Sofie Bolder
Studenten vragen zich af: zelf starten of toch solliciteren?
FNV|UTA ontwikkelt een speciaal programma voor young professionals: jonge mensen die hun studie bouwkunde, architectuur of aanverwante opleidingen aan het afronden zijn of net aan het begin staan van hun professionele carrière. Ook voor hen is FNV|UTA een waardevolle partner op het gebied van werk en inkomen! In dit kader vroegen wij Oscar Bulthuis, ondernemer, auteur en docent Ondernemerschap, om een online workshop te geven aan de studenten Bouwkunde van Avans Hogeschool Tilburg over het thema: zelf starten of toch solliciteren?
Oscar vertelt: ‘Hoezeer dit thema leeft bij studenten blijkt al uit de hoge opkomst: er waren maar liefst 45 studenten aanwezig bij deze digitale workshop. Ook uit de vragen bleek duidelijk dat veel van hen zich bewust afvragen of zij – vroeg of laat – de stap zullen zetten naar het zelfstandig ondernemerschap.’
Praktisch en persoonlijk
‘Deze workshop geeft studenten meer inzicht in wat er allemaal bij komt kijken als je voor jezelf wilt starten. Niet alleen in praktische zin, zoals bijvoorbeeld de rechtsvorm die je kiest, maar ook: past het bij je karakter?’
Oscar legt uit: ‘Je kunt ondernemerschap en werknemerschap vanuit verschillende visies benaderen. Wat zijn de voordelen, wat zijn de nadelen? Daar horen veel praktische zaken bij, zoals vakantiedagen en doorbetaald krijgen als je ziek bent. Als ondernemer betaal je bijvoorbeeld belasting achteraf, over je winst en je omzetbelasting. Daar moet je wel rekening mee houden, anders kom je behoorlijk in de problemen.’
Past het bij je karakter?
‘Maar ook je mindset is belangrijk. Als ondernemer moet je om kunnen gaan met onzekerheid. Je moet over een behoorlijke dosis zelfdiscipline beschikken en outgoing zijn. Profileren en netwerken zijn vaardigheden die veel ondernemers echt nodig hebben.’
Ondernemendheid telt
Maar Oscar onderkent ook overeenkomsten tussen loondienst en ondernemen: ‘Als ondernemer ben je zelf verantwoordelijk voor je ontwikkeling. Je moet bijblijven in je vak en zorgen dat je over de nodige vaardigheden beschikt. Ook dat hoort bij ondernemerschap en eigenaarschap. Maar in deze tijd realiseren young professionals zich maar al te goed dat ‘de baan voor het leven’ niet bestaat. Dus ook al betaalt je werkgever meestal je opleiding, je moet wél ondernemend blijven en zorgen dat jouw ontwikkeling niet stilstaat.’
Vervolg in de toekomst
Oscar besluit: ‘Ik vond het ontzettend leuk en bijzonder om deze workshop te geven aan deze groep studenten. Kennelijk is het onderwerp ontzettend relevant voor hen, want iedereen bleef tot het einde van de workshop aanwezig en er was veel betrokkenheid uit de groep. Ik heb onder de deelnemers nog 5 van mijn boeken verloot: ‘Nooit meer voor een baas je bed uit’. Daar was veel animo voor, ook dat zegt iets over hoe het onderwerp leeft. FNV|UTA ontwikkelt een breder programma voor young professionals uit de bouw, dus dit krijgt zeker een vervolg!’
FNV|UTA biedt leden van FNV verschillende workshops, waaronder speciale edities voor studenten. Wil jij, als student of docent, ook zo’n workshop voor jouw school of universiteit? Stuur dan gerust een e-mail naar uta@fnv.nl.
FNV|UTA werkt samen met het BIMregister
Vakbond FNV ziet de bouw veranderen. Het aandeel UTA-functies in de bouw is fors toegenomen. Speciaal voor deze medewerkers is FNV|UTA opgericht die zich richt op de ondersteuning van deze bouwmedewerkers. UTA consulenten Ernst van den Berg en George Evers leggen uit wat FNV voor jou kan betekenen en waarom FNV|UTA de samenwerking met het BIMregister is aangegaan.
De bouw verandert
FNV Bouwen & Wonen ziet dat van de 110.000 bouwplaats medewerkers voor wie zij een cao afsluit al bijna 45 procent niet meer werkt op de bouwplaats. UTA medewerkers (uitvoerend, technische en administratief) werken voor een groot deel op het kantoor van een bouwonderneming, anderen werken op de bouwplaats.
“Speciaal voor deze medewerkers is FNV|UTA opgericht,” legt consulent Ernst van den Berg uit. “Het is een groeiende groep vaak hoger opgeleid personeel die misschien niet lichamelijk zwaarbelast werk doen, zoals de traditionele bouwplaats medewerker, maar die wel een mentale belasting ervaren en soms onder zware druk staan. Voor hen hebben we met FNV|UTA een aantal diensten in het leven geroepen om hen bij het werk te ondersteunen.”
“Het Economisch Instituut voor de Bouw gaf al enige jaren geleden aan hoe de bouw verandert”, licht George toe. “Denk aan digitalisering van het bouwproces, zoals BIM, waardoor informatie een cruciale rol speelt bij het ontwerp, de uitvoering, het onderhoud en het hergebruik. Alle functies, zowel op kantoor als op de bouwplaats, krijgen hiermee te maken. Dit betekent dat de inhoud van functies verandert, dat functies verdwijnen en er nieuwe ontstaan.
Met onze kennis willen we medewerkers meenemen in het digitaliseringsproces en de mogelijkheden, om zo ook tot het pensioen inzetbaar blijven in de bouw. De vaardigheden die daarbij horen, willen we met de werknemers bespreken en ondersteunen met FNV|UTA diensten. Zo krijg je werknemers die goed zijn opgeleid voor de ontwikkelingen in de bouw.”
“Daarom heeft FNV|UTA zich aangesloten bij het BIMregister waar we kennis kunnen opdoen en delen over de functies en competenties die horen bij het BIM gestuurd bouwen. We volgen diverse sessies in het BIM-huis en bezoeken regelmatig projecten waar BIM een belangrijke rol speelt,” voegt Ernst toe.
FNV|UTA als partner
Ernst: “Vakbonden nemen van oudsher een afwachtende houding aan bij de automatisering en robotisering. FNV|UTA ziet juist kansen en mogelijkheden bij digitalisering in de bouw. Het biedt veel mogelijkheden om het werk interessant te maken en te verbeteren. Dat gaat natuurlijk niet vanzelf. We willen actief meedenken en -praten over de manier waarop digitalisering kan bijdragen aan de kwaliteit van werk. Dat betekent dat we moeten weten wat de ontwikkelingen zijn zodat we vanuit een werknemersperspectief laten zien hoe de veranderingen eruitzien. Wij zijn ervan overtuigd dat BIM fantastische kansen biedt voor nieuwe functies, die het aantal jongeren en vrouwen in de bouw kan vergroten.”
George: “FNV|UTA heeft de ambitie om een meedenkende partner te zijn bij deze veranderingen, waarbij we vooral de sociale aspecten van de nieuwe bouwfuncties laten zien. Vragen die we stellen zijn: Blijft het werk interessant en uitdagend? Hoe leid je personeel op en hoe houd je de werkdruk binnen de perken? Want ook hier ligt een burn-out op de loer. We hebben een voorstel gemaakt om bij bouwbedrijven pilots te starten waarin we kijken naar de manier waarop de organisatie en het werk zijn ingericht. Op deze manier zoeken we naar oplossingen die de bron van werkdruk wegneemt. We delen de opgedane kennis door deze te publiceren op onze website.”
Jongeren in de bouw
Het team van vijf UTA consulenten en vakbondsbestuurder Bernet van Leeuwen tonen op de website Kan ik de activiteiten en het aanbod. “Kan ik verder komen met FNV|UTA”? is de vraag die gesteld wordt en waarop natuurlijk direct het antwoordt wordt gegeven. Ernst: “Ja! We bieden de traditionele ondersteuning in de vorm van bijvoorbeeld juridische bijstand en pensioenen. Daarnaast zijn we er voor het geven van ondersteunende cursussen en specifieke UTA zaken. De cursussen zijn er voor persoonlijke en professionele ontwikkeling.”
Ernst: “We richten ons uitdrukkelijk op de nieuwe instroom van jongeren in de bouw. Zij zijn hoger opgeleid en dus bezoeken we off- en online regelmatig hogescholen en universiteiten. Het aanbod is daarmee anders dan voorheen. En de manier van ontsluiten van onze kennis en het opbouwen van een sociaal netwerk is anders. We zijn te vinden via onze instagram en op persoonlijke LinkedIn profielen. Op ons actieve instagram account building.thefuture bereiken we tal van jongeren die op hun eigen manier kijken naar de bouw.”
Dit artikel verscheen eerder op de website van BIMregister (www.bimregister.nl). Deze versie is bewerkt.
Het laatste UTA cao-nieuws
Alle nieuws rondom de cao-onderhandelingen, speciaal voor UTA-medewerkers, vind je hier op een rijtje!
![]() |
16 oktober 2020
Cao-voorstellen Bouw & Infra 2021
|
![]() |
30 september 2020
|
![]() |
01 november 2020 |
Cao-voorstellen Bouw & Infra 2021
De cao loopt eind dit jaar af en wij bereiden ons voor op nieuwe onderhandelingen. Tijdens de vorige cao-onderhandelingen heeft corona ons allemaal overvallen. Belangrijke voorstellen konden daardoor niet worden behandeld en zijn blijven staan voor de volgende cao ronde. Dat is nu. Hieronder vind je de hoofdpunten uit onze cao-voorstellen.
Op hoofdlijnen betreffen de voorstellen de volgende onderwerpen:
Loon, salaris en vergoedingen
De looneis voor 2021 wordt gesteld op 5%. De vergoedingen worden met een gelijk percentage verhoogd.
Eerder stoppen met werken (zwaar werk regeling)
FNV Bouw & Infra wil dat ook UTA-werknemers gebruik kunnen maken van de regeling eerder stoppen met werken.
Financieel advies voor werknemers
Cao-partijen gaan na welke mogelijkheden er bestaan om werknemers financieel te adviseren als zij eerder willen stoppen met werken. Op basis van de uitkomst wordt een route voor financieel advies opgezet en ingericht.
UTA-werknemers
Vanwege de steeds langere werkdagen stelt FNV Bouw & Infra voor om overuren en reisuren uit te betalen aan UTA-werknemers. Daarnaast stelt FNV Bouw & Infra voor om arbeidstijd, pauze en werkelijke reistijd te begrenzen op 12 uur per dag. Dit geldt al voor bouwplaats-werknemers.
Voor de werktijden van de UTA-werknemers zet FNV Bouw & Infra in op het recht op een vierdaagse werkweek, het recht op thuiswerken (tenzij er zwaarwegende bedrijfsbelangen zijn) en op het recht ‘om niet gestoord te worden’ in de vrije tijd. Met uitzondering van bereikbaarheidsdiensten tegen een bereikbaarheidsvergoeding.
Werkdruk UTA-werknemers
Er komt een vervolg op het traject beperken van werkdruk in bouwbedrijven. Naar aanleiding hiervan zal FNV Bouw & Infra aanvullende voorstellen doen.
Opleiding jongeren
FNV Bouw & Infra stelt voor dat jongeren die vier dagen werken en 1 dag naar school gaan deze schooldag ook betaald krijgen.
Arbeidsomstandigheden en veiligheid
FNV Bouw & Infra zet in op afspraken in de cao over extreem warme weersomstandigheden: geregeld moet zijn wat de grens is voor veilig werken (daarboven mag niet meer gewerkt worden) en welke maatregelen aan de orde zijn. Deze afspraken gelden voor bouwplaats- en UTA-werknemers op de bouwplaats.
Werknemers die werken met gespoten PUR kunnen periodiek een arbeidsgezondheidskundig onderzoek laten uitvoeren. De intrede-keuring wordt voor de PUR isoleerder verplicht.
Het opstellen van een duurzame inzetbaarheidsanalyse (DIA) en medisch onderzoek (PAGO) gebeurt tijdens werktijd. Deze tijd wordt doorbetaald door de werkgever.
Uitzendkrachten
Uitzendkrachten die structureel werk uitvoeren krijgen na 1 jaar een arbeidsovereenkomst aangeboden door de werkgever (verplichting). Daarnaast stelt FNV Bouw & Infra voor dat uitzendkrachten recht krijgen op het DI budget.
Kraanmachinisten
Een X aantal uren werkervaring met hijswerkzaamheden, onder begeleiding van een ervaren kraanmachinist, is verplicht voor het verkrijgen van een definitief TCVT bewijs.
Pensioenopbouw
De pensioenopbouw bij een verkort IVA traject (eerder uit dienst bij werkgever binnen tweede ziektejaar) wordt gerepareerd.
Gelijktrekken werkgeversbijdrage pensioenpremie
Het werkgeversdeel voor de premie voor de pensioenopbouw wordt gelijkgetrokken tussen UTA en bouwplaatspersoneel. Uitgangspunt is de bijdrage voor het bouwplaatspersoneel.
Verkeersregelaars op de bouwplaats
Bedrijven die zich in hoofdzaak bezig houden met het leveren van beroepsmatige verkeersregelaars en diensten rond bouwprojecten worden onder de werkingssfeer van de cao Bouw & Infra gebracht.
ZZP-ers
Voorstel is dat zelfstandigen die dezelfde of vergelijkbare werkzaamheden verrichten als werknemers tenminste een tarief ontvangen gelijk aan € 45 per uur.
Technologische ontwikkelingen (robotisering, digitalisering etc.)
FNV Bouw & Infra stelt voor om technologische en sociale innovaties in de sector te monitoren, waarbij het verbeteren van bedrijfsprocessen aantoonbaar is gekoppeld aan de zeggenschap en aan het verbeteren van het vakmanschap van werknemers. Aanpak, doel en werkwijze van het monitoren worden vastgelegd in een innovatieconvenant.
Medezeggenschap in bouwcombinaties
De medezeggenschapsorganen van de betrokken bedrijven in de bouwcombinatie vormen het vertegenwoordigend overleg in de combinatie.
Cao naleving
Cao toepassing en naleving is voor de gehele bedrijfstak van groot belang. De nalevingsprocedure in de cao moet op diverse punten worden aangepast om tot een effectievere procedure te komen. Resultaat moet zijn dat cao toepassing en naleving in de sector bouw beter is gewaarborgd.
Bouwplaats ID
De oorspronkelijke doelen van Bouwplaats ID zijn nog steeds aan de orde. De doelen van Bouwplaats ID zijn:
- het tegengaan van illegale arbeid, sociale dumping en schijnconstructies;
- inzichtelijk maken welke werknemers, uitzendkrachten en zzp-ers op de bouwplaats werken en voor wie ze werken;
- inzichtelijk maken welke diploma’s en certificaten ze hebben;
- naleving cao;
- administratieve lastenverlichting.
Het is van belang dat het onderzoek naar de mogelijkheid van een wetgevend traject wordt uitgevoerd. CAO partijen spreken hun commitment uit voor dit onderzoek en zullen een actieve bijdrage leveren aan het onderzoek.
Opzegtermijn
Bij maandloners eindigt het arbeidscontract aan het eind van de maand. Bij weekloners geldt, dat tegen het einde van de week wordt opgezegd. De aanpassing hier kan zijn dat er wordt uitgegaan van een kalendermaand. Dit in overeenstemming met de werkwijze van het UWV.
BOUW & INFRA 2021: WAT VIND JIJ BELANGRIJK?
Download hier de flyer.
'Groot onderhoud' aan de cao
Een cao moet regelmatig worden aangepast. Niet alleen om er nieuwe cao-afspraken aan toe te voegen, maar ook om bestaande afspraken aan te passen aan veranderde wetgeving. In de cao gaat het om de rechten en plichten van de werknemer en de werkgever. Om te weten wat die rechten en plichten zijn, moet je ze kunnen vinden. De indeling van een cao moet dus logisch zijn. Maar die logica was door het jarenlang toevoegen en schrappen van cao-bepalingen enigszins verloren gegaan. En als je vindt wat je zoekt, moet je ook nog kunnen begrijpen wat er staat. Het taalgebruik was echter op veel punten verouderd en soms onnodig formeel. Daarom hebben cao-partijen besloten 'groot onderhoud' te plegen aan de structuur en tekst van de cao.
Je kunt hier de aangepaste cao bekijken, die nu ook interactief is. Je kunt dus heel gemakkelijk door de onderwerpen klikken.
FNV|UTA slaat handen ineen met BIMregister
FNV|UTA ziet dat BIM belangrijke veranderingen met zich mee brengt op de bouwplaats en op kantoor. Veranderingen voor de organisatie en voor de manier van werken in de bouw. Samenwerking met het BIMregister is een goede manier om kennis en inzichten te delen met BIM experts.
De invloed van BIM
BIM en data-gestuurd bouwen zijn niet meer weg te denken in het huidige bouwproces. Deze innovaties kunnen het werk efficiënter maken en de faalkosten omlaag brengen. Het werk verandert door BIM, waardoor voortdurend nieuwe kennis en vaardigheden nodig zijn. Bijblijven in je vak en je voortdurend blijven ontwikkelen zijn belangrijk. Hiermee blijft werken in de bouw uitdagend en boeiend en leidt ertoe dat werknemers graag in de sector willen werken.
BIMregister
BIMregister brengt partijen samen die raakvlakken hebben met BIM in de bouw. Onderdeel van het netwerk van BIMregister zijn natuurlijk de bouwbedrijven en adviesbureaus, maar ook diverse onderwijsinstellingen en onafhankelijke specialisten. De samenwerking met BIMregister benadrukt dat FNV|UTA een actieve rol wil spelen vanuit zijn kennis over organisatievernieuwing en arbeidsinhoud.
Wat gaan we doen
In kader van kennisdeling schrijven wij regelmatig artikelen over de impact van BIM en data gedreven bouwen op de organisatie en het werk. Dat doen we samen met BIM experts, bijvoorbeeld in de vorm van interactieve online sessies.
Daarnaast horen we natuurlijk van onze contacten die werken met BIM met welke vragen zij zitten. Dit betekent dat je ons met BIM gerelateerde vragen altijd kunt benaderen via uta@fnv.nl
Digitale controle vraagt om... controle
Het komt steeds vaker voor dat organisaties gegevens van werknemers verzamelen. Die gegevens worden geanalyseerd met Artificial Intelligence (AI) en algoritmen om de geschiktheid van werknemers te voorspellen, hun gezondheid te meten en werkzaamheden te beoordelen. Door het gebruik van digitale monitoringstechnologie kunnen er naar verwachting beter onderbouwde besluiten worden genomen ten aanzien van de inzet van werknemers. Het Rathenau Instituut inventariseerde wat voor impact deze nieuwe manieren van digitale controle, meten, analyseren en feedback op het werk hebben.
Wirwar aan instrumenten
Digitale controle gaat volgens Het Rathenau Instituut gepaard met een grote verscheidenheid aan instrumenten. Om ordening aan te brengen, onderscheidt het instituut een driedeling. Deze bestaat uit het plannen en aannemen, het controleren en aansturen en het ondersteunen en ontwikkelen van werknemers.
Er zijn verschillende ontwikkelingen op het terrein van digitale controle waargenomen, waarbij het instituut haar zorg uitspreekt over de effecten voor werknemers. Enkele ontwikkelingen:
- Instrumenten kunnen nadelig uitwerken voor werknemers. Wie komt er wel of niet in aanmerking voor een baan, promotie of contractverlenging? Hoe gaat een bedrijf om met privacygevoelige gegevens die worden verzameld, zoals de e-mails, locatiegegevens, bewegings- en slaappatronen, gezichtsuitdrukkingen en zelfs erfelijke eigenschappen?
- De validiteit is twijfelachtig. Het is niet gezegd dat er zinvolle en betekenisvolle verbanden te leggen zijn uit de verzamelde gegevens. Er zijn, zo stelt het instituut, nogal wat instrumenten die beweren voorspellingen over werknemers te kunnen doen, maar de theoretische basis daarvan is dun.
- Werken met alleen datagedreven informatie geeft een te beperkte blik op de realiteit, waarschuwt het Rathenau Instituut. De tendens is dat kwantitatieve data bepalend zijn voor het voorspellen van gedrag van werknemers, terwijl verantwoorde inzet van digitale monitoringsinstrumenten vraagt om kritische reflectie, dialoog en heldere communicatie. De inzet van deze instrumenten hebben gevolgen voor taken, processen en relaties op de werkvloer.
Voorbeelden van digitale controle-instrumenten
De mogelijkheden om gegevens van werknemers vast te leggen en op te slaan in een database nemen toe:
- Systemen die aanwezigheid en werkuren controleren (digitale prikklok);
- Gegevens afkomstig van beveiligingscamera’s, toegangspoortjes en sensoren. Met de opkomst van meer smart buildings kunnen werknemers via de smartphone hun werkplek instellen, zoals stoelhoogte, licht, verwarming en/of koeling en de hoeveelheid koffie. Een voorbeeld van een smart builing is The Edge in Amsterdam;
- Locatiegegevens die worden opgeslagen door een telefoon, een wearable of een bedrijfsauto;
- Biometrische gegevens die gebuikt worden op het werk, zoals een irisscan of een vingerafdruk;
- E-mailcontroles, screenshots om websitegebruik te controleren, toetsaanslagen, inactieve tijd en printergebruik.
Werkdruk
Met de verzamelde gegevens krijgen organisaties meer inzicht in de manier waarop de werkzaamheden zo efficiënt mogelijk kunnen worden georganiseerd. Gevolg hiervan is dat het werktempo wordt verhoogd. Er zijn voorbeelden te noemen waar werknemers, uit bijvoorbeeld distributiecentra, tijdens hun werk volledig digitaal worden aangestuurd. De eigen bewegingsvrijheid, zoals het nemen van een korte pauze, is daarmee beperkt.
Het gebruik van digitale apparaten, zoals een laptop en een smartphone, zorgt ervoor dat werknemers voortdurend bereikbaar zijn. Vaak voelen werknemers de druk om toch nog even snel te antwoorden op een mail die na werktijd binnenkomt. Zeker wanneer er geen duidelijke afspraken zijn gemaakt tussen werkgever en werknemer over bereikbaarheid. (zie ook het artikel ‘Altijd bereikbaar zijn?’).
Tenslotte stelt het Rathenau Instituut dat de verantwoordelijkheid voor het oplossen van werkdruk bij de organisatie zou moeten liggen en niet bij individuele medewerkers. Oplossingen voor werkdruk worden nu vooral gezocht in zaken als timemanagement, cursussen mindfulness etc. voor de individuele medewerker, terwijl de werkelijke bron van werkdruk wordt gecreëerd door de manier waarop het werk vanuit de organisatie is georganiseerd.
Controle op gebruik
Het instituut waarschuwt voor de grote impact van digitale monitoringsinstrumenten, zowel op het werk als op de arbeidsverhoudingen, en roept op om in ieder geval de volgende maatregelen te treffen:
- Het voeren van een open gesprek over de mogelijkheden en beperkingen van digitale monitoringsinstrumenten. Het spreekt verder voor zich dat er terughoudend moet worden omgegaan met privacygevoelige gegevens. En verder is transparantie over de werking van algoritmen vereist;
- Het opstellen van kwaliteitseisen aan digitale controle-instrumenten om te voorkomen dat een organisatie een instrument gebruikt dat een verkeerd beeld geeft van werknemers;
- Het inzetten van meer handhaving en toezicht door de Autoriteit Persoonsgegevens en I-SZW. De handhaving zal zich moeten richten op: a) instrumenten die niet aan wettelijke eisen voldoen b) de wijze waarop persoonlijke gegevens worden verwerkt c) de impact van digitale controle-instrumenten voor werkdruk en d) controleren of selectieprocessen eerlijk verlopen als organisaties gebruik maken van AI en algoritmes.
Afspraken
Digitalisering kan een belangrijke bijdrage leveren aan een veiligere en gezondere manier van werken. Het kan het werk bovendien inhoudelijk interessanter maken. Maar technologie op zichzelf legt niet vast wat de gevolgen zijn van digitalisering. Het is dan ook belangrijk dat er keuzes worden gemaakt over de manier waarop de technologie wordt ingezet. Goede afspraken tussen partijen zorgen ervoor dat digitalisering niet leidt tot grotere controle van werknemers, het verschralen van de kwaliteit van werk en het verhogen van werkdruk.
Het Rathenau Instituut doet drie aanbevelingen:
- Ga met alle betrokken partijen het gesprek aan over het verzamelen van personeelsdata en het gebruik ervan. Geef aan waar de data voor worden gebruikt en maak helder welke besluiten, bijvoorbeeld met algoritmen, met deze data worden genomen;
- Het is noodzakelijk dat er kwaliteitseisen komen voor digitale controle-instrumenten. Die richten zich vooral op wervingsinstrumenten, omdat het gebruik van verkeerde data leidt tot ongewenste effecten op de arbeidsmarkt, zoals uitsluiting. Beroepsverenigingen kunnen op basis van hun kennis en ervaring met de inzet van wervingsinstrumenten een rol spelen;
- Er zal meer geïnvesteerd moeten worden in toezicht en handhaving door de overheid, met name door de Autoriteit Persoonsgegevens en I-SZW. Bijvoorbeeld door te handhaven op instrumenten die niet aan de wettelijke eisen voldoen en door duidelijk te maken met welke gegevens van werknemers terughoudend moet worden omgegaan. Maar ook door aandacht te besteden aan de vergroting van werkdruk en toe te zien op eerlijke selectieprocedures.
Om over na te denken:
- Welke personeelsgegevens verzamelt jouw organisatie? Wat zijn de bronnen? Denk aan camera’s, toegangscontrole, locatiegegevens, gegevens afkomstig uit gebruik digitale apparaten etc.;
- Heeft jouw organisatie een privacyreglement, waarin afspraken zijn vastgelegd over het gebruik van personeelsgegevens? Zijn er afspraken gemaakt over het gebruik van algoritmen en is duidelijk hoe deze algoritmen werken?
- Is er binnen jouw organisatief een privacy-officer aangesteld, die niet alleen waakt over het gebruik van klantgegevens maar ook over personeelsgegevens?
- Wordt er bij de implementatie van nieuwe bronnen een privacy impact assessment gemaakt?
- Is er een toetsingscommissie die toeziet op naleving van de gemaakte afspraken en die de afspraken regelmatig evalueert?
Bron:
Das, D., R. de Jong en L. Kool, m.m.v. J. Gerritsen (2020). Werken op waarde geschat - Grenzen aan digitale monitoring op de werkvloer door middel van data, algoritmen en AI. Den Haag: Rathenau Instituut.
Djurre Das geeft hier in een webinar een korte toelichting.
Yolanda van Rijswijk Bouwvrouw van het jaar 2020
And the winner is…. Yolanda van Rijswijk, hoofd productie bij Dura Vermeer. Zij sleepte de felbegeerde titel Bouwvrouw van het Jaar gisterenmiddag in de wacht tijdens de uitreiking van de Cobouw Bouwvrouw 2020 Awards. Yolanda nam het op tegen Dorien Staal, directeur van Voorbij Prefab en Yvonne van de Hulst, eigenaar van Van der Hulst Bouwbedrijf.
Yolanda zorgt voor verbinding
Volgens juryvoorzitter Nina van Arum is de keuze op Yolanda gevallen vanwege haar inzet voor diversiteit en jongeren in de sector. “Yolanda zorgt voor verbinding. Als MT-lid stimuleert ze de top besluiten te nemen en als lid van Techniekbazen en bestuurslid van het vrouwennetwerk EVA begeleidt ze jongeren en vrouwen in de bouw”, aldus het oordeel van de jury.
Yolanda is ontzettend blij met de nominatie. Ze vindt het fantastisch dat ze gewonnen heeft. Terwijl de echte winst voor haar zit in de aandacht voor álle vrouwen in de bouw. De andere genomineerden waren Dorien Staal en Yvonne van der Hulst.
De trend zet zich voort
Naast de bekendmaking van Cobouw Bouwvrouw van het Jaar 2020 werd Suze Gehem uitgeroepen tot winnaar in de nieuwe categorie ‘Jong Talent’. Suze is oprichter en directeur van de Groene Grachten, Rooftop Revolution en Green Light District. Ook in deze categorie was een top 3 geselecteerd. Suze won van Laura Renirie, vestigingsdirecteur van Unica en Karlijn Mol, duurzaamheidsmanager van Dura Vermeer.
Nominaties Bouwvrouw van het jaar 2020
Van oudsher denkt men bij de bouw aan stoere mannen op de bouwplaatsen of mannen in pak op congressen. Met dit beeld doet de bouw zich tekort, denkend aan alle vrouwen werkzaam in de bouw. Een prima reden om naar de nieuwe Bouwvrouw van het jaar op zoek te gaan, vindt Cobouw.
Dit jaar bestaat de jury uit Nina van Arum - voorzitter Topvrouwen in de Bouw en Infra, Nathal Bakker - voorzitter Bouwnetwerk, en Aukje Kuypers - CEO Kuijpers Installaties en Bouwvrouw van vorig jaar. Uit de ruim 80 aanmeldingen zijn drie vrouwen geselecteerd die kans maken op de titel Bouwvrouw van 2020.
De jury heeft onderstaande selectie gemaakt op basis van de omzetverantwoordelijkheid, aan hoeveel FTE de vrouwen leiding geven en op de manier waarop de vrouwen zich positioneren in de sector. De jury heeft ook gekeken naar wat de vrouwen voor de bouw hebben betekend: hoe dragen zij bij aan diversiteit, aan het stimuleren van jonge generaties en aan belangrijke maatschappelijke vraagstukken, zoals duurzaamheidsambities. Tevens is er gelet op ondernemerschap.
De selectie
De eerste kanshebber op de felbegeerde titel is Dorien Staal. Zij is werkzaam als Satutair Directeur bij TBI Voorbij Prefab. Als wapenfeit wordt omschreven dat Staal een statement heeft gemaakt door het woord Betonschaamte te introduceren op de Betondag 2019 en zo een beweging op gang heeft weten te brengen in de betonsector.
De tweede kanshebber is Yvonne van der Hulst, eigenaar van Van der Hulst Bouwbedrijf. Van der Hulst is ruim 15 jaar eigenaar van het bedrijf dat voorop loopt in duurzaam bouwen. Met die reden heeft zij in 2018 de Nationale Innovatie en Duurzaamheidsprijs Wonen gewonnen. In 2019 werd daar ook nog eens de KBB Award aan toegevoegd. Dit is de prijs voor innovatie, duurzaamheid en ondernemerschap in de Bollenstreek. In 2020 won ze daarbij ook nog de Duurzaamheidsprijs Duin- & Bollenstreek.
In de zomer van 2019 heeft zij de eerste Plusleven woningen van Nederland opgeleverd. Dit is een woonwijk waarbij de bewoners worden gecoacht in hun energieverbruik en woningen meer energie opnemen dan ze verbruiken.
De derde genomineerde is Yolanda van Rijswijk, werkzaam als hoofd Productie bij Dura Vermeer Renovatie Midden West. Daarnaast is van Rijswijk actief als lid van het bestuur van Dura Vermeers vrouwennetwerk EVA. Van Rijswijk heeft in haar spilfunctie bijgedragen aan de groei van haar bedrijf, waarvan de omzet in de afgelopen vier jaar 2,5 keer zo groot is geworden!
Daarbij is zij lid van het projectteam Techniekbazen, waarbij ze scholieren stimuleert de bouw in te gaan.
Bekendmaking winnaar Bouwvrouw 2020
Nieuwsgierig wie van de drie kandidaten zich Bouwvrouw van 2020 mag noemen? Op 3 september om 15:00 uur wordt via een livestream op Cobouw.nl de winnaar bekendgemaakt. Naast de bekendmaking staat deze uitzending in het teken van de bouwvrouw, waarbij er tips en tricks worden besproken over hoe vrouwen zich in een door mannen gedomineerde sector zichtbaar kunnen maken.
Cao Bouw & Infra goedgekeurd door leden
Een ruime meerderheid van de leden heeft ingestemd met het bereikte onderhandelingsresultaat. 86% van de leden stemde voor en 14% tegen.
Al eerder lieten werkgeversorganisaties Bouwend Nederland en de Aannemersfederatie Nederland weten ook akkoord te zijn. Ook het CNV is akkoord. Daarmee gaat het onderhandelaarsresultaat omgezet worden in cao-teksten. We gaan hier snel aan beginnen.
Wij zijn ons bewust dat er een stevige opdracht ligt voor de cao over 2021 op het gebied van afspraken voor UTA werknemers en loon. Over een paar maanden zitten wij weer aan de onderhandelingstafel, we houden je op de hoogte. Hou onze website in de gaten!
Benieuwd naar het onderhandelingsresultaat, bekijk hem hier.