het sneeuwt

Het sneeuwt! Moet ik reizen naar mijn werk?

Het is weer winter en daar hoort soms een pak sneeuw bij. Dit kan zorgen voor onveilige situaties op de weg. Maar wat moet je doen als je door slecht weer (zoals wanneer het sneeuwt, door ijzel of hagel) moeilijk met de auto of het openbaar vervoer naar je werk kunt reizen? Dit is afhankelijk van de omstandigheden en het soort werk dat je doet. Ga in ieder geval in gesprek met je werkgever. 

Je kijkt op social media en ziet dat een van je vrienden een foto heeft gepost van verse sneeuw. Vervolgens kijk je naar buiten en zie je inderdaad een dikke laag sneeuw liggen. Je moet straks naar je werk en vraagt jezelf af of je naar je werk moet reizen.

Het korte antwoord is ‘ja’. Als werknemer moet je altijd proberen om naar je werk te gaan. Dit is jouw eigen verantwoordelijkheid. Als het echt niet lukt vanwege overmacht, zoals een weeralarm, dan kan je met je leidinggevende bespreken of er een mogelijkheid is om thuis te werken. Als je geen belangrijke afspraken hebt die dag of als je je afspraken kunt verzetten, is het gebruikelijk dat je werkgever je thuis laat werken. Sinds de coronacrisis is dit natuurlijk al een stuk makkelijker.

Ik kan niet thuiswerken

Thuiswerken is helaas niet voor iedereen een oplossing. Er zijn beroepen die niet vanuit huis uitgevoerd kunnen worden. Dit kan gaan om docenten, zorgpersoneel of pakketbezorgers. Deze mensen zullen waarschijnlijk wel gewoon naar hun werk moeten reizen. Uit rechtspraak volgt dat normale bedrijfsrisico’s voor rekening van de werkgever komen. Ga vooral dus in gesprek met je werkgever over de mogelijkheden.

Vakantiedagen

Indien je thuis kan werken, ben je aan het werk en mag dit jou geen verlofdag kosten. Ook als jouw werkgever zegt dat je thuis mag blijven, dan kost dit je in principe geen vakantiedag. Als je zelf besluit niet naar het werk te reizen, dan kost dit je meestal wel een vakantiedag. Het is namelijk je eigen verantwoordelijkheid om op het werk te komen. In je cao, personeelsreglement of arbeidsovereenkomst kunnen hier afspraken over zijn gemaakt.

Code Rood

Je werkgever moet in ieder geval maatregelen nemen als het KNMI of de Rijksoverheid afraden om de weg op te gaan of de trein te pakken. Het bedrijf kan eerder sluiten of jij en je collega’s kunnen verzocht worden om thuis te blijven. Dan hoef je in principe geen verlofdagen op te nemen. Ook kan je afspraken maken met je werkgever over het inhalen van het werk op een ander moment.

Onwerkbaar weer

In de bouw komt het regelmatig voor dat het werk bij slechte weersomstandigheden stil komt te liggen. In de cao Onwerkbaar weer Bouw & Infra zijn hierover afspraken gemaakt. Hier staat bijvoorbeeld in dat werknemers bij een gevoelstemperatuur van  -6°C of lager het werk mogen neerleggen. Werknemers hebben dan gewoon recht op loondoorbetaling. Ook kunnen werknemers recht hebben op een WW-uitkering bij onwerkbaar weer. Hiervoor gelden strenge vereisten.


Historische stap betaald ouderschapsverlof

De Eerste Kamer heeft vorige week ingestemd met de Wet Betaald Ouderschapsverlof, die beide ouders het recht geeft op 9 weken verlof. Ook is er ingestemd met een motie om het betalingsniveau te verhogen van 50 naar 70 procent.  

Kitty Jong, vicevoorzitter FNV: ‘We zijn blij dat na een strijd van tientallen jaren de stap naar betaling van het ouderschapsverlof is gezet. Het is goed dat de Eerste Kamer het betalingsniveau heeft aangepast. Evengoed blijven we zorgen houden dat niet alle inkomensgroepen het verlof op zullen nemen. Bij het geboorteverlof voor partners zien we nu al dat met name de lage inkomensgroepen het verlof niet opnemen.’

Nederland liep achter

Vanaf de jaren ’80 pleit de FNV al voor invoering van betaald ouderschapsverlof, omdat dit bijdraagt aan gelijkere verdeling van werk en zorgtaken en daarmee aan een betere positie van vrouwen op de arbeidsmarkt. Nederland liep de laatste decennia achter op het gebied van verlof voor ouders na de geboorte van een kind. Het is dan ook een grote en historische stap dat ouders vanaf augustus 2022 recht krijgen op 9 weken betaald ouderschapsverlof.

Minimaal 80 procent

Ondanks de verhoging van de Eerste Kamer van 50 naar 70 procent doorbetaling blijft de FNV zorgen houden over het betalingsniveau van het ouderschapsverlof. Ouders krijgen dus maximaal 70 procent van hun loon doorbetaald tijdens het verlof. Veel ouders kunnen zo’n gedeelte van hun loon niet missen. De ILO berekende eerder dat het betalingsniveau van verlof minimaal 80 procent moet zijn, willen vooral vaders bereid zijn dit verlof op te nemen. Kitty Jong: ‘Daarmee dreigt het betaald verlof alleen voor mensen met hogere inkomens toegankelijk te zijn. Daarmee komt emancipatie en een gelijkere werk-zorgverdeling voor minder goed betaalde ouders echt te langzaam op gang.’


partnerverlof

Recht op zes weken partnerverlof vanaf 1 juli 2020

Waar je als partner sinds 1 januari 2019 recht had op één week geboorteverlof, wordt dit vanaf 1 juli 2020 uitgebreid met vijf weken. In dit artikel lees je wat er precies verandert en hoe je (aanvullend) partnerverlof aanvraagt.

Sinds 1 januari 2019 hebben partners één keer het aantal werkuren per week aan partnerverlof, ook wel geboorteverlof of kraamverlof genoemd. Het maakt niet uit of er parttime of fulltime wordt gewerkt. De werknemer kan het verlof naar eigen inzicht opnemen, maar dit moet wel binnen vier weken na de geboorte van het kind.

Vanaf 1 juli 2020 kunnen partners maximaal vijf weken aanvullend geboorteverlof opnemen. Dit is dus vijf keer het aantal werkuren per week éxtra.

Wat verandert er per 1 juli?

In totaal heeft de partner nu recht op zes weken geboorteverlof, waarvan één week het oorspronkelijke geboorteverlof en vijf weken aanvullend geboorteverlof. Je kunt het geboorteverlof aanvragen als je kindje op of na 1 juli 2020 geboren wordt. De eerste week geboorteverlof is volledig doorbetaald. Het aanvullend geboorteverlof niet. Tijdens dit verlof krijgt de partner geen salaris, maar een uitkering van het UWV. Deze uitkering is maximaal 70 procent van het dagloon. Het aanvullend geboorteverlof moet binnen zes maanden na de geboorte van het kind worden opgenomen. Het geboorteverlof van één week moet dan al zijn genoten.

Hoe vraag ik partnerverlof aan?

Je vraagt het partnerverlof aan minimaal vier weken voor je het verlof wilt laten ingaan. Dit moet je melden aan je werkgever door middel van een brief of een e-mail. In de aanvraag zet je wanneer je het verlof wilt opnemen. Dit kan je laten afhangen van de datum van de bevalling van je partner, het bevallingsverlof of van het geboorteverlof van één week dat je hebt opgenomen. Ook geef je aan hoeveel hele weken verlof je aan wilt vragen en/of over hoeveel weken je het verlof wilt verspreiden. Voor je het aanvullend partnerverlof opneemt, moet je het oorspronkelijke geboorteverlof voor partners opnemen.

Het kan gebeuren dat je het partnerverlof niet op tijd kunt aanvragen, bijvoorbeeld omdat je kind te vroeg geboren wordt. Meld dit in dit geval zo snel mogelijk bij je werkgever.

Het aanvullend geboorteverlof moet je opnemen binnen zes maanden na de geboorte van je kind. Je werkgever kan het verlof tot twee weken van tevoren nog veranderen, door bijvoorbeeld andere dagen of weken voor te stellen. Maar dit kan alleen bij een zwaarwegend bedrijfs- of dienstbelang, én in overleg met jou als werknemer.

De werkgever vraagt namens jou de uitkering voor het aanvullend geboorteverlof aan bij het UWV. Hiervoor heeft de werkgever de geboortedatum van je kind nodig.

Wanneer je vrij moet nemen omdat je partner bevalt, dan heb je volgens de cao Bouw en Infra recht op één dag betaald verlof.

ZZP’ers

Als ZZP’er heb je geen recht op geboorteverlof. Volgens de Rijksoverheid is geboorteverlof een recht dat enkel voor werknemers in loondienst is, omdat je als zelfstandige zelf je werktijden en verlof kunt bepalen.


Zwangere vrouw op kantoor met collega's. Collega raakt haar buik aan.

In verwachting? Gefeliciteerd!

Soms voelt zwanger zijn al als een fulltime baan. En dat kan best lastig zijn wanneer je al een baan hebt! Gelukkig hebben vrouwen die in verwachting zijn rechten op de werkvloer, zoals vaker pauze, een extra rustplek waar je kan liggen en niet overwerken. Veel vrouwen weten alleen niet wat er geldt.

Uit een peiling van 24Baby blijkt dat zo’n 90 procent van de zwangere werkende vrouwen niet weet dat zij aangepaste rechten hebben op de werkvloer.

Wanneer vertel je het nieuws?

Je bepaalt zelf wanneer je je werkgever vertelt dat je in verwachting bent. Er geldt wel een voorwaarde; je moet op zijn laatst drie weken voordat je zwangerschapsverlof begint je werkgever informeren, zodat er tijd is om een vervanger te regelen.

Uit de resultaten van het bovengenoemde onderzoek blijkt dat 83 procent van de vrouwen niet of nauwelijks voorlichting heeft gekregen van hun werkgever. Dit is meestal niet uit kwade wil, maar uit onwetendheid van de werkgever. Je werkgever is verplicht om ervoor te zorgen dat je tijdens je zwangerschap veilig kunt werken en dat je gezondheid en die van je baby geen gevaar lopen. Indien dit niet mogelijk is binnen jouw functie, moet hij voor een alternatief zorgen of hulpmiddelen beschikbaar stellen. Als dit ook niet mogelijk is word je vrijgesteld van werken en heb je recht op een Ziektewetuitkering.

Je kunt met je werkgever afspraken maken over het eventueel aanpassen van je werk- en rusttijden. Als je werkgever weigert mee te werken kun je een afspraak maken met de bedrijfsarts, of in het uiterste geval de situatie voorleggen aan Inspectie SZW.

Vrouwen willen vaak niet ‘zeuren’ om een speciale behandeling op de werkvloer tijdens hun zwangerschap. Toch zijn de rechten die een aanstaande moeder krijgt hard nodig. Als je jezelf teveel belast kan dit namelijk gevaarlijk zijn voor jezelf en voor je kindje.

Je belangrijkste rechten op een rijtje

  1. Recht op extra (onbetaalde) pauze: tot maximaal 1/8e deel van je werktijd. Werk je acht uur, dan heb je recht op 1 uur extra pauze,
  2. Recht op een rustplek met een bed of een bank,
  3. Geen onregelmatige diensten of nachtdiensten tot zes maanden na de bevalling,
  4. Niet overwerken: als je zelf geen bezwaar hebt op overwerk, mag je niet meer dan tien uur per dienst draaien,
  5. Naar de dokter gaan onder werktijd: dit wordt doorbetaald,
  6. Tijdens werktijd kolven of je baby voeden, tot negen maanden na de bevalling. Je mag hier maximaal een kwart voor je werktijd mee bezig zijn en de tijd wordt doorbetaald,
  7. Zwangerschaps- en bevallingsverlof: dit vraag je schriftelijk aan bij je leidinggevende of de afdeling P&O. Je werkgever mag dit niet weigeren,
  8. Ouderschapsverlof: je hebt recht op 26 keer het aantal uren dat je per week werkt. Bij een tweeling is dit keer twee. Lees hier alles over de regels rondom ouderschapsverlof,
  9. Als ZZP’er: in de regeling Zelfstandig en Zwanger (ZeZ) is geregeld dat zelfstandigen recht hebben op een zwangerschaps- en bevallingsuitkering. Deze vraag je aan bij het UWV.

Op deze website van de Rijksoverheid vind je alle rechten die je hebt tijdens je zwangerschap.

Je mag niet worden ontslagen

Gedurende je zwangerschap mag je niet worden ontslagen. Ook niet tijdens je zwangerschaps- en bevallingsverlof. Dit geldt tot zes weken na terugkeer van je verlof. Er zijn wel uitzonderingen, bijvoorbeeld als je je ernstig misdraagt of in geval van faillissement. Je mag uiteraard wel zelf ontslag nemen. Houd er in dit geval rekening mee dat je alleen recht hebt op een bevallingsuitkering als je binnen tien weken gaat bevallen.

Bij een sollicitatie mag je niet afgewezen worden omdat je in verwachting bent (of als je een kinderwens hebt). Je hoeft dit dan ook niet te melden tijdens een sollicitatiegesprek. Je mag achteraf niet worden ontslagen omdat je dit niet hebt benoemd tijdens het gesprek.

Let wel, een tijdelijk contract hoeft niet te worden verlengd tijdens je zwangerschap. Ook als je contract afloopt tijdens je verlof, is de werkgever niet verplicht je een nieuw contract aan te bieden. De reden hiervoor mag echter nooit je zwangerschap of bevalling zijn. Je verlof wordt in dit geval wel doorbetaald.

Discriminatie vanwege je zwangerschap

Uit onderzoek van het College van de Rechten van de Mens blijkt dat 43 procent van de ondervraagde vrouwen te maken heeft met discriminatie op haar werk doordat ze in verwachting is. Met zo’n percentage is het begrijpelijk dat je je hierover zorgen kunt maken. Het is verboden om zwangere vrouwen of nieuwe moeders op de werkvloer te benadelen.

Heb jij te maken met discriminatie op je werk vanwege je zwangerschap? Via de app Werk en Zwangerschap van FNV kun je een melding maken en advies inwinnen. Download de app in de Appstore of in de Google Play Store. Je kunt ook een klacht indienen bij het College voor de Rechten van de Mens.


Privacy Preference Center

Deze website maakt gebruik van cookies om u de beste ervaring te geven. Geef goedkeuring door op de 'Accepteer' knop te klikken.