Hestia Ruth Langemeijer: “Mannen moeten leren hoe ze met vrouwen omgaan op de bouw”
Hestia is de Griekse godin van de bouwkunst. In deze rubriek wordt een moderne godin van de bouwwereld geïnterviewd. Over haar inspiratie, de bouwwereld, en wat ze het leukst vindt in haar werk. Deze week is Ruth Langemeijer, zelfstandig uitvoerder, aan het woord.
Naam: Ruth Langemeijer
Functie: Uitvoerder (12 jaar zelfstandig)
Opleiding: MTS bouwkunde, MTS weg- en waterbouwkunde, aannemersopleiding, diverse cursussen en studies waaronder milieu, inkoopopleiding (NEVI) en bedrijfskunde
Wanneer ontdekte je dat je de bouw in wilde?
“Eigenlijk al als kind. Ik wilde architect worden, maar op de havo kon ik me slecht concentreren en bleef ik twee keer zitten. Toen dacht ik: ik wil iets praktisch doen. Ik ben naar de MTS gegaan en dacht: ik kan altijd nog verder studeren. Dat verder studeren deed ik naast mijn werk. Tien jaar lang werken en leren tegelijk, heerlijk. Ik volgde diverse opleidingen waaronder de aannemersopleiding, milieukunde, bachelor bedrijfskunde – richting verandermanagement. Leren en meteen in praktijk brengen.
Hoe werd daarop gereageerd?
“Dat was dertig jaar geleden. Toen was het nog veel minder normaal dan nu. Ik ging de aannemersopleiding volgen en daarnaast aan de slag als assistent-uitvoerder bij een aannemer. Al heel snel werd ik uitvoerder. Mensen moesten duidelijk wennen aan een jonge vrouw in zo’n functie. Maar het ging niet alleen om mijn gender – ook mijn leeftijd speelde mee. Je moet gewoon overwicht hebben en stressbestendig zijn. Dat leer je met de jaren. Nu, als 51-jarige, heb ik mijn strepen wel verdiend.”
Wat vind je het allerleukst aan je werk?
“Van niets iets maken. Dat je straks langs een gebouw kunt lopen en kunt zeggen: “Dat heb ik helpen realiseren.” Ik vind het geweldig om samen met vakmensen te werken, problemen op te lossen en elke dag buiten te zijn. De dynamiek van de bouw, dat maakt het voor mij het mooiste vak dat er is. Het is nooit saai.”
Wat is een moment in je carrière waar je trots op bent?
“Dat ik al twaalf jaar succesvol als zelfstandige uitvoerder werk. Ik regel mijn klussen zelf, zonder tussenpersonen. Bedrijven vragen mij rechtstreeks, via-via. Dat vind ik een groot compliment. Ik begon tijdens de crisis, en dat het me is gelukt om sindsdien te blijven draaien, maakt me trots.”
Je werkt nu 30 jaar in de bouw. Zijn er dingen die inmiddels makkelijker zijn geworden voor vrouwen, en wat blijft juist hardnekkig hetzelfde?
“Mensen blijven zich verbazen over een vrouwelijke uitvoerder. Er werken tegenwoordig wel wat meer vrouwen in de bouw, en dat maakt het makkelijker. De acceptatie is iets toegenomen. Maar er zijn nog steeds veel vooroordelen. Een vrouw zou niet sterk genoeg zijn voor op de bouw, of niet zo hard kunnen werken als een man. En wat me erg tegenvalt, is dat vaak wordt gezegd dat vrouwen zich ‘weerbaarder’ moeten maken. Ze moeten er maar tegen kunnen, zo’n werkomgeving. Dat vind ik zo verkeerd. Nee, vrouwen moeten zich niet weerbaarder maken, mannen moeten leren hoe ze met vrouwen omgaan op de bouwplaats. Dat is niet aan de vrouwen, dat is aan de mannen. En daar hebben we nog een hele slag te slaan.
Ook wordt er vaak gezegd dat er geen uitzonderingspositie voor vrouwen moet komen. Maar het ís een uitzonderingspositie. Laten we dat nou met elkaar erkennen. Ik weet bijvoorbeeld 100% zeker dat ik nog steeds minder verdien dan een mannelijke uitvoerder. Nou interesseert mij dat toevallig helemaal geen biet, maar ik bedoel, de vrouwenemancipatie, waar hebben we het over? We staan aan het begin.”
Werk je veel met andere vrouwen samen, of ben je vaak de enige? Hoe is dat?
“Ik ben meestal de enige vrouw op de bouw. Af en toe heb ik een vrouwelijke stagiaire of vakvrouw op de bouwplaats, en dan zorg ik altijd dat er voorzieningen zijn, zoals een eigen toilet. Ik zeg ook altijd: als er iets is, kom naar mij toe. Gewoon zorgen dat er een vertrouwende omgeving is voor zo’n dame. Dat is super belangrijk en dat zouden mannelijke uitvoerders ook moeten doen.”
Wie in de bouw inspireert jou?
“Ik heb niet echt een rolmodel. Wat mij inspireert, zijn de vakmensen. De jongens die elke dag voor dag en dauw opstaan, kilometers rijden en heel, heel zwaar werk doen. Vooral de vaklieden in de nieuwbouw. Die hebben een ongelooflijk zwaar beroep, en daar mogen we best meer respect voor hebben.”
Als je één ding kon veranderen om de sector beter te maken voor vrouwen – wat zou dat zijn?
“Het is niet één ding. Het gaat om een cultuurverandering. En het bespreekbaar maken. Dus de kwetsbaarheid eraf halen door juist aan te geven hoe kwetsbaar het is om als éénling tussen al die anderen te lopen.
Leidinggevenden moeten oog hebben voor kwetsbare mensen op de bouw. Dat kunnen vrouwen zijn, maar ook homo’s, of allochtone mannen, of oudere mensen. Haal die kwetsbaarheid eraf door iemand niet in z’n eentje te laten zwemmen.
En durf onderscheid te maken. Durf te zeggen: jij bent een timmerman van 60 plus en ik vind het prima als jij even extra pauze houdt, of soms even wat eerder naar huis gaat, want jij sjouwt met diezelfde zware spullen als die jonge mensen en jouw lichaam is al een beetje op. Mensen moeten niet allemaal hetzelfde behandeld worden, want we zijn allemaal verschillend. Iedereen snapt dat je als jonge God net even wat meer sjouwt dan een oude man van boven de 60.”
Wat zijn je dromen voor de toekomst?
“Ik wil nog een paar bijzondere gebouwen realiseren, zoals bijvoorbeeld een ziekenhuis, zwembad of hotel. Ik werk nu vooral aan woningbouw, vaak op lastige locaties. Dat vind ik leuk: projecten met logistieke uitdagingen. Later hoop ik door Amsterdam te fietsen en te kunnen zeggen: “Dat gebouw heb ik geregisseerd.”
Wat zou je willen zeggen tegen meisjes/vrouwen die een baan in de bouw overwegen?
“Wees niet bang voor de omgeving. Laat zien wat je kunt, en je wordt omarmd. De bouw is een heerlijke wereld: buiten werken, aanpakken, samenwerken. Als je eenmaal je plek hebt gevonden, is het echt een grote familie.”
Welke boodschap wil je meegeven aan de mannen in de sector?
“Hou af en toe even je mond. Denk na over wat je zegt. Niet elke opmerking hoeft eruit. En kijk om je heen: hoe voelt de sfeer voor anderen? Een beetje meer bewustzijn zou de bouw voor iedereen prettiger maken.”
Is er iets dat je zelf graag wilt toevoegen?
“We moeten jongeren beter leren kijken naar wat bij hen past. Niet iedereen is gemaakt voor een kantoorbaan. Kijk naar je karakter: kun je niet stilzitten, ben je graag buiten, houd je van aanpakken? Dan is de bouw misschien juist dé plek voor jou. Ga doen wat bij jou past en waar jouw kracht ligt, in plaats van wat gezien wordt als ‘hoger’ of beter.”




