Bouwsector 2024 | Dit verandert er

Nieuw jaar, nieuwe regels. Zowel op cao-niveau als landelijk treden er veranderingen op. Denk aan de loonstijging, en aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet.

Hieronder vind je een overzicht met een aantal belangrijke verschillen in 2024, ten opzichte van vorig jaar.

Cao Bouw&Infra

Op 1 januari 2024 is de nieuwe cao Bouw&Infra ingegaan. Dat betekent dat de lonen per die datum met 3,5 procent en vijftig euro per maand stijgen. In juli komt dezelfde verhoging nog een keer. In totaal komt dit neer op zo’n 10 procent loonstijging.

Andere belangrijke veranderingen binnen de cao zijn dat de uitvoerder vanaf nu ook aanmerking komt voor de zwaarwerkregeling, en dat er weer een onderzoek naar de arbeidsvoorwaarden voor UTA-medewerkers.

Je leest hier alles over de nieuwe cao Bouw&Infra.

Minimumloon

Per 1 januari gaat in heel het land het minimumuurloon in. De wettelijk voorgeschreven minimum dag-, week-, en maandlonen verdwijnen. Hierdoor verdienen werknemers met een minimumloon altijd hetzelfde uurloon.

Wetten

Afgelopen jaar werd er ingestemd met de Omgevingswet op 1 januari 2024, maar deze instemming werd vrij vlot weer ingetrokken. Ondanks aanhoudende weerstand is de Omgevingswet, die alle regels rondom de leefomgeving moet versimpelen, dit jaar van start gegaan.

Bij de invoering van deze nieuwe Omgevingswet is ook het Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl) afgelopen januari in werking getreden. Dat is de opvolger van het Bouwbesluit 2012.

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) gaat stapsgewijs in.

STAP wordt SLIM

De scholingssubsidie STAP stopt in 2024. Van het bedrag dat hierdoor vrijkomt (147 miljoen euro) gaat 73,5 miljoen euro naar de scholingssubsidie SLIM in de periode 2024-2027.

Werkkostenregeling

De eerste schijf van de vrije ruimte van de werkkostenregeling wordt verlaagd van 3 procent in 2023, naar 1,92 procent in 2024.

Verwachting 2024

Volgens de ING is de bouwsector in 2023 met 3 procent gegroeid, maar zal er sprake zijn van een krimp in 2024. Deze krimp wordt geschat op -2,5 procent.

De ING ziet dat de meeste bouwbedrijven er na jaren van grote groei er nog steeds goed voor staan. Door de buffers verwacht de bank dat de bouwsector de volumekrimp goed moet kunnen doorstaan. Daarbij is de verwachting dat aannemers hun prijzen verhogen.

Ook de nieuwbouw profiteert. Nieuwbouwprojecten die eerst niet konden worden uitgevoerd vanwege te hoge kosten, kunnen in 2024 vaker wel tot stand komen. Dat komt goed uit, want de interesse in nieuwbouw neemt ook weer toe. Dat is te zien in de verkoopcijfers van nieuwbouw.