Vorige maand zijn de onderhandelingen voor de cao Bouw & Infra 2021 gestart. Tijdens de Coronapandemie heeft de bouw heel verdienstelijk doorgewerkt. FNV had dan ook gerekend op een vlotte start van het cao overleg. Tevergeefs blijkt.
Werkgevers negeren al jaren de wensen van de UTA-medewerkers en vegen ook dit keer hun voorstellen van tafel. UTA wordt op bedrijfsniveau al in de watten gelegd. Dat maakt cao afspraken overbodig, aldus werkgevers. Zo is een zwaar werk regeling voor de UTA niet nodig, want binnen bedrijven is het gangbaar om een uitvoerder op leeftijd lichter werk te geven. FNV|UTA heeft deze bewering direct bij honderden uitvoerders gecheckt.
Verontwaardiging is groot
UTA-medewerkers willen een zwaar werkregeling. Vorig jaar is deze regeling voor bouwplaats-werknemers afgesproken. De verontwaardiging onder de UTA was groot, toen bleek dat zij waren uitgesloten van de regeling. UTA’ers hebben evengoed zwaar werk. De mentale belasting is hoog en wordt soms voorafgegaan door jarenlange fysieke belasting.
Het structurele tekort aan UTA-personeel, de krappe planningen, de toenemende verantwoordelijkheid voor veiligheid en kwaliteit, de talrijke onderaannemers en ZZP’ers, de vele administratieve vereisten, de communicatieproblemen met buitenlandse werknemers en de lange werkdagen, maken het werk zwaar. En niet alleen van de uitvoerder.
‘’Het hele werkplezier is weg en vervangen door veel spanningen’’
Een bedrijfsregeling: fictie of realiteit?
Tijdens het cao overleg hebben werkgevers aangegeven dat UTA-medewerkers, vooral uitvoerders, enkele jaren voor het pensioen lichter werk krijgen. Bedrijven voorzien in regelingen, zodat een uitvoerder het makkelijker volhoudt tot aan zijn pensioen.
FNV|UTA is bij uitvoerders nagegaan of zulke regelingen bekend zijn. En wat blijkt, de overgrote meerderheid heeft geen enkele herkenning bij deze bewering van werkgevers. Sterker nog, meestal lijkt het tegendeel waar. Ervaren uitvoerders worden juist ingezet op de zwaardere en moeilijkere projecten. En kleine projecten alleen draaiend houden, geeft net zo goed veel druk en stress. Je moet dan alles zelf doen, daar schiet je niets mee op, aldus verschillende uitvoerders. Een greep uit de reacties:
- ‘’Hoe zou een werkgever dat moeten regelen als er al een structureel tekort is aan uitvoerders.’’
- ‘’Werkgevers houden echt geen rekening met je leeftijd.’’
- ‘’Binnen mijn bedrijf is het wel bespreekbaar, maar het kan niet.’’
- ‘’Bij het bedrijf waar ik nu werk en de bedrijven waar ik heb gewerkt, heb ik hier nog nooit van gehoord.’’
- ‘’Bij kleine aannemers hebben ze helemaal niet de luxe om te kunnen kiezen naar welk project hun UTA personeel ingezet wordt.’’
- ‘’Wel kan ik zeggen dat mijn oudere collega’s niet lichtere projecten krijgen of een lichtere functie.’’
- ‘’Ik heb dit nog niet meegemaakt (ik ben 63 jaar).’’
Herkenning komt sporadisch voor. Ook dan betreft het geen bedrijfsregeling, maar is op persoonlijk initiatief van de werknemer een regeling getroffen.
UTA laat zich niet uitsluiten
Via FNV|UTA ‘Het is ook mijn cao!’ hebben UTA-medewerkers massaal laten weten dat ze de houding van werkgevers onacceptabel vinden en de beweringen over goede bedrijfsafspraken onjuist. De reacties op de bewering dat uitvoerders op leeftijd lichter werk kunnen krijgen, wordt door een uitvoerder treffend samengevat; ‘Dat is gewoonweg onzin!’
Opvallend is dat meerdere werknemers zich afvragen of de werkgeversorganisaties wel beseffen dat veel van hun leden de keus niet hebben om oudere uitvoerders een minder zwaar project te geven.
‘’Wat ik al helemaal niet snap, is dat als ik aan mijn werkgever vraag hoe hij tegenover de zwaar werkregeling voor de uitvoerders staat hij zegt daar niet onwelwillend tegenover te staan. Dan vraag ik mij toch af wat voor mensen hem vertegenwoordigen bij de onderhandelingen.’’
UTA zwaar werkregeling | “De druk naar een oplevering toe is geestelijk zwaar“
De zwaar werkregeling in de cao Bouw & Infra geldt alleen voor bouwplaatsmedewerkers. Waarom eigenlijk? UTA'ers hebben ook te maken met zwaar werk, zo blijkt ook uit onderzoek van FNV | UTA. Tijdens de onderhandelingen voor een nieuwe cao Bouw & Infra komt dit onderwerp aan bod. In een reeks portretten leggen UTA-werknemers uit waarom ook zij recht hebben op de zwaar werkregeling.

Naam: Cor van de Reep
Leeftijd: 63
Functie: Uitvoerder
Ervaringsjaren in bouwsector: 48
Vroeger
“Het was vroeger lang niet altijd beter. Als ik met de huidige bouwsystemen zie hoe snel en efficiënt zo’n ruwbouw gaat, dan is dat een hele verbetering. Het verschil zit wel in de betrokkenheid met het werk. Door alle apart ingekochte disciplines is men alleen betrokken bij hun eigen ding. Zelfs in bedrijven met alleen maar ZZP’ers is er ook weinig interesse in het eigen werk en is het niveau vaak belabberd.
Er is nu grote behoefte aan controle, vooral over hoe het werk wordt uitgevoerd. Men wordt niet meer zoals vroeger binnen een bedrijf opgeleid naar een bepaald niveau; het niveau van wat het bedrijf wil uitstralen. Dit is wat het werk zwaarder maakt. Je weet niet wat collega’s doen. Dat was met eigen personeel wel anders. Dit gaf je meer rust omdat je wist op wat voor niveau er buiten gewerkt werd. Nu komen werknemers binnen, ze doen hun werk, en gaan dan snel naar de volgende klus. Als je dan gaat kijken blijkt het resultaat niet oké te zijn, maar de vogels zijn al gevlogen. Je moet echt alles direct controleren, waardoor je aan je eigen werk eigenlijk niet meer toekomt. Dan ben je ’s avonds bekaf en reageer je wel eens knorrig en geïrriteerd."
UTA werkweek
“Je bent als eerste op je werk om de keet en containers los te maken en je gaat als laatste weer weg na het afsluiten van de hekken. Natuurlijk werk je systematisch en gepland, maar vaak komt er van de planning die je voor je eigen werk in gedachten had weinig terecht. Er komen steeds meer storende factoren. De bouwbedrijven zelf hebben weinig tot geen eigen personeel rondlopen. De mensen om je heen zijn veelal onderaannemers die weer ZZP’ers inhuren om het werk uit te voeren. Er is weinig samenhang, de kwaliteit van de vakmensen is vaak belabberd. Er zijn veel vragen. Dat blijft in stand omdat veel van die ZZP’ers komen en gaan. Dat leidt tot meer vragen en meer uitleg moeten geven.”
Dit is zwaar werk
“Ik ben er voor mijn eigen wel uit. Ik heb mijn pensioen al aangevraagd en ik ga deze zomer met pensioen. Ik ben dan 64 jaar en 3 maanden. Ik trek het gewoon niet meer. Ik ga me aan steeds meer dingen irriteren. Ik heb zelf altijd gezegd ‘je moet met plezier naar je werk gaan en anders moet je wat anders zoeken’.
Ik heb altijd met plezier in de bouw gewerkt. Ik heb alles gedaan; kleinbouw, grootbouw, betonbouw, in de werkplaats machinale trappen maken en later, toen mijn rug het niet meer trok, de laatste 25 jaar als uitvoerder. Ik weet wat ik nu krijg, ik heb daar zelf een keuze in gemaakt, dan moet je niet zeuren.
Mijn rug is ook op. Ik heb mijn eigen nooit ontzien. Ik maak langere dagen als uitvoerder dan de jongens op de werkvloer en ook ik sta in weer en wind. Ik draag een hele verantwoordelijkheid op de bouwplaats met alle werkdruk erbij.”
Zwaar werkregeling. Ook voor UTA
“Als je zwaar werk alleen als fysiek ziet, hebben UTA’ers geen recht op de zwaar werkregeling. Maar zo staat het niet omschreven. De druk en psychische belasting waaronder je werkt als uitvoerder zijn enorm hoog. Planningen worden zwarte pistes. De druk naar een oplevering toe is geestelijk zwaar.
Voor mij heeft de zwaar werkregeling geen voordelen meer, maar ik gun het mijn collega-uitvoerders wel om minimaal gelijkwaardig te worden behandeld als de jongen op de werkvloer waar je altijd mee hebt gewerkt en in de keet koffie mee hebt gedronken. Waarom moeten wij alleen om het woordje ‘UTA’ anders worden behandeld?”
UTA zwaar werkregeling | “Zwaar werk ten koste van werkplezier, creativiteit, werk-privébalans en effectiviteit”
De zwaar werkregeling in de cao Bouw & Infra geldt alleen voor bouwplaatsmedewerkers. Waarom eigenlijk? UTA'ers hebben ook te maken met zwaar werk, zo blijkt ook uit onderzoek van FNV | UTA. Tijdens de onderhandelingen voor een nieuwe cao Bouw & Infra komt dit onderwerp aan bod. In een reeks portretten leggen UTA-werknemers uit waarom ook zij recht hebben op de zwaar werkregeling.
Naam: Anoniem
Leeftijd: 59
Functie: Adviseur bij een infra
Ervaringsjaren: 44
“Op 15-jarige leeftijd ging ik van school af. Ik heb toen de verkeerde keuze gemaakt door voor Mavo te kiezen in plaats van techniek. Ik ben toen vier jaar naar een bedrijf gegaan die bezig was met voorspantechnieken en voegovergangen. Daarna heb ik een poosje als onderhoudsmonteur van materieel bij een bouwbedrijf gewerkt. Begin jaren ’80 ben ik bij de Nederlandse Spoorwegen begonnen als Aspirant Vakmanwegonderhoud en daar doorgegroeid tot beheerder van een gebied. Door de privatisering van wegonderhoud ben ik bij één van de grote aannemers gekomen, als uitvoerder. Daarna ben ik bij dit bedrijf verder doorgegroeid Ik heb veel studies gevolgd om te komen tot wat ik nu doe, leren doen we nog constant.”
Vroeger
“Ik denk dat voor veel van mijn (oudere) collega’s geldt dat wij allemaal in de praktijk zijn begonnen. Ik zeg wel eens ‘met de bagger aan de poten’. Ook zijn we vaak op jongere leeftijd hier al mee begonnen. Niet zoals nu, waar veel van onze jongere collega’s langer doorstuderen en dus op latere leeftijd beginnen met werken. Deze collega’s missen dan ook vaak de praktijkervaring die wij hebben. Er is tenslotte echt een verschil tussen theorie en praktijk.
Vroeger was er toch meer scheiding tussen werk en privé. Ik denk dat de werkdruk toen minder aanvoelde als ‘druk’, dan nu. Er is alleen maar meer bijgekomen. Ook is er constant de druk om je te moeten verantwoorden. Ik vergelijk dit wel eens met ziekenhuis, er zijn te veel managers die zich bemoeien met jouw werk zonder kennis van zaken. Dit kost tijd, maar ook energie.”
UTA werkweek
“Voor Covid was ik rond 07:00 op kantoor of op projectbezoek. Dan was ik normaliter zo tussen 17:00 en 18:00 thuis. Nu ik thuis werk start ik pas rond half acht en ik stop meestal rond 18:00. Dan verwerk ik nog de bevindingen van de dag in rapportages of doe ik de voorbereiding voor de komende dagen. Het komt regelmatig voor dat ik in de avond nog documenten moet doorlezen voor de komende dagen, ook voor Covid. Ook het bezoeken van projecten in het weekend of in de nacht komen er nog bij. Dit betekendt dat ik soms lange weken maak, van zes of zeven dagen.”
Dit is zwaar werk
“Het is moeilijk te zeggen wat nu precies zwaar werk is. Voor mij zijn de lengte van de dagen en het continu bezig zijn met werk belastend. Het voelt als constant onder druk staan. Dit ga je wanneer je ouder wordt wel merken. E-mail en telefoontjes komen ook in de avond nog vaak. Voor mij en voor een heleboel collega’s is dit een part of the job.
“De invloed die ik van het werk ervaar is dat ik door constante druk niet meer tot rust kan komen. Hierdoor bestaat ook de kans dat de kwaliteit van het werk minder wordt. Vroeger, daar heb je dat woord weer, had je meer tijd om na te denken en te sparren met je collega’s. Je bent eigenlijk constant bezig met je werk. Je staat onder druk omdat je onvoldoende tijd hebt om iets te doen. Dat betekend dat wanneer je juist vrij zou moeten hebben, je bezig blijft met nadenken bijvoorbeeld over of je niet iets vergeten bent.
Mijn collega’s en ik lopen tegen meerdere dingen aan. Er zijn veel regeltjes en je moet veel verantwoording afleggen. Ik persoonlijk kan hier wel tegen, maar ik merk dat een aantal collega’s hier niet tegen kunnen. Je staat eigenlijk continu onder druk. Het aantal vergadermomenten is dan ook veel, maar het ‘doe-werk’ is gewoon hetzelfde gebleven.
Ik denk dat ik dit werk kan doen tot mijn pensionering. Ik vindt mijn werk leuk om te doen in de rol die ik nu kan uitvoeren, maar ik kom dan ook voor mijzelf op. Ik bescherm mijzelf. Dit komt ook door het leermoment dat ik heb gehad na mijn burn-out. Mijn leidinggevende komt gelukkig ook uit de praktijk en hij en ik proberen mijn jongere collega’s hierin te begeleiden en te coachen. Maar dit is bij andere collega’s zoals werkvoorbereiders, uitvoerders en projectleiders heel anders. Die krijgen geen begeleiding. Mijn ervaring probeer ik dan wel over te dragen aan deze groep medewerkers.”
Zwaar werkregeling. Ook voor UTA
“In de huidige zwaar werkregeling wordt zwaar werk echt beschreven als fysiek zwaar. Maar ik denk dat het continu onder druk moeten werken ook (geestelijk) zwaar is. Als de zwaar werkregeling ook voor UTA’ers van toepassing is, krijg ik de mogelijkheid om eerder tot rust te komen. Ik kan dan tijd besteden aan andere dingen in het leven, behalve werk.
De zwaar werkregeling alleen bij fysiek zwaar werk is niet afdoende. UTA-medewerkers hebben regelmatig te maken met hoge werkdruk. Een (te) hoge werkdruk is het probleem dat ontstaat als je (te) weinig tijd hebt om het gevraagde werk af te krijgen. Veel collega’s hebben het idee dat ze continu op de tenen moeten lopen om het gevraagde niveau te kunnen halen. Dat veroorzaakt spanning. Als de spanning te hoog oploopt gaat dit ten koste van je werkplezier, je creativiteit, je werk-privébalans en je effectiviteit. Dit is te merken in de gesprekken met collega’s die ouder zijn.
Ik denk dat een bouwplaatsmedewerker makkelijker te vervangen is dan een ervaren UTA-medewerker. Je ziet tenslotte nu een heleboel anderstaligen al het werk uitvoeren van bouwplaatsmedewerkers. Dat betekent ook vaak meer druk voor de UTA-medewerker, denk bijvoorbeeld aan de communicatie met deze groep. Ik hoor uitvoerders regelmatig zeggen: ‘ik kan het beter zelf doen’.
Ik denk ook dat bedrijven meer in moeten zetten op het coachen van jongere collega’s, door medewerkers met meer (praktijk)ervaring. Ik denk dat veel collega’s dit leuk vinden en dat geeft dan ook veel werkplezier in onze laatste jaren. Dit in plaats van oudere collega’s inzetten op projecten die onder druk staan.”
Lees hier alles over de cao-onderhandelingen Bouw & Infra 2021
Wil je ook meepraten over de zwaar werkregeling? Stuur ons een e-mail via deze link.










