cao tot stand

Hoe komt een cao tot stand?

Hoe komt een cao tot stand?

In een cao worden afspraken geregeld tussen werkgevers en werknemers. Momenteel wordt er onderhandeld over de nieuwe cao Bouw & Infra. Maar wat betekent dit eigenlijk? In dit artikel leggen wij je uit wat een cao precies is en hoe een cao tot stand komt.

Cao staat voor collectieve arbeidsovereenkomst. In jouw persoonlijke arbeidsovereenkomst staan afspraken die je hebt gemaakt met je werkgever. Een cao is collectief, en gaat voor op de afspraken die je in je persoonlijke arbeidsovereenkomst hebt staan. De afspraken in een cao gelden voor alle werknemers in een sector of bedrijf. Er zijn twee soorten cao’s. Een bedrijfstak-cao en een ondernemings-cao. De bedrijfstak-cao geldt voor een gehele sector, zoals die van de Bouw & Infra. Een ondernemings-cao is een collectieve afspraak die geldt binnen een bedrijf.

Een cao is dus eigenlijk een contract waarin vakbonden voor jou en al je collega’s afspraken maken. Dit kunnen afspraken zijn over bijvoorbeeld je loon, werktijden, toeslagen, vakantie, scholing en pensioen.

Een cao geldt niet alleen voor vakbondsleden, maar voor alle werknemers in een bepaalde werkingssfeer. Het belangrijkste verschil is dat vakbondsleden kunnen meebeslissen over hoe de cao eruit komt te zien. Als je geen lid bent, kan dat dus niet.

Wanneer een bedrijfstak-cao wordt afgesloten kunnen de onderhandelingspartijen de minister van Sociale Zaken vragen om de cao voor de gehele bedrijfstak te laten gelden. Zo’n cao wordt dan algemeen verbindend verklaard (AVV), zoals vaak het geval is met de cao Bouw&Infra. Een werkgever kan soms vrijstelling voor de AVV. Op deze website kun je zien of een cao algemeen verbindend is verklaard.

Cao-onderhandelingen

Cao’s komen tot stand door onderhandelingen tussen de vakbonden (werknemersorganisaties) en de betreffende werkgever of werkgeversorganisaties. Als lid van de vakbond kun je meepraten tijdens bijeenkomsten of panels. Meebeslissen gaat via een ledenraadpleging.

Arbeidsvoorwaardenagenda

Het Ledenparlement van de FNV stelt jaarlijks een arbeidsvoorwaardenagenda vast. Dit vormt de basis van alle cao-onderhandelingen. Hierin worden de hoofdpunten bepaald waarmee in elke cao het verschil gemaakt moet worden. Bijvoorbeeld hoeveel de lonen moeten stijgen. Daarnaast is er ruimte om zaken te regelen die in de sector spelen. Zo speelt dit jaar het UTA-onderzoek een grote rol tijdens de cao-onderhandelingen. Lees hier onze voorstellen voor de cao Bouw & Infra 2024.

Wat als partijen er niet uitkomen?

Wanneer er niet op tijd een nieuwe cao wordt afgesloten, verloopt de oude cao. Dit betekent niet dat de arbeidsvoorwaarden uit deze cao komen te vervallen. De afspraken blijven van kracht totdat er een nieuwe cao wordt afgesloten.

Samen staan we sterker

Hoe meer mensen lid zijn van de vakbond, hoe sterker de onderhandelingspositie is. Als lid kan je meepraten en -beslissen over je cao,  de arbeidsvoorwaardenagenda. Ook kan je deelnemen aan acties wanneer cao-partijen er niet uit komen.

Ben je al lid?

Nodig dan jouw collega’s uit om lid te worden van de FNV! Worden ze lid? Dan ontvang jij van ons 10 euro! Mooi meegenomen, toch?

Vul onderstaand formulier in wanneer je op de hoogte gehouden wilt worden van het lopende cao-traject.

Blijf op de hoogte van het cao-traject

FNV UTA gebruikt de gegevens die u op dit formulier verstrekt om contact met u op te nemen en om updates en marketing aan te bieden. U kunt zich op elk moment afmelden door te klikken op de link in de voettekst van onze e-mails. ons privacybeleid

Blijf op de hoogte van het cao-traject!

FNV UTA gebruikt de gegevens die u op dit formulier verstrekt om contact met u op te nemen en om updates en marketing aan te bieden. U kunt zich op elk moment afmelden door te klikken op de link in de voettekst van onze e-mails. ons privacybeleid


diplomabonus bbl

Diplomabonus van € 2.500 voor BBL-studenten in de Bouw & Infra

Ben jij werknemer in de Bouw & Infra en haal je een BBL-diploma tussen 1 september 2021 en 1 september 2023? Dan heb je waarschijnlijk recht op een eenmalige diplomabonus van € 2.500 bruto.

Deze afspraak staat in de nieuwe cao Bouw & Infra 2021/2022.

Wat houdt de regeling in?

  1. Je hebt een diploma voor een opleiding BBL-2, BBL-3 of BBL-4 gehaald in het domein: Bouw en infra, Afbouw, Hout en onderhoud of Techniek en procesindustrie.
  2. Tijdens deze opleiding heb je minimaal 6 maanden een arbeidsovereenkomst én een beroepspraktijkvormingsovereenkomst gehad met de werkgever waar je de opleiding hebt gevolgd.
  3. Je ontvangt de diplomabonus eenmalig van de werkgever waar je de opleiding hebt gevolgd.
  4. Je overhandigt deze werkgever een afschrift van je diploma. De diplomadatum ligt in de periode 1 september 2021 tot 1 september 2023.

Op de website van Volandis vind je meer informatie over de regeling, veelgestelde vragen, de voorwaarden, en het aanvraagproces voor de diplomabonus. Heb je vragen? Stel ze gerust door te mailen naar uta@fnv.nl


Vergoeding voor thuiswerken

Volgend jaar kunnen werkgevers hun thuiswerkende werknemers een onbelaste vergoeding geven van €2,- per thuiswerkdag. Dit voorstel heeft het kabinet opgenomen in het Belastingplan. Als de Tweede en Eerste Kamer dit voorstel goedkeuren, gaat het vanaf 1 januari 2022 in.

Door de coronacrisis zijn veel mensen thuis gaan werken. Uit eigen onderzoek blijkt dat veel werknemers afspraken willen maken om ook ná corona (deels) thuis te blijven werken. De werknemer maakt extra kosten door het thuiswerken. Bijvoorbeeld voor water- en elektriciteitsverbruik, verwarming, en koffie.

Werkgevers hebben volgens onderzoek van de AWVN aangegeven hun werknemers een vergoeding te willen geven voor deze extra kosten.

Cao

In de cao Bouw&Infra staat in het hoofdstuk ‘Thuiswerkvergoeding’ het volgende: “Cao-partijen gaan in 2021 met elkaar in gesprek over een thuiswerkvergoeding zodra er duidelijkheid is over wijziging van de fiscale regels daaromtrent.” Binnenkort zullen cao-partijen hierover met elkaar in gesprek gaan.

Het voorstel

Om de werkgevers de mogelijkheid te bieden hun werknemers te vergoeden voor de thuiswerkkosten door het thuiswerken, heeft het kabinet het volgende voorgesteld:

-       Het kabinet stelt de vergoeding vast op maximaal €2,- per thuisgewerkte dag of een deel daarvan,
-       De werkgever hoeft geen loonheffing te betalen voor deze thuiswerkvergoeding,
-       Ook blijft een onbelaste reiskostenvergoeding voor woon-werkverkeer bestaan. Deze bedraagt onbelast €0,19 per kilometer,
-       De werkgever kan per dag óf de thuiswerkvergoeding, óf de reiskostenvergoeding geven.

Afspraken maken

Het handigste is om vaste afspraken te maken met je werkgever over het aantal dagen per week waarop je thuis werkt. Dan kan de werkgever daar rekening mee houden en een vaste vergoeding toekennen. Deze vaste vergoeding hoeft niet te worden aangepast als je incidenteel op een thuiswerkdag toch op kantoor werkt, of andersom.

Misschien wil je een deel van de dag thuiswerken en het andere deel op kantoor. In zo’n geval moet een keuze gemaakt worden of die werkdag de onbelaste reiskostenvergoeding wordt gegeven, of de onbelaste thuiswerkvergoeding.

Heb je vragen? Stel ze gerust. Stuur een e-mail naar uta@fnv.nl


Wat betekent de verhoging van de pensioenpremie voor jou?

In de cao Bouw & Infra is afgesproken dat de premie stijgt van 25 naar 26% van de pensioengrondslag. Dat is niet hetzelfde als van het loon. Van het loon is de stijging voor werknemers ongeveer 0,2% van het nettoloon. Je betaalt namelijk over de eerste € 14.544 van je jaarsalaris geen pensioenpremie. Dat is ongeveer gelijk aan het bedrag van een AOW uitkering. Over het deel van je salaris dat uitstijgt boven € 63.854 betaal je ook geen premie. Ook betaal je over de pensioenpremie geen belasting en sociale premies. Daardoor is 26% over de pensioengrondslag (gelukkig) niet hetzelfde is als 26% van je loon.

Waarom verhoging van de premie?

Een verhoging van de premie is noodzakelijk doordat BPF Bouw moet rekenen met andere economische verwachtingen. Met name de zeer lage rente speelt hierbij een belangrijke rol. Dat is geen keuze van BPF Bouw, maar wordt wettelijk voorgeschreven.

Verder heeft BPF Bouw een ‘lage premiedekkingsgraad’. Dat betekent dat je (ongeveer) per ingelegde € 0,65 aan pensioenrechten € 1,00 bijgeboekt krijgt. Dat lijkt uiteraard een goed ding en voor de actieve deelnemers aan het fonds is dat het ook. Maar het pensioenfondsbestuur moet kijken naar alle groepen in het fonds. En gepensioneerden hebben hier een (klein) nadeel aan. Het fonds kan er iets minder (snel) door indexeren.

Door de afspraken in het pensioenakkoord gaan we in 2026 over naar een nieuw pensioenstelsel. Op dat moment is er een veel directere relatie tussen de pensioenpremie en de pensioenrechten bijboeking. De premiedekkingsgraad zal dan niet meer zo bestaan als nu. Je krijgt dan voor een euro inleg ook een euro bijboeking terug. Er veranderen nog een paar andere zaken, waardoor je straks niet opeens keldert in je pensioenopbouw, maar daarvoor is het wel van belang dat de premie de komende jaren stijgt. De stap die we in 2022 maken is een goede eerste stap.

Pensioenopbouw

Welke premie nodig is om de huidige pensioenopbouw in stand te houden is nog niet precies bekend. Dat wordt definitief berekend in het laatste kwartaal van 2021.  Met de cijfers van maart 2021 zijn voorlopige berekeningen gemaakt. Op basis van die berekeningen wordt ingeschat dat de premie 3% zou moeten stijgen (van 25% naar 28%) om de pensioenopbouw gelijk te houden. Er is nu afgesproken dat de premie in 2022 niet verder stijgt dan 26%. Dat betekent dat daarom de opbouw verlaagd zal worden. Je bouwt nu per jaar 1,738% van je pensioengrondslag aan ouderdomspensioen op. Dat zal waarschijnlijk iets lager worden. Met de cijfers van maart 2021 is dat ongeveer 1,6 %.

Het verlagen van opbouw heeft voor mensen die dicht op hun pensioen zitten minder grote consequenties dan mensen die er verder vanaf zitten. Je al opgebouwde pensioen wordt hier namelijk niet door beïnvloed. Alleen je toekomstige opbouw. Zodra het kan zullen we ons weer inzetten voor het terugbrengen van het opbouwpercentage. Bijvoorbeeld: UTA-medewerker met een maandloon van € 3.310,-: € 39 minder ouderdomspensioen (per jaar, levenslang)

Wil je meer informatie over je pensioen? Wij hebben onlangs alles over het pensioen van de UTA’er op een rijtje gezet. Download het ‘UTA pensioen e-book’ hier.


Privacy Preference Center

Deze website maakt gebruik van cookies om u de beste ervaring te geven. Geef goedkeuring door op de 'Accepteer' knop te klikken.