Gesloten deuren: VolkerWessels blokkeert vakbondsgesprek
Afgelopen week stonden we voor de deur bij Rottinghuis in Groningen, een dochteronderneming van VolkerWessels. Daar wilden we in gesprek gaan met de UTA-werknemers over de aankomende cao-onderhandelingen.
Een belangrijk moment, want juist nu is het van belang dat werknemers hun stem laten horen. Maar in plaats van een open dialoog, troffen we een gesloten deur.
Vriendelijke ontvangst, maar geen toegang
De HR-manager ontving ons vriendelijk, maar toegang tot de werkvloer kregen we niet. In plaats daarvan werd ons verteld dat het bedrijf eerst intern met de medewerkers wilde overleggen. Niet lang daarna volgde een officiële reactie van VolkerWessels zelf: ons verzoek om in gesprek te gaan met de UTA-medewerkers werd afgewezen. De reden? De directie wil bij deze gesprekken aanwezig zijn, maar gaf aan dat dit op dit moment niet mogelijk was. Resultaat: een blokkade op open vakbondsgesprekken.
Waarom deze gesloten houding?
Deze opstelling roept vragen op. In veel andere bedrijven binnen de cao Bouw & Infra kunnen vakbonden zonder problemen in gesprek met medewerkers, zonder inmenging van de directie. Dit is essentieel, want alleen in een vrije omgeving kunnen werknemers eerlijk hun zorgen en ervaringen delen. Maar bij VolkerWessels lijkt die ruimte er niet te zijn. Terwijl hun personeel net zo goed onder de cao Bouw & Infra valt. Waarom wordt hier een andere koers gevaren?
FNV blijft strijden voor transparantie
Onafhankelijke gesprekken tussen vakbonden en werknemers zijn een fundamenteel recht en een belangrijke voorwaarde voor eerlijke arbeidsverhoudingen. FNV blijft zich daarom inzetten voor open communicatie, zodat UTA-medewerkers zonder druk of bemoeienis hun stem kunnen laten horen. Zeker nu de cao-onderhandelingen hervat worden, is dat cruciaal.
We roepen VolkerWessels op om dit onnodige obstakel uit de weg te ruimen en, net als andere bedrijven in de sector, openheid te bieden. Werknemers verdienen het om vrijuit te spreken over hun werk, hun toekomst en hun cao. En wij blijven ons daar hard voor maken.