Caroline van Ooijen

Toenemende werkdruk rond bouwvak

Werkdruk neemt toe rond de bouwvak

De officiële bouwvak is in 1981 afgeschaft. Toch merken we dat veel bedrijven de deuren sluiten tijdens de zomer. De bouwvak zou een moment van rust en vakantie moeten zijn, waarin het werk stil ligt. In de praktijk blijkt dit anders. Werkdruk neemt juist toe rond de bouwvak. 

Door de hoge werkdruk en de naderende bouwvak moeten veel projecten vóór die tijd worden afgerond. Hierdoor worden veel opleveringen net voor de bouwvak gepland, wat leidt tot een toenemende werkdruk. In plaats van een periode van rust en ontspanning, wordt de bouwvak voor velen een moment van herstellen van wekenlang hard werken. 

Gevolgen 

Omdat deze situatie zich elk jaar herhaalt, is er geen daadwerkelijk rustmoment. De druk om projecten af te ronden voor de bouwvak leidt bovendien tot meer fouten, wat het werk nog zwaarder maakt. Hierdoor kan je tijdens de vakantie het werk toch niet helemaal loslaten.  

Op de lange termijn kan dit grote gevolgen hebben, zowel fysiek als mentaal. Veel werknemers die wij gesproken hebben de afgelopen periode, ervaren lichamelijke of psychische klachten, zoals kapotte knieën, gevoelloosheid in de handen of een burn-out. Degenen die er zelf geen last van hebben, kennen vaak minstens drie mensen in hun directe omgeving die hier wél mee te maken hebben gehad. 

Voorkomen is beter dan genezen

Het is daarom van groot belang dat er op een gezonde, efficiënte en effectieve manier gewerkt wordt. Wij vinden dan ook dat er verandering moet komen voor de UTA-werknemers. 

Speelt dit probleem bij jou, binnen je team of bij je werkgever? Dan gaan we graag met je in gesprek. Samen kunnen we zorgen voor verandering! 

Neem contact met ons op via uta@fnv.nl.


Wat vrouwen niet zeggen, telt niet mee aan de cao-tafel

Vakbondsbestuurder Chaim Korthof: “Wat vrouwen niet zeggen, telt niet mee aan de cao-tafel"

In de bouwsector werken inmiddels duizenden vrouwen, op de steiger, in de uitvoering, en op kantoor. Toch zijn ze nauwelijks zichtbaar in de plannen die gemaakt worden en tijdens cao-onderhandelingen of op vakbondsbijeenkomsten. Dit komt onder andere doordat van alle vrouwen die in de bouw werken, er weinig vrouwen lid zijn van een vakbond. Wat vrouwen niet zeggen, telt niet mee aan de cao-tafel. Vakbondsbestuurder Bouwen & Wonen Chaim Korthof legt uit waarom het van belang is dat vrouwen zich organiseren. 

Waarom er zo weinig vrouwen lid zijn van de vakbond binnen de bouw laat zich raden, maar het is wat mij betreft niet zonder gevolgen. Ik wil het vooral hebben over het gevolg voor de positie van de vrouw in de bouwsector. Het gevolg van zo weinig leden vanuit vrouwen doet iets met de vereniging en de belangenbehartiging van de vrouwen op de werkvloer. Er ligt minder focus op wat specifieke zaken zijn waar vrouwen tegenaan lopen. 

De bouw gebouwd voor mannen 

Laten we vooropstellen, ik ben een man, ik weet uiteraard niet uit eigen ervaring waar vrouwen op de bouw tegenaan lopen. Maar ik heb een moeder, zussen, vrouw en dochter. Allen maken verschillende vormen van seksisme mee in hun dagelijks leven. Ik kan mij niet voorstellen dat dit anders zou zijn bij vrouwen op de bouw.  

Het gaat om grensoverschrijdende opmerkingen maar denk ook aan praktische zaken als bijvoorbeeld de sanitaire voorzieningen, kleding, beschermingsmiddelen. En het gevoel net even meer te moeten doen om jezelf te moeten bewijzen aan mannelijke collega’s.  

Bouwend Nederland 

Toen ik bezig was met dit artikel ontdekte ik een kort filmpje van Bouwend Nederland, wat ook de aandacht op vrouwen wilde richten. Ik ben ervan overtuigd dat de inzet en intentie van de makers van de video oprecht is en dat men op deze manier vrouwen in de bouw extra aandacht willen geven.  

Maar inhoudelijk is het een tenenkrommende bedoening, vragen als met wie werk je liever op de bouw? Hoe de verdeling zou moeten zijn?  

De vragen die men beantwoorde in de video leverde bij mij zoveel meer vragen op. Want zijn dat echt de vragen die vrouwen op de bouw hebben als het gaat om hun werkplek? Trekt dit echt meer vrouwen naar de bouw? Maar ook hoe ziet de maker van dit filmpje en Bouwend Nederland de rol van de vrouw op de bouw? Ze slaan volgens mij de plank volledig mis met deze video. 

Volgens mij kan de bouwsector dit veel beter doen en daar kunnen vrouwen een krachtige rol in spelen door zichzelf te organiseren. En wat mij betreft is de vakbond de perfecte plek daarvoor.  

Toch zie ik in de cijfers dat vrouwen dat nog niet zo zien, althans dat lijkt zo. Ik vermoed ook dat een hoop mensen en dus ook vrouwen zich niet organiseren in een vakbond, omdat dit nog onbekend terrein voor ze is. Wat mij betreft moet dit zo snel mogelijk veranderen want met een minderheid aan leden onder vrouwen zijn zij onzichtbaar als het gaat om het bespreken van arbeidsvoorwaarden en belangen binnen de cao. Op die manier moet het afhangen van de welwillendheid bij Bouwend Nederland en wat we als vakbond op tafel leggen vanuit de kleine groep vrouwelijke leden die we wel hebben.  

Toekomst 

Het is een realistisch maar mooi beeld om in gedachte te hebben, een grote groep vrouwen georganiseerd binnen de bouw. Een sterke vertegenwoordiging aan de onderhandeltafel en in de vakbondsactiviteiten bij de verschillende pariteiten binnen Bouw&Infra. 

Het kan dus wel 

In de VS is er een landelijk vrouwennetwerk opgebouwd binnen de bouw en verdubbelde hun ledental. Ook in Nederland weten we uit ervaring: als mensen zich herkennen in de vakbond, gaan ze zich ook inzetten. In de schoonmaak. Op Schiphol. In de zorg. 

Tijd voor verandering

De bouw staat voor grote uitdagingen: personeelstekorten, vergrijzing, een veranderende samenleving. Meer vrouwen in de bouw kan deze problemen kleiner maken of misschien zelf oplossen. Dus zal er een verandering moeten plaatsvinden om de bouw een aantrekkelijkere en inclusieve plek te maken voor vrouwen. De vakbond zal samen met de vrouwen die werken binnen de bouw een stap moeten maken om de cultuur en werkwijze van de bouw maar ook de vakbond inclusiever te maken. 

(Niets doen is in ieder geval geen optie. Dus lees je dit als werknemer binnen de bouwsector en wil je onderdeel zijn van deze verandering? Doe dan mee en word lid van de FNV.) 


Maak vaart met Bouwplaats ID

Willen we een duurzame bouwsector? Maak dan vaart met de BouwplaatsID

Migranten (van binnen en van buiten de EU) brengen veel kennis en kwaliteiten mee, dat zegt ook de Adviesraad Migratie. Maar die worden niet of nauwelijks benut en dat is echt een gemiste kans. De reden? We weten vaak niet eens wie er op de bouwplaatsen rondlopen. Om dit op te lossen hoeven we niet ver te zoeken. De oplossing ligt voorhanden: de BouwplaasID, een digitaal registratiesysteem waarmee je inzicht krijgt in wie er op een bouwplaats werkt, wanneer én met welk doel. Dus laten we vaart maken met de implementatie van deze BouwplaatsID in Nederland! 

Er zijn meer redenen om vaart te maken. Onder het mom van een tekort aan geschoold personeel, roepen sommige werkgevers op tot het aantrekken van tijdelijke arbeidsmigranten. Zelfs van buiten de EU; er zou een speciale ‘vakkrachtenregeling’ moeten komen. Daarnaast heeft de Commissie von der Leyen onlangs een breed pakket aan maatregelen aangekondigd. Doel van dit pakket is het verminderen van de regeldruk voor bedrijven en het moet bedrijven makkelijker gemaakt worden om derdelanders binnen te halen. Maar deze plannen gaan volledig voorbij aan de bescherming van werkenden. We kunnen niet oneindig doorgaan met het binnenhalen van steeds kwetsbaarder doelgroepen, zolang we hen niet kunnen beschermen tegen uitbuiting en misbruik. En daarvoor moet je goed in beeld hebben wie zich op de bouwplaats bevinden 

Bescherming van arbeidsmigranten

Of de aanpak van minister Van Hijum wel gaat werken is maar de vraag. In een persbericht kwam de minister onlangs met een plan voor  het aanpakken van sluiproutes met derdelanders. Want ja, daar waar een vraag is, zullen er altijd partijen zijn die in lucratieve oplossingen denken en die misbruik maken van de situatie. Ja, we hebben heldere, juridische kaders nodig bij grensoverschrijdend werken, maar de Adviesraad Migratie zegt feitelijk dat we nu gewoon te weinig gebruik maken van de talenten die (arbeids)migranten met zich meebrengen. En heel veel beter wordt het niet wanneer we hen hoofdzakelijk eenvoudig (en zwaar) werk laten doen en hen op flexibele basis laten werken. En het zijn nu vooral de werkgevers / opdrachtgevers die aan de knoppen zitten. Wat ons betreft kunnen we in eigen land en in de bouwsector nog veel doen om enerzijds (arbeids)migranten te beschermen en anderzijds een oplossing te vinden voor de arbeidstekorten. 

De vragen die wij daarbij als eerste moeten beantwoorden, zijn natuurlijk: welke oplossingen hebben wij voorhanden om misbruik van (arbeids)migranten een halt toe te roepen? Op welke wijze zijn zij nu al actief in onze sector? Hebben wij deze groep in beeld? Dit zijn de onontgonnen paden die we gewoon hier in Nederland, met elkaar kunnen bewandelen en waarbij BouwplaatsID een cruciale rol kan spelen. Het is ons dus een groot raadsel waarom daar nog zo weinig stappen in gezet worden. Kom op! De sector snakt naar slimme, efficiënte oplossingen, die niet alleen vakkrachten de sector inhalen, maar hen ook duurzaam behouden voor de sector zonder dat er sprake is van misbruik en uitbuiting. En dit geldt voor alle werkenden uit binnen- én buitenland. 

 

 


Werkgevers in de bouw moeten echt gaan werken aan een inclusieve bedrijfscultuur.

Meer vrouwen in de bouw begint bij cultuurverandering

Onlangs verscheen in Cobouw een artikel met de kop: “Vrouwen in de bouw moeten echt gaan werken aan hun zichtbaarheid”. De strekking van het verhaal: als we meer vrouwen in de bouw willen, moeten de vrouwen die er al werken zorgen dat ze zichtbaarder worden. Maar dat is te kort door de bocht. Het legt de verantwoordelijkheid voor verandering onterecht bij vrouwen zelf en houdt geen rekening met de bredere context (de masculiene cultuur in de bouw) die ervoor zorgt dat vrouwen onzichtbaar en ondergewaardeerd blijven. Meer vrouwen in de bouw begint bij cultuurverandering. 

Niet de vrouw, maar het systeem is het probleem 

Dat er weinig vrouwen in de bouw werken (en dat ze vaak niet zichtbaar zijn) komt niet doordat ze zich niet genoeg laten zien. Het komt door een cultuur die is gevormd in een mannenwereld. Een wereld waarin voor vrouwen nog steeds weinig plek is. 

Natuurlijk zijn rolmodellen belangrijk. Ze laten zien dat het kán, als vrouw in de bouw. Maar het is niet eerlijk om te zeggen dat er pas iets verandert als vrouwen zichzelf meer profileren. Daarmee schuif je het probleem af op de mensen die er middenin zitten. De echte vraag is: waarom krijgen ze zo weinig ruimte? Waarom is het nog steeds zo lastig om als vrouw je plek te vinden én te houden in de bouw? Rian van Heur van VHTO, een organisatie die zich inzet voor vrouwen in bèta, techniek en IT, vat het krachtig samen: “Behouden is de grootste uitdaging. Daarvoor is een systeemverandering nodig.” 

Geen inclusieve sectorcultuur 

Nog geen tien procent van de mensen die in de bouw werken is vrouw. Op de bouwplaats zelf is dat nóg minder: één op de vierhonderd. Dat betekent dat de cultuur in de sector al jarenlang grotendeels door mannen wordt bepaald. En dat voelen vrouwen. Ze passen zich aan, maar voelen zich vaak niet thuis. Geen wonder dat 65 procent van de vrouwen binnen vijf jaar weer vertrekt. Bij mannen is dat 42 procent. 

Bovendien ervaren veel vrouwen in de bouw dat zij zichzelf meer moeten bewijzen dan hun mannelijke collega’s. Dat is geen kwestie van ‘jezelf beter laten zien’, maar van structureel ondergewaardeerd worden. Als je de positie van vrouwen in de bouw echt wilt verbeteren, heb je meer nodig dan zichtbaarheid. Je hebt een andere werkcultuur nodig. Een cultuur waarin vrouwen verwelkomd en gewaardeerd worden.  

Leg de verantwoordelijkheid waar die hoort 

Een inclusieve en vrouwvriendelijke werkcultuur krijg je niet voor elkaar met representatie alleen. En het is zeker niet de verantwoordelijkheid van de vrouwen die al in de bouw werken. Het is tijd dat werkgevers in de bouwsector hun verantwoordelijkheid gaan nemen. Zij moeten zorgen voor een inclusieve werkcultuur waarin vrouwen niet alleen binnenkomen, maar ook willen blijven én kunnen doorgroeien. Women INC. deed onderzoek naar waarom vrouwen de technische sector verlaten en stelde een lijst op met acties die werkgevers direct kunnen nemen. Denk bijvoorbeeld aan:  

  • Praktische voorzieningen op orde brengen: passende kleding, werkschoenen in kleine maten, fatsoenlijke sanitaire voorzieningen. 
  • Beleidsmaatregelen invoeren die rekening houden met werk-zorgverdeling, zwangerschappen, inclusiviteit en gelijke beloning. 

Zolang we van vrouwen verwachten dat zij zich simpelweg zichtbaarder maken en dus ‘invechten’ in de bestaande, door mannen gedomineerde sectorcultuur, werken we niet aan de nodige cultuurverandering. Goed beleid kijkt niet naar hoe vrouwen zich kunnen aanpassen aan de bestaande masculiene sectorcultuur. Goed beleid kijkt naar hoe we die sectorcultuur kunnen aanpassen, zodat ook vrouwen zich welkom en gewaardeerd voelen. Niet vrouwen moeten veranderen, maar de bouwsector. 


Universele signalen kunnen het risico op ongelukken wegens meertaligheid verminderen

Meertaligheid in de bouw: verrijking én uitdaging

De bouwsector is de afgelopen jaren steeds internationaler geworden. Op de bouwplaats hoor je tegenwoordig Nederlands, Engels, Pools, Roemeens, Turks en nog veel meer talen. Deze meertaligheid verrijkt de sector, maar brengt ook de nodige uitdagingen met zich mee.

Uit de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA 2024), uitgevoerd door het CBS, blijkt dat op 49% van de bouwplaatsen sprake is van meertaligheid. Dit leidt regelmatig tot misverstanden, fouten in de uitvoering en in sommige gevallen zelfs tot gevaarlijke situaties.

Ongelukken voorkomen begint bij duidelijke communicatie

Op de bouwplaats vinden dagelijks incidenten plaats die vaak eenvoudig te voorkomen waren geweest. Veel ongelukken ontstaan doordat afspraken onduidelijk zijn of doordat mensen elkaar niet goed begrijpen.

Een veilige werkplek is een recht voor iedereen. Dat vereist inzet van zowel werkgevers als werknemers. Goede communicatie is daarbij essentieel. Het zorgt niet alleen voor veiligheid, maar ook voor efficiënter werken, hogere kwaliteit en een sterkere onderlinge band op de werkvloer.

Wat kun jij als werknemer doen?

Veilig communiceren. Ook zonder woorden.
Op de bouwplaats moet communicatie snel en duidelijk zijn. Vaak wordt gewerkt met vakjargon dat voor ervaren krachten vanzelfsprekend is. Maar wat als je net begint of de taal niet goed spreekt? Dan kunnen snel fouten of gevaarlijke situaties ontstaan.

De oplossing: Bouwspraak
Bouwspraak is een visuele communicatiemethode speciaal ontwikkeld voor de bouw- en infrasector. Met universele handgebaren, pictogrammen en duidelijke borden kun je elkaar snel en veilig begrijpen. Dus ook zonder dezelfde taal te spreken.

Wat kan de werkgever doen? 

De toenemende diversiteit op de bouw vraagt ook iets van werkgevers. Het is hun verantwoordelijkheid om te zorgen voor een veilige en duidelijke werkomgeving. Dat begint bij heldere communicatie. Om miscommunicatie te voorkomen, kan de werkgever het volgende doen:

  • Maak afspraken over de voertaal op de werkvloer

  • Gebruik visuele ondersteuning: foto’s, pictogrammen, borden

  • Bied taalonderwijs aan medewerkers die dat nodig hebben

  • Zet tolken in – zeker bij het inwerken van nieuwe collega’s

  • Zorg dat instructies beschikbaar zijn in meerdere talen wanneer dat nodig is (dit is bovendien wettelijk verplicht)

Samen werken aan veiligheid

Veilig werken begint bij elkaar verstaan. Wil jij met ons in gesprek over meertaligheid op de bouwplaats, of over veilig werken in het algemeen? Stuur een bericht naar uta@fnv.nl. 


Zet je Out-of-Office aan op Equal Pay Day

Wist je dat vrouwen in Nederland gemiddeld nog altijd 12% minder per uur verdienen dan mannen? Dat betekent dat zij over hun hele werkende leven zo’n €300.000 minder verdienen dan hun mannelijke collega’s. 

De loonkloof is hardnekkig en zichtbaar in vrijwel alle sectoren. Dit probleem los je niet op met excuses, maar met concrete stappen van werkgevers voor eerlijke beloning. Daarom vragen we jouw hulp om de loonkloof zichtbaarder te maken.

14 november: Equal Pay Day

Equal Pay Day symboliseert het moment waarop vrouwen door de loonkloof de rest van het jaar ‘gratis’ werken. Doe mee met de ‘Out-of-Office’-actie op 14 november! Zet je automatische antwoord aan met een boodschap over de loonkloof en maak het onderwerp bespreekbaar.

Out-of-Office-voorbeeld

Beste,

Dank voor je e-mail. Vandaag is het Equal Pay Day en staat mijn out-of-office aan, want ik zeg: geen tijd meer voor smoesjes! Dicht de loonkloof m/v.

De loonkloof m/v is nog steeds 12%. Ik wil graag bijdragen aan het dichten van deze kloof. Dit kan ik niet alleen oplossen: dat moeten we samen doen. Niet pas in 2086, zoals het huidige tempo voorspelt, maar vandaag. Laten we beginnen.

Daarom vraag ik aan:

  • Mannelijke collega’s: Willen jullie helpen de loonkloof m/v te dichten? Dat kan door transparant te zijn over jullie beloning richting vrouwelijke collega’s.
  • Werkgevers: Willen jullie de loonkloof m/v onderzoeken, zodat we inzicht krijgen in de gemiddelde beloning van vrouwen en mannen? En wat de oorzaken kunnen zijn als er een verschil is.
  • Vrouwelijke collega’s: Laten we elkaar steunen. Deel je vermoeden van ongelijke beloning; misschien kunnen we het samen oppakken. Zet ook vandaag je out-of-office aan!
  • Iedereen: Word lid van de FNV! Samen met de vakbond maken we het verschil.

Meer lezen over deze actie
Meer weten over de loonkloof m/v
Word lid van de FNV

*Equal Pay Day is een jaarlijkse dag waarop we stilstaan bij de loonkloof tussen vrouwen en mannen. Door de loonkloof verdienen vrouwen per gewerkt uur gemiddeld 12% minder dan mannen. Dat wil zeggen dat een gemiddelde man er korter over zou doen dan een gemiddelde vrouw om hetzelfde bedrag te verdienen. Op de datum van Equal Pay Day zou een gemiddelde man het volledige jaarsalaris van een vrouw al verdiend hebben, terwijl de vrouw nog tot het eind van het jaar moet doorwerken.


Loonkloof

Wat is de loonkloof?

Sinds 1975 is gelijke beloning voor mannen en vrouwen voor gelijke of gelijkwaardige arbeid wettelijk verplicht. Toch is er in Nederland nog steeds sprake van een flinke loonkloof. Het is een grote reden voor frustratie onder vrouwen op de werkvloer.

Er is sprake van ongelijke beloning als er ongelijk wordt beloond voor gelijkwaardig werk. Dit is het geval als vrouwen minder verdienen dan hun mannelijke collega voor vergelijkbaar werk. De termen ‘ongelijke beloning’ en ‘de loonkloof’ worden vaak door elkaar gebruikt, maar zijn niet hetzelfde. De loonkloof gaat namelijk over de ongelijke positie van mannen en vrouwen op de arbeidsmarkt, waardoor vrouwen gemiddeld minder verdienen.

De cijfers

38% -  Vrouwen verdienen per jaar gemiddeld 38% minder dan mannen in Nederland. In dit cijfer zie je terug dat vrouwen vaker deeltijd werken dan mannen. Een salarisverschil van 38% maakt dat vrouwen vaker financieel afhankelijk zijn van hun partner.

13% - Vrouwen verdienen gemiddeld 13% minder per uur dan mannen. Er wordt hierbij gekeken naar bruto uurloon in plaats van jaarsalaris, waardoor het deeltijdwerken gecorrigeerd wordt. Dit percentage wordt het meest gehanteerd.

6% - Als verschillende factoren gecorrigeerd worden, blijft er nog steeds een ‘onverklaarbare loonkloof’ over van 6%. Hiervoor word gekeken naar het bruto uurloon van mannen en vrouwen in vergelijkbare functies. Deze onverklaarbare loonkloof wijst op loondiscriminatie.

Slecht betaalde sectoren

Een veelgenoemde oorzaak van de loonkloof is dat vrouwen nou eenmaal vaak banen kiezen in sectoren die slechter betalen, zoals de zorg of het onderwijs. Echter constateerde socioloog Évelyne Sullerot dat beroepen waarin veel vrouwen werken, over het algemeen lager aanzien hebben. Sterker nog: hoe meer vrouwen in een vooral door mannen gedomineerde beroepsgroep aan de slag gaan, hoe meer de status van dat beroep afneemt en daarmee de salarissen.

Genderstereotypering is een van de voornaamste oorzaken van deze ontwikkeling. Deze genderstereotypen schrijven voor hoe mannen en vrouwen zich zouden moeten gedragen en bepalen wat mannen en vrouwen volgens de samenleving ‘horen’ te doen. Technische beroepen zijn namelijk typisch mannelijk en de zorg en het onderwijs typisch vrouwelijk. Vrouwen worden daardoor minder snel aangenomen voor typische ‘mannenberoepen’, waardoor het typische ‘mannenberoepen’ blijven.

Gebrek aan doorgroeimogelijkheden

Vrouwen krijgen vaak niet genoeg kansen om hogerop te komen, waardoor weinig vrouwen in leidinggevende posities zitten. Ook in de bouw zijn vrouwen helaas nog flink ondervertegenwoordigd in het bestuur. Slechts 5,8 procent van de bestuursfuncties wordt bekleed door een vrouw.

Er kunnen verschillende redenen zijn waarom vrouwen minder doorgroeikansen hebben. Denk hierbij bijvoorbeeld aan dat vrouwen geen contractverlening krijgen na een zwangerschap, niet meer uren mogen werken omdat het werk ‘te zwaar’ zou zijn, of het ontbreken van mogelijkheden voor opleidingen binnen het bedrijf.

Meer over de loonkloof

Wil je meer weten over de loonkloof, de oorzaken en oplossingen, download dan onze PDF waarin de loonkloof wordt uitgelegd: De loonkloof uitgelegd.


Evenement workshop Vrouwen die Bouwen

Vrouwen die Bouwen: "Ik ben tot nieuwe inzichten gekomen"

Op 5 oktober heeft het evenement 'Vrouwen die Bouwen' plaatsgevonden. Op deze dag hebben wij vrouwen die werkzaam zijn in de bouwsector een dag in hun kracht mogen zetten. We vinden het belangrijk dat vrouwen zich zowel op persoonlijk als op professioneel vlak ontwikkelen. Wat we hebben gedaan en wat men vond van de workshops, lees je in het sfeerverslag. 

Onder het genot van hapjes en drankjes werden de bouwvrouwen op donderdagavond verwelkomd in het centraal vakbondshuis van de FNV. Na een leuke kennismaking hebben we met zijn allen genoten van het avondeten.

Op het vrouwen die Bouwen evenement hebben wij twee workshops mogen geven. De eerste workshop was ‘Kleur je kwaliteiten’. Aan de hand van de eigenschappen die je belangrijk, en de kleuren die erbij horen leer je welke kleuren jou in je kracht zetten. ‘Door deze workshop ben ik tot nieuwe inzichten gekomen’, aldus een deelneemster. En andere deelneemster geeft aan dat ze vooral de sfeer tijdens de workshop als prettig ervaarde ‘Ik heb vaak deelgenomen aan workshops, maar de manier van interactie bij deze workshop zal bij zeker bijblijven.

De workshop ‘Werkgeluk’ was de tweede workshop. Tijdens deze workshop leer je spelenderwijs hoe je ervoor kan zorgen dat geluk altijd op nummer staat bij het werken. ‘Deze workshop gaat over een onderwerp waar iedereen zeker wat aan heeft’ vertelt een deelneemster. We kregen van een andere deelneemster van de workshop terug: ‘We hadden te maken met een hele energieke workshopbegeleider, ze houdt echt je aandacht vast en dat zorgt ervoor dat iedereen geïnteresseerd blijft’.

Wij spreken wederom van een geslaagde avond. Wij willen alle deelneemster nogmaals bedanken voor hun aanwezigheid en hopen jullie weer te zien. Voor alle vrouwen die niet aanwezig konden zijn; hopelijk zien we jou de volgende keer!


Dit zijn onze voorstellen voor de nieuwe cao Bouw & Infra

Onze voorstellen voor de cao Bouw & Infra 2024

Eerste onderhandelingen vandaag van start: Dit zijn onze voorstellen

Vandaag zijn de voorstellen voor de nieuwe cao Bouw & Infra overhandigd en toegelicht aan de werkgeversverenigingen Bouwend Nederland en de Aannemersfederatie Nederland. Het is een mooi pakket geworden, samengesteld na intensief overleg met veel leden uit de sector. Lees wat wij willen afspreken.

Voorstellen voor iedereen

Er is voor iedereen wel iets in terug te vinden. Voor leerlingen, jongere werknemers, vakmensen en UTA-medewerkers.

Zo kwamen we tot deze cao-voorstellen

Allereerst hebben we dit jaar natuurlijk veel informatie opgehaald tijdens het UTA-onderzoek. Dit was een onderzoek speciaal voor UTA-medewerkers welke is uitgevoerd door de gezamenlijke cao-partijen. Daarna is er een grote uitvraag geweest van de FNV. Dit alles is uitvoerig besproken met onze cao-adviescommissie (leden werkzaam onder de cao) en zij hebben deze voorstellenbrief vastgesteld.

Volgende week reactie op werkgeversvoorstellen

Onze reactie op de voorstellenbrieven van de werkgevers volgt volgende week, nadat we deze besproken hebben met de cao-adviescommissie.

Wil je hier bericht van ontvangen? Meld je dan aan voor onze nieuwsbrief via het onderstaande formulier!

Blijf op de hoogte van het cao-traject

FNV UTA gebruikt de gegevens die u op dit formulier verstrekt om contact met u op te nemen en om updates en marketing aan te bieden. U kunt zich op elk moment afmelden door te klikken op de link in de voettekst van onze e-mails. ons privacybeleid

Blijf op de hoogte van het cao-traject!

FNV UTA gebruikt de gegevens die u op dit formulier verstrekt om contact met u op te nemen en om updates en marketing aan te bieden. U kunt zich op elk moment afmelden door te klikken op de link in de voettekst van onze e-mails. ons privacybeleid


Onderhandelingsdelegatie

Zij onderhandelen namens jou over de nieuwe cao Bouw & Infra

De onderhandelingen voor de nieuwe cao Bouw & Infra starten op 5 oktober. Wij stellen je voor aan de onderhandelingsdelegatie én delen wat de geplande onderhandeldata zijn.

De eerste onderhandelronde over de nieuwe cao begint nu heel snel, namelijk op 5 oktober. Tijdens deze ronde overhandigen we onze cao-voorstellen en doen de werkgeversdelegatie en het CNV hetzelfde. Vervolgens worden de voorstellen toegelicht en kunnen we hierover vragen stellen. In deze update vertellen wij je wie er namens jou aan de onderhandeltafel zit én wat de geplande onderhandeldata zijn

Onderhandelingsdelegatie

Hans Crombeen is de eerste onderhandelaar:

“We hebben een hele serieuze opdracht gekregen van onze leden. Koopkrachtherstel is één van de belangrijke onderwerpen. Maar ook eindelijk goede afspraken voor de UTA medewerkers.”

Peter Roos is tweede onderhandelaar:

“Ik ben Peter Roos, als 2e onderhandelaar ondersteun ik Hans Crombeen bij de onderhandelingen. Dat betekent goed luisteren, meedenken in de onderhandelingsstrategie en argumenten aanleveren. Ik doe dit nu een aantal jaren en ben zelf 1ste onderhandelaar bij de cao Afbouw en de cao Schilders.”

Sofie Bolder, UTA-consulent:

"Graag stel ik mij voor. Mijn naam is Sofie Bolder, ik ben UTA-consulent in de sector Bouwen en Wonen. Namens alle UTA-medewerkers zit ik in de onderhandelingsdelegatie van dit cao-traject. Het belooft een interessant traject te worden, zeker nu we de bevindingen uit het UTA-onderzoek mee kunnen nemen!"

Harry de Loijer, FNV-lid en vertegenwoordigt de belangen van zijn collega’s aan de cao-onderhandeltafel:

“Ik ben 59 jaar, getrouwd, en vader van twee jongens. Ik heb een timmer-achtergrond en ben nu werkzaam in de buitendienst waar ik onder andere als leermeester actief ben. Ik ben vanuit de FNV cao-commissie waar ik als kaderlid actief ben, doorgeschoven in de cao-onderhandelingsdelegatie. Mijn drijfveer is mee te denken zodat de cao bouw & infra niet alleen wat werk betreft interessant is, maar ook een cao waar financiële waardering en arbeidsvoorwaarden de branches in zijn geheel interessant maken om daarin werkzaam te zijn.”

Dit zijn de onderhandeldata

Op 5 oktober is de eerste onderhandeldag en na de start zijn nog 7 onderhandelrondes ingepland:

  • 16 oktober
  • 24 oktober
  • 30 oktober
  • 15 november
  • 16 november
  • 23 november
  • 24 november

En dan hopen we in januari natuurlijk een nieuwe cao te hebben!

We houden je op de hoogte!

Kijk daarom op de cao-nieuwspagina. Hier kan je je ook aanmelden voor de nieuwsbrief.


Privacy Preference Center

Deze website maakt gebruik van cookies om u de beste ervaring te geven. Geef goedkeuring door op de 'Accepteer' knop te klikken.